Ben ik toch aardig op het verkeerde been gezet!
In een periode waarin een nieuwe progressieve rockgroep uit Polen haast net zo gewoon is geworden als een zege van het Nederlandse voetbalelftal, ontving ik wederom een nieuw Pools product van een groep genaamd Signal To Noise Ratio. Alles aan de buitenkant deed denken aan alweer een groep in het neo-progressieve segment van ons genre; hoesje, bezetting, een tweetal epische nummers. Maar dat bleek na beluistering toch wat anders te liggen.
Dat de groep zelf geen behoefte heeft in een hokje geplaatst te worden, bewijst ook het bericht hierover op hun website. Ze hebben zelf als doelstelling muziek te maken die gebaseerd is op improvisatie en zeggen op zoek te willen gaan naar nieuwe muzikale experimenten. Daar zijn ze op dit eerste volwaardige album goed in geslaagd.
De muziek op “Stan Nieustalony” is inderdaad behoorlijk experimenteel en heeft ook een sterke zeventigerjaren sfeer, mede veroorzaakt door het frequent toepassen van psychedelische geluiden. Zo is er veel orgel en toetsen en ook een flinke dosis vervormd gitaargeluid.
Het album is voor driekwart instrumentaal, als er gezongen wordt is dat in het Pools. Een enkeling zal zich vast storen aan de Poolse taal, ik vind het beter passen bij de muziek. Je kunt ook maar beter in je moedertaal zingen dan accentrijk Engels. In Mesjasz wordt al gelijk in het Pools gezongen door Marta Csyz. Door het gehele nummer loopt als een rode draad een lekker aanstekelijk orgelloopje.
Eerste hoogtepunt is het instrumentale Centryfuga met veel (ritmisch) synthesizerwerk wat het nummer een beweging richting EM (Elektronische Muziek) geeft.
Op het lange en kalme Entropia slaat de groep aan het experimenteren. Opvallend is het gebruik van drums, wat af en toe zelfs weg heeft van een ‘potten-en-pannen-percussie’. Ook komt de hang naar improvisatie en zoektocht naar nieuwe muzikale experimenten naar boven. Hierdoor lijkt het nummer regelmatig nergens heen te gaan. Je moet er van houden.
Absoluut beste nummer van de plaat is Opium. Net als de gelijknamige zware pijnstiller werkt dit nummer uitermate verslavend. Het zestigerjaren orgelgeluid, de spookachtige vaak roffelende drums vormen het fundament voor het mooie (vervormde) gitaarspel van Przemek Pilacinski. Naar gelang het nummer vordert klinken er enkele zware gitaarriffs. Het nummer heeft voor mij niet alleen dezelfde grandeur als Bright Lights van Black Mountain, maar op mij ook dezelfde uitwerking.
Vrijwel naadloos gaat het nummer over in Kruk, met aanvankelijk dezelfde sfeer. Stilaan ontwikkelt zich een meer jazzy nummer dat rijk is aan piano. Ook Adam “Izaak” Wasaznik experimenteert hier wat af op zijn drums.
Als een koude douche stort zich tenslotte Centryfuga over mij uit. We kwamen het nummer al eerder tegen. In deze versie laat Signal To Noise Ratio horen wat men precies met experimentele muziek bedoelt.
Hierdoor sta ik nu gelukkig weer met beide benen op de grond.
Hans Ravensbergen