Ze zeggen dat je een plaat niet moet beoordelen op zijn hoes, maar in dit geval is deze wel erg goed gekozen. Een groot oog staat op pamfletterige wijze afgebeeld, hetgeen de indruk wekt van welhaast Orwelliaanse paranoia. Dit vindt zijn weerslag in de muziek. De luisteraar mag hoekige, neurotische prog verwachten.
De band geeft aan dat ze een compromisloze, intense ervaring wou bieden en in die opzet zijn ze geslaagd. Shamblemaths zet hier de explosieve stijl van hun debuut voort, maar de composities zijn gestroomlijnder. Dat resulteert in muziek waarin hoekige dissonantie middels een blik blazers zich een weg baant door, op het eerste oog, ondoorgrondelijke spanningsbogen. Het doet wat denken aan Van Der Graaf Generator’s ‘Pawn Hearts.’ Aanvankelijk is het namelijk wel een erg hectische brei, maar de mythische, rauwe sfeer blijft nochtans prettig hangen. De chaos wordt bovendien des te spannender hoe meer tijd je het gunt; zeker als aangename details gaan opvallen. Zo onderscheidt dit album zich door smaakvol mellotrongebruik. Niet overdadig, maar net genoeg om een mysterieus randje toe te voegen. Ook blijkt steeds hoe vakkundig elke zijstap op elkaar inhaakt, waardoor elke agressieve mokerslag uiteindelijk onverbiddelijk iets toevoegt aan een zinderende opbouw.
Dit gevoel voor spanning maakt onder meer van Knucklecog een atoomuitbarsting Het zwierige ritme oogt welhaast militaristisch, zeker als het wordt vergezeld door intimiderende jazzfusion. Een ingehouden ademzucht later, kruipt bedrukte zang naar voren. Het gevaar wijkt echter niet. Orgels vestigen namelijk een audiospiraal die immer opwaarts beweegt. De blazers spuwen gevaarlijk, waarna een hoekige vechtpartij wordt ingezet. Saxofoon en de zang van Marianne Lonstand bieden een broodnodig rustpunt waarbij we even onze wonden kunnen likken totdat de genadeklap zich aandient. Scheurende gitaren, spuwende blazers en drumsalvo’s zorgen voor een ruwe liquidatie. Dit is een uitputtingsslag met een moordend tempo.
This River richt zich vervolgens op het andere uiterste: het kent een fragiel begin met samenzang, piano en mellotron. Deze pastorale geluidsbeelden kennen echter een tragische onderstroom. De fluwelen saxofoon vertolkt nog een smeekbede, maar dit mag niet baten. De mellotron verzorgt een lugubere wending. Massiever vervolgt het nummer naar een chaotische escapade. Immer sneller en sneller worden we als luisteraar verder geduwd, tot de fragiliteit van het intro zich weemoedig herintroduceert. Bij menig band zouden dit soort doorvlochten composities de hoogtepunten vormen.
Het grootste gedeelte van het album wordt nochtans beslagen door de meeslepende, meerdelige epic: ‘Lat Kvar Jordisk Skapning Teia’. Een slaapliedje opent deze reis gemoedelijk, maar onder de oppervlakte doemen reeds duistere klanken op. Wervelende blazers, gierende toetsen en grommende gitaren verstoren de vrede bruut. Een gevoel van dreiging blijft hangen; zelfs in de momenten waar de rust wederkeert, zoals op het vijfde gedeelte. Zoekende toetsen en smiespelende saxofoon brengen hier, door hun mysterieuze karakter, even Bohren & Der Club of Gore in het geheugen. De gruizige gitaren en hooghartige zang geven het nummer uiteindelijk zelfs iets gotisch. Een warme passage, maar lang kunnen we desondanks niet blijven hangen: een adrenaline verhogende climax moet worden ingezet om alle puzzelstukjes netjes in elkaar te laten vallen.
Als dit soort intrigerende nummers een ding aannemelijk maken, is dat de band kwaliteit boven kwantiteit stelt. We hebben vijf jaar op deze drie kwartier moeten wachten maar dan blijkt de muziek zich ook te hebben verheft boven die van het debuut. Het rauwe randje ontbreekt weliswaar, maar we hebben er indrukwekkende slagkracht voor teruggekregen. Daarenboven ben ik buitengewoon te spreken over de zang van Anna Gaustad, Pia M. Samset Marianne Lonstand, Nistad en Simen A Elingsen zelf. Hun bijdragen vormen het emotionele tegengewicht voor de virtuoze audio-oorlog op de achtergrond, waardoor de muziek nimmer cerebraal aanvoelt. Zelfs zanikpunten ontbreken hier. Deze plaat is uiterst goed verzorgd!
‘Shamblemaths II’ bevat kortom prog met een gevoel voor gevaar. Agressieve, hoekige ritmes en jazzfusion-geweld vestigen namelijk een indrukwekkend, intimiderend geheel. Desalniettemin is de schoonheid niet uit het oog verloren en kent deze muziek tevens een diepte en spelplezier die spreekt van tomeloos vakmanschap. Ja, dit is een ronduit uitstekende plaat, waar ik schaamteloos enthousiast over ben.