Zoals zoveel muzikanten houdt Arena-zanger Rob Sowden er ook een tweede band op na. Solar, want zo noemt dit driekoppige gezelschap zich, wijkt sterk af van de koers die Arena vaart net zoals The Urbane met John Mitchell dat doet. Geen symfo dus op hun hier te bespreken debuut-cd “Dark Places” al zou je dat misschien wel verwachten op het Verglas-label. Solar, dat naast zanger / gitarist Rob Sowden, verder bestaat uit bassist Lawrence Jarvis en drummer Simon Bell, maakt gitaarrock met een hoog emo-gehalte in de lijn van groepen als Radiohead en Muse. Als in de productie van John Mitchell wat meer plaats was geweest voor de toetsen van gastspeler Patrick Darlington zouden bands als Pineapple Thief en the Amber Light het referentiekader ook afgebakend hebben. Het totaalgeluid is echt dat van een gitaar-bas-drums trio. Er zijn dan ook drie gastgitaristen aanwezig waaronder Mitchell zelf. Vergis je echter niet, je hoort dat er niet aan af.
Het grote probleem van “Dark Places” is de lengte, zowel van een aantal nummers afzonderlijk als van het totaal. Zulke geniale componisten zijn de heren nu eenmaal niet. Met een beetje kwade wil kan je het gebodene zelfs onenerverend noemen of saai. Laten we dat maar niet doen want het vertoonde spel is beslist niet onaardig en Sowden heeft natuurlijk een geweldige stem. Deze komt in de eerste twee nummers, Cheap Thrill en Psycho, nog niet zo uit de verf. Dit zijn behoorlijk fletse composities die net zo goed geschreven hadden kunnen zijn door het bandje hier om de hoek. Gelukkig gaat het daarna redelijk de goede kant op. Atrophy maar vooral Odyssey [In A Major] zijn wat mij betreft de betere nummers. De zanglijnen blijven behoorlijk hangen en snijden meer hout dan elders. Tevens zijn de contrasten tussen fragiel ingetogen spel en heftige uitbarstingen à la Creed lekker scherp neergezet. Met de complimenten overigens voor de rake manier van drummen. Ook prettig zijn de krachtige gitaarakkoorden in She Knows die het nummer verlossen van een akelig langdradig percussief stukje depri-folk.
Opvallend is Caving In dat doorspekt zit met fraaie, stemmige cello. Daarnaast kent het nummer vrij een zwoele sax die in de refreinen toch ook snerpend klinkt. Op momenten is dit best een aardige cd en laat de creativiteit van de heren Solar zich gelden zoals tijdens de jazzy loopjes van Mother Of Mother.
Toch kennen de meeste nummers helaas één of meerdere minuten die de aandacht flink doen verslappen waardoor het nodige editwerk niet verkeerd zou zijn geweest. Untouchable en Arizona Dream (Letter To Valou) hadden van mij zelfs helemaal in de studio achter mogen blijven. In Untouchable gaat de band Coldplay achterna. Het nummer pakt maar bleekjes uit omdat de drive hier niet geladen is met een onderhuidse spanning. Ook Arizona Dream (Letter To Valou) kabbelt maar wat door en eigenlijk spreekt de titel meer tot de verbeelding dan het nummer zelf. De cd sluit daarentegen erg sterk af met het Porcupine Tree-achtige Twice As Bright As The Sun waar de contrasten weer uitstekend zijn. Doe het grote licht maar aan want dit is goed hoor.
Het is duidelijk dat “Dark Places” me maar ten dele aan weet te spreken en dat het niveau van de composities omhoog zal moeten wil de muziek van Solar mij verder nog bekoren. Ik ben geen verstokte symfomaan maar wat Rob Sowden betreft hou ik het voorlopig toch maar liever bij Arena.
Dick van der Heijde