Op zaterdag 22 augustus 2009 vond in het Villa Belparc te Gothenburg (Zweden) voor de tiende keer het Slottsskogen Festival plaats. Dit gratis festival kent als thema ‘Slottsskogen Goes Progressive’. Onder Scandinavische liefhebbers van progressieve rockmuziek heeft dit festival in die tien jaar een aardige reputatie opgebouwd. Het bezoekersaantal groeit dan ook al jaren. Deze tiende editie trok maar liefst een kleine 1000 liefhebbers. Veel groepen die op Slottsskogen optraden zijn later tot een breder publiek doorgedrongen. De organisatie mag dan ook een fijne neus voor talent worden toegedicht. We noemen onder meer Magic Pie, Moon Safari, Anekdoten, Darkwater, Black Bonzo, Beardfish, Gazpacho, Sylvan en Quidam. Het zijn hoofdzakelijk beginnende en talentvolle Scandinavische groepen die het affiche sieren, dat wordt aangevuld met een al bekendere, grote act.
Dit jaar bestegen de volgende groepen het podium: Wonderland, Brighteye Brison, Jeavestone, Seventh Wonder en RPWL. Overigens vond op vrijdagavond 21 augustus onder de naam Nemis een speciale pré-party plaats met onder meer een spetterend optreden van de talenvolle Zweedse groep Miosis. Oorspronkelijk stond deze groep gepland voor Slottsskogen, maar door omstandigheden moesten zij het doen met 45 minuten optreden gedurende Nemis. Helaas deden ze dit voor een handvol toeschouwers, want deze groep verdient een bredere aandacht. Het valt te hopen dat (festival)organisatoren buiten Zweden (en Nederland) deze groep spoedig oppikken.
De stralende zon en 20 graden op zaterdag kwam de entourage van dit festival nog extra ten goede. De drie voorgaande festivals werden namelijk geteisterd door veel regen. Gelegen aan de rand van een idyllische vijver aan de rand van het enorme stadspark Slottsskogen was het uitermate goed vertoeven. Een vaste vriendengroep verenigd onder de naam GARF (Gothenburg Artrock Federation) organiseert dit festival uit eigen middelen. Tegen het einde van het festival wordt nog wel met de pet rondgegaan wat de nodige extra Zweedse Kronen oplevert. Uiteraard viel er, op het wat te lage podium na, muzikaal gezien ook erg veel te beleven.
Wonderland
Voorbeeld van een talentvolle Zweedse groep is Wonderland. Het was voor het eerst dat deze groep voor zoveel publiek optrad. Dat was niet te zien of te horen, want de mannen zetten een energieke show neer. Het kakelverse debuutalbum “Seven Wonders” was voor het eerst op dit festival verkrijgbaar en het was dan ook geen verrassing dat dit album vrijwel integraal werd gespeeld. De muziek is melodieus en ligt goed in het gehoor en zal liefhebbers van AOR best kunnen aanspreken.
Brighteye Brison
Een flink stuk meer ervaring en ook albums heeft Brighteye Brison in huis. De groep kon de setlist dan ook uit een flink oeuvre samenstellen. Mocht je denken dat alleen nummers van het meest recente album “Believers And Deceivers” werden gespeeld, dan heb je het mis. Ook het album “Stories” uit 2006 kwam aan bod. Sinds Per Hallman als volwaardig groepslid deel uit maakt van de groep is dat de muziek ten goede gekomen. Mocht Hallman oorspronkelijk alleen maar wat meezingen, de man speelt nu ook toetsen naast Linus Kåse en componeert lustig mee. De groepsopstelling was vrij bijzonder. Beide zanger-toetsenisten (Hallman en Kåse) zaten aan weerskanten voorop het podium. Ze hadden ook een flink arsenaal aan toetseninstrumenten meegenomen, waarbij de Mellotron van Hallman het meeste opzien baarde. Brighteye Brison zette dankzij het toetsenarsenaal een erg symfonisch geluid neer. Vooral Hallman had het prima naar zijn zin getuige de voortdurende brede lach op zijn gezicht. Het is voor mij een raadsel waarom we deze groep in Nederland nog niet live aan het werk hebben gezien. Wellicht dat het ontbreken van een manager daar debet aan is.
Seventh Wonder
Deze Zweedse groep timmert al een jaar of vijf hard aan de weg en behoort zonder twijfel tot de meest belovende groepen in het genre van de progressieve metal. In 2008 bracht men het zeer goed ontvangen album “Mercy Falls” uit. Naast nummers van dit (concept)album werd ook een greep gedaan uit het album “Waiting In The Wings”. De groepsleden beheersen hun instrument stuk voor stuk volledig. Voorbeeld van die klasse is bandleider en bassist Andreas Blomqvist. Hij heeft een vrij snelle en speciale snaaraanslag en produceert ook een mooi helder geluid. De kleine Johan Liefvendahl deed daar niet voor onder en toverde de ene na de andere flitsende gitaarsolo uit zijn instrument. Met de fris ogende Tommy Karevik heeft de groep een erg goede zanger in huis die live ook zijn mannetje staat en er bovendien een prima podiumpresentatie en een goede interactie met het publiek op na houdt. Het geluid was wat aan de harde kant waardoor Karevik soms moeite had om daar bovenuit te komen. Het deerde het fanatieke en enthousiaste publiek niet en men schreeuwde de in het wit geklede groepsleden vrijwel het volle uur hartstochtelijk toe.
Jeavestone
Na het metalen geweld van Seventh Wonder was het de beurt aan Jeavestone. Ik had erg naar het optreden van deze Finse groep uitgekeken. Ze bestaan al bijna tien jaar, maar hebben dat in ons land goed verborgen weten te houden. De reputatie van deze vijf maffe en hippieachtige Finnen, afkomstig uit Tampere, was hun dankzij YouTube al aardig vooruitgesneld. Maar vergis je niet, want het kwintet zette een erg goed en energiek optreden neer. Het uur kende een aaneenschakeling van nummers van de albums “Mind The Soup” en “Species, Specs And Poetry Petrol”. De vier heren en één dame hebben een ontwapenende uitstraling en verstaan de kunst om de aandacht van het publiek vast te houden. Opvallend is het gebruik van de melodica in hun muziek. Dit kinderlijk aandoende instrument heeft een typisch geluid en past geheel in de gimmick van de groep. Gekleed in wat sjofel en hippieaandoende kleding werkte vooral bandleider Jim Goldworth (bijnaam) zich letterlijk in het zweet, bijgestaan door zijn lange en magere kompaan Mickey Maniac (bijnaam). Vanwege technische problemen was de groep niet in de gelegenheid een soundcheck te doen, iets wat hun niet zoveel kon schelen. Als goedmaker mochten ze een extra nummer spelen. Mede dankzij de originele muziek en het enthousiasme beviel deze groep mij op dit festival het meest. Mijn hoge verwachtingen werden dan ook niet beschaamd.
RPWL
Deze ervaren Duitse groep heeft eigenlijk geen nadere introductie nodig. Er zijn inmiddels meerdere concertverslagen op deze website terug te lezen. Een live optreden van RPWL staat eigenlijk altijd garant voor goede muziek en veel plezier op het podium. Dat was deze keer dan ook niet anders en was daarom een goede afsluiting van dit festival. Het was jammer dat de groep het nodig vond om het grote festivaldoek weg te halen. Even dacht ik dat dit was voor de dia/filmprojectie die RPWL vaak gebruikt. Dat bleek niet zo te zijn. Desondanks knalden deze Zuid-Duitsers weer als vanouds en de band speelde een mengeling van oude en nieuwe nummers met de nadruk op het oudere werk. Uiteraard werd ook de meezinger Roses dit keer niet vergeten. Na een ruime toegift (mede om de resterend toegestane tijd tot 23.00 uur vol te maken) kwam een eind aan een geslaagd festival. Veel fans haastten zich vervolgens om het nieuwe album van Chris Postl’s Parzivals Eye aan te schaffen, die de dag daarvoor van de persen was gerold.
Conclusie
In Nederland hebben we traditionele festivals als Progfarm, Progpower Europe en Symforce. Allemaal festivals die het hoofd boven water kunnen houden dankzij een goede organisatie, een aantrekkelijk affiche en betalende bezoekers. In het land waar zoveel goede progrockgroepen vandaan komen, verstaan zij dit kunstje minstens net zo goed. Groot verschil en voordeel zijn dat de bezoekers op Slottsskogen geen Zweedse Kroon entree hoeven te betalen. Het gegeven dat dit festival in een tent plaats vindt op een fantastische locatie, werkt ook nog eens sfeerverhogend. Het is dan ook wachten op een dergelijk eerste festival in Nederland. Aan ons huidige zomerse klimaat zal dat niet kunnen liggen.
Verslag en fotografie: Hans Ravensbergen