Zondermeer Zonder!
Als Mark Zonder op een plaat de drumtikken uitdeelt, dan staat dat altijd garant voor spanning en sensatie. Met zijn nieuwe band Slavior zou hij de argeloze luisteraar vooraf echter wel eens op het verkeerde been kunnen zetten, of eigenlijk op twee verkeerde benen kunnen zetten. Wie het label ziet waarop deze cd verschijnt, zou er, gezien de historie van InsideOut, logischerwijs vanuit kunnen gaan dat we hier van doen hebben met een release van progressief allooi. Wie Mark Zonder’s verleden bij Fates Warning en nog verder terug bij de vooruitstrevende metalcultband Warlord kent, zou tot een soortgelijke conclusie kunnen komen. De waarheid is echter geheel anders, want met Slavior tapt Zonder uit een modern, fris en fruitig heavy rockvaatje. Onbedoeld krijgt Zonder, zonder ook nog maar een noot gespeeld te hebben, met Slavior zijn publiek dus letterlijk ‘plat’. Het is tenslotte lastig staan op twee verkeerde benen. En daarmee zou hij precies bewerkstelligen wat hij met de muziek Slavior wil bereiken, want de toegankelijke rock van Slavior is bewust bedoeld voor de ‘massa’, het grote publiek. Dat mainstreampubliek wil Zonder met Slavior graag bereiken en bij voorkeur dus helemaal plat spelen.
Het initiatief voor Slavior lag weliswaar bij Zonder, maar de inbreng van zijn twee metgezellen geeft minstens net zoveel kleur aan de heavy rock van de band. De dynamische gitaarpartijen en interessante ‘hooks’ zijn uitgedokterd door Wayne Findlay (MSG), die ook en passant de bas en toetsen voor zijn rekening heeft genomen. Voor het betere zangwerk tekent Gregg Analla, die voorheen zijn keelklanken in dienst stelde van Tribe Of Gyspsies. Analla heeft overigens niet alleen zijn eigen zanglijnen aangedragen, maar ook de composities van de immer noodzakelijke teksten voorzien. Zonder teksten zou er namelijk weinig te zingen zijn, en dat zou de functie van vocalist een nogal nutteloos en overbodig karakter geven.
In de muziek van Slavior zijn uiteraard de veelzijdige trommelpraktijken van Zonder een avontuurlijke leidraad, maar ook de smerige gitaarriffs van Findlay geven het geheel een heerlijke ‘groove’. Zanger Analla, die in songs als Swept Away en Another Planet enigszins doet denken aan de betreurde Layne Staley van Alice In Chains, zorgt voor een meer dan overtuigende vocale invulling. Soms bespeur je in Slavior’s smeuïge heavy rock wat invloeden van The Red Hot Chili Peppers, zoals in de funky passages van Give It Up en de relaxte klanken van Altar, soms gaan je gedachten uit naar King’s X, zoals in het vrij gecompliceerde Another Planet en soms, zoals in het strakke Swept Away, is het kretologische protestgeluid van Rage Against The Machine terug te horen. Ook worden reggaeritmes niet geschuwd, zoals blijkt uit het radiovriendelijke, met pakkend refrein gezegende Dove. Wie toch nog iets van progressieve rocksporen binnen Slavior wil proberen te ontdekken, moet geduld hebben totdat Red Road, het allerlaatste nummer van “Slavior”, zich aandient. Na een licht ambient begin ontvouwt zich hier langzaam maar gestaag een steeds harder wordend midtempo hoorspel, dat profiteert van Findlay’s lekkere gitaarwerk, om daarna weer terug te zakken naar een rustig onderonsje van fraaie percussie en sferische toetsen. Het vage en onverstaanbare gebrabbel naar de laatste tonen toe zorgt voor een wat Zonderling einde van zowel song als plaat.
Op de lekker lopende heavy rock van Slavior’s debuut valt heel weinig af te dingen. Qua bezieling, enthousiasme, composities en muzikaal vakmanschap zit het bij dit powertrio wel snor, dat zal moeilijk iemand kunnen ontkennen. Voor de progressieve medemens zal dit werkje echter toch iets te ver buiten de grenzen van het zo geliefde genre vallen.
Joost Boley