Recensent & foto’s: Hans Ravensbergen
Op zaterdag 21 augustus 2010 vond in het Villa Belparc te Gothenburg (Zweden) voor de elfde keer het Slottsskogen Goes Progressive festival plaats. Dit nog steeds populaire festival voor liefhebbers van (progressieve) rockmuziek heeft vooral onder Scandinavische liefhebbers een goede reputatie opgebouwd. Mede dankzij de Nederlandse inbreng dit jaar hadden enkele die-hard fans de oversteek naar Zweden gemaakt. Desondanks trok deze tiende editie wat minder toeschouwers dan het voorgaande (jubileum)jaar.
Dit jaar had het festival voor de tweede keer een Nederlands tintje. Smaakte (het helaas niet meer bestaande) Ricocher in 2005 het genoegen als Nederlandse groep op dit festival te debuteren, dit jaar was het de beurt aan Knight Area. Maar naast de ridders waren er nog meer groepen op het podium te bewonderen: Lone Star Retractor, Simon Says, Leprous en Airbag. Was er in 2009 op vrijdagavond nog een préparty onder de naam Nemis, dit jaar gaf de gemeente Gothenburg daarvoor geen toestemming vanwege de geluidsoverlast het jaar daarvoor. Hoe beter was dan ook de keuze om Airbag het bal te laten sluiten.
Krap een half uur voor aanvang van het festival brak plots de zon door het tot dan toe grijze wolkendek. Gelegen aan de rand van een mooie vijver aan de rand van het enorme stadspark Slottsskogen was het dus ook nu weer prima vertoeven.
Lone Star Retractor
De (voor mij) grote onbekende van het festival was deze Zweedse Genesis tributeband bestaande uit opgeleide muzikanten die allemaal nog steeds werkzaam zijn in de muziekwereld. Zo is bassist Lasse Lindberg onder meer docent aan een school waar hij progressieve rockmuziek onder de aandacht van zijn leerlingen heeft gebracht. Daarin gaat hij zover dat hij zijn leerlingen opdracht heeft gegeven muziek van onder meer Genesis en Emerson Lake & Palmer te gaan spelen. Dat deze interesse voor progrock aanslaat bleek uit de aanwezigheid van enkele van zijn studenten. De set van Lone Star Retractor bestond uit nummers uit de Peter Gabriel periode van Genesis. Nu is uw recensent van dienst geen liefhebber van dergelijke coverbands, maar het moet worden geschreven dat deze groep zich buitengewoon goed van zijn taak kweet.
Knight Area
Dat de naam en faam van ‘onze’ ridders vanaf dit festival ook in Scandinavië is doorgedrongen bleek wel uit de enthousiaste reactie van het talrijke publiek. Extra gesteund door meegereisde fans uit Nederland (inclusief meegebrachte Hollandse driekleur) wist Knight Area in het uur dat zij kregen een puntgave show neer te zetten. Een selectie van nummers van alle drie tot nu toe uitgebrachte albums kwam voorbij, waarbij het zwaartepunt op de compacte en meer stevige nummers lag. Straalt de groep altijd al een enthousiasme af, deze keer droop het spelplezier het podium af. Het applaus van het publiek werd door de band steevast beloond met een respectvol applaus aan het publiek. Dat het Nederlandse contingent uit zijn dak ging spreekt bijna voor zich, maar het was goed te zien hoe vele Zweden ook regelmatig in hemelse staten te bewonderen waren. Mede dankzij een min of meer geclaimde soundcheck (andere bands moesten het doen met een linecheck) was het geluid gelet op de omstandigheden prima verzorgd, iets wat op een locatie in een tent als deze best lastig is. Dankzij het gunstige tijdstip was er voor de geïnteresseerden na afloop ruim gelegenheid om in de Knight Area stand met alle bandleden te praten en cd’s en T-shirts aan te schaffen.
Simon Says
De meest ervaren groep van het festival en afkomstig uit Gothenburg speelde deze Zweden vrijwel een thuiswedstrijd. Drie bandleden wonen immers in Gothenburg, waarbij het festivalterrein bijna in de achtertuin ligt van (nieuwe) toetsenist John Lönnmyr. Zoals het met thuiswedstrijden hoort te zijn moet je deze winnen. Na afloop waren de meningen over het optreden van deze band verdeeld, waardoor het een krappe overwinning werd. Dat is niet vreemd wanneer je bedenkt dat je van het karakteristieke stemgeluid van Daniel Fäldt moet houden. Er werden nummers gespeeld van het tot dan toe meest recente album “Tardigrade” en enkele van “Paradise Square”. Het eerste album “Ceinwen” werd volledig genegeerd omdat de groep met dit verleden heeft gebroken en dit album het huidige Simon Says niet meer vertegenwoordigt. Ondanks dat Lönnmyr als extra toetsenist aan de groep is toegevoegd, nam bandleider Stefan Renström naast basgitaar wat toetsenpartijen voor zijn rekening. Renström is van origine een bassist met een zeer krachtige manier van spelen. Kennelijk was hij in dit optreden zo enthousiast dat hij na afloop wat armklachten had. Neemt niet weg dat Simon Says een prima optreden neerzette wat bij ondergetekende de hoop deed opleven deze groep ooit in Nederland te zien optreden, iets wat ze tot hun spijt nog nooit hebben gedaan.
Leprous
Deze betrekkelijk nieuwe groep uit Noorwegen bracht in 2009 het debuutalbum “Tall Poppy Syndrome” uit, een album dat Erik Groeneweg destijds bestempelde als erg goed, maar niet bijzonder. Dezelfde bewoordingen kunnen worden gegeven aan het anderhalf uur durende optreden. Het blijft toch lastig om anderhalf uur te vullen met slechts één uitgebracht album. Leprous was met zijn krachtige geluid met afstand de meest heavy band van het festival. De muziek kent overduidelijke invloeden van Opeth en Pain Of Salvation. Dat de talrijk aanwezige fans het meest warm lopen voor deze energieke muziek bewees wel het grote aantal mensen dat zich voor het podium opstelde. Net als Seventh Wonder in 2009 zal deze nieuwe jonge groep Progpower Europe in 2010 met een optreden vereren.
Airbag
De grote naam en publiekstrekker van Slottsskogen dit jaar en een talentvolle groep. Alleen dient de vraag zich aan of deze groep niet te vroeg en te snel omhoog wordt geschreven. Het verwachtingspatroon kan dermate hoog worden dat de groep deze verwachtingen niet kan waarmaken. En dat was dan ook wat op deze avond deels gebeurde. Het vijftal uiterst sympathieke en introverte Noren blijft er ogenschijnlijk onbewogen onder. Met een geluid dat onmiskenbaar dat van Pink Floyd en David Gilmour in zich heeft mocht Airbag zich anderhalf uur van zijn beste kant laten horen en zien. De groep heeft amper repertoire voor anderhalf uur waardoor men in de toegift gedwongen was in herhaling te vallen. Op het podium sprankelde het ook niet echt. Er staan vijf muzikanten prima verzorgd te spelen maar interactie met het publiek vindt er vrijwel niet plaats waardoor het een vrij statisch geheel werd. Het opvallende is dat het overgrote deel van het publiek dit niet veel kan schelen, want alle nummers werden met groot applaus en gejuich begroet. Doorgaans maakt Airbag gedurende zijn optreden gebruik van projecties die moeten zorgen voor aanvulling maar ook afleiding. Het was jammer dat de groep dit – als hoofdact – niet voor elkaar heeft weten te krijgen. Daarnaast was het een nadeel dat de groep als laatste stond geprogrammeerd en mensen na het optreden van Leprous waren weggegaan. Het zijn allemaal leermomenten voor de groep die in de toekomst ongetwijfeld worden opgepakt. Ik ben er dan ook van overtuigd dat de groep een grote toekomst heeft. Uiteindelijk heeft Gazpacho er ook drie albums op moeten wachten.
Om klokslag 23.00 uur was het festival ten einde en verliet het nog aanwezige publiek het terrein om zich door het donkere stadspark in het centrum van Gothenburg verder te vermaken. Wellicht dat er op editie twaalf in 2011 weer een Nederlandse groep te bewonderen valt. Zeker is dat Slottsskogen vanaf nu niet alleen meer van de Zweden is.