Soms komen er cd’s uit waarvan ik, zodra het lasertje de cd aftast, vrolijk word, alles vergeet en languit op de bank ga liggen om volop te genieten. Zo nu en dan sta ik even op om een portie te hoofdschudden en luchtgitaar te spelen (is absoluut niet kinderachtig: er wordt zelfs een Nederlands kampioenschap gehouden). Na bijna een uur Section A, want deze band brengt mij in deze vervoering, kan ik er weer volop tegenaan. Kom maar op met die jengelende kinderen, vervelende schoonmoeders en klagende vrouwen. Ik zal jullie proberen uit te leggen waarom het album “The Seventh Sign” van Section A een dergelijke invloed op mij heeft.
Allereerst is daar de zang van de flink ondergewaardeerde, van Lions Share afkomstige zanger, Andy Engberg. Een geweldig vocalist met een lekker vol en afwisselend geluid. Ten tweede zorgt Torben Enevoldsen voor gevarieerde slag- en sologitaarpartijen. Tel daar het strakke drummen van Andreas Lill (Vanden Plas) bij op en je hebt muziek die staat als een huis. Daarnaast verzorgen Derek Sherinian (ex-Dream Theater en Planet X) en Günter Werno (Vanden Plas) voor de inkleuring van een aantal nummers met hun mooie toetsenspel.
Het begin van The Seventh Sign zet je in eerste instantie op het verkeerde been door rustige toetsenpartijen en kerkelijk gezang. Daarna slaat het nummer echter om en denk je met een doorsnee heavy metal-nummer van doen te hebben, maar niets is minder waar. Het volgende moment is het de beurt van de eerste van vele toetsen- en gitaarsolo’s. U begrijpt het al: afwisseling troef. Stilzitten is nagenoeg onmogelijk, terwijl er toch relatief veel gebeurt in het nummer.
Riot kent wat minder progressieve invloeden en is een meer doorsnee nummer dat echter een mooi opgebouwde solo, van langzaam emotioneel naar snel, bevat. In de ballade Pray For Rain kun je nog eens goed horen waarom ik fan ben van zanger Andy Engberg. Een soulvolle stem en toch lekker krachtig. Het nummer zelf wisselt die emotie af met wat korte steviger gedeelten. Toch is niet alles ‘hosanna’. Gitarist Torben Enevoldsen kan zich niet altijd beheersen en stopt in deze ballade een supersnelle solo, terwijl hij het langzame en rustige werk toch ook beheerst.
Een vrij donker gitaargeluid opent Nightmare om gevolgd te worden door een contrasterend vrolijk toetsenriedeltje. Dit nummer is overgoten met een Dream Theatersausje en is het meest progressieve nummer van het eerste gedeelte van de cd. Aan het einde van het nummer lopen de rillingen in positieve en negatieve zin over mijn rug. Positief omdat het laatste gedeelte een constante afwisseling laat horen tussen gitaar- en toetsensolo’s. Negatief omdat, en wat heb ik daar een hekel aan, de solo’s worden weggedraaid in plaats van een fatsoenlijk einde aan het nummer te maken.
Tomorrow is het minst toegankelijke en meest progressieve nummer van de cd. Wat minder pakkend en toch een heel gevarieerd waarin zelfs, heel kort, een akoestische gitaar is te horen. Het ene moment is het lekker wegdromen en het andere moment zit je op het puntje van de bank te genieten van de wisselingen en solo’s. Het kortste nummer van de cd The Man In The Mirror is evenals Pray For Rain een ballade. Met dien verstande dat The Man In The Mirror toch meer de richting van een power ballade opgaat. Jammer dat ook in dit nummer de gitaarsolo wordt weggedraaid. Het opvolgende Killing Fields is weer zo’n progressief juweeltje dat niet zou hebben misstaan op een cd van Vanden Plas of Pain Of Salvation.
Het laatste nummer van de cd, Into The Fire, bevat rustig sologitaarwerk en uitermate vlotte slaggitaarpartijen. Daar staat zeer afwisselende zang tegenover. Het ene moment massaal en het volgende moment lekker door elkaar.
Dus: als je het niet meer ziet zitten en toe bent aan de nodige heftige en progressieve vitamientjes, dan is “The Seventh Sign” het perfecte medicijn. Ik ga nog een uurtje liggen.
Rob van Oosten