Het bespreken van een album dat volledig instrumentaal is, blijft in mijn ogen één van de lastige klusjes voor een recensent. Wanneer een band gebruik maakt van zang en de daarbij behorende teksten geeft dat toch veel meer mogelijkheden om een gevoel of een verhaal over te brengen. Als instrumentale band heb je op dat vlak dus al direct een achterstand. Ook het Hongaarse Special Providence bedient zich dus louter van muziek om hun boodschap over te brengen. De titels van de nummers kunnen wat dat betreft natuurlijk ook een vingerwijzing zijn. Deze variëren via een hindoestaanse viering (Akshaya Tritiya) en Irrelevant Connotations tot een ruimtestation uit de Star Wars saga (Mos Eisley). Ga er maar aan staan.
Wat er met de muziek wordt overgebracht is behoorlijk technisch. We hebben hier te maken met een viertal zeer begaafde muzikanten. Gitaar, basgitaar en toetsen zijn hier mooi in evenwicht. En waar collega Markwin in zijn recensie van voorganger “Essence Of Change” zich nog stoorde aan het opvullende spel van drummer Adam Marko, speelt ook deze hier nu veel meer in dienst van de nummers. Hoewel zijn vermeende metal verleden nog wel duidelijk hoorbaar is in bijvoorbeeld Neptunian Pyramid Chill waar een paar heuse blastbeats voorbij komen.
Hoe valt de muziek nu eigenlijk te categoriseren? Nou, prog is zeker aanwezig, meer prog metal eigenlijk. Ook is te horen dat de heren waarschijnlijk wel liefhebbers zijn van jazz en fusion. Als je de platen van Liquid Tension Experiment in de kast hebt staan, kun je hier zeker ook wel mee uit de voeten. Ook een band als Psychotic Waltz is hier wel terug te horen.
En hoewel de muziek – net als op de voorganger – nergens écht verrast, bevat de muziek genoeg diepgang en afwisseling om de volle tien nummers te blijven boeien. Dat is dus wel een vooruitgang ten opzichte van het vorige album. The Rainmaker is gebouwd rondom een repeterend gitaarthema waar toetsenman Zsolt Kaltenecker mooie sfeertekeningen legt, terwijl het opvolgende jazzy Mos Eisley weer wat lekkere notenspugerij op ons los laat. Dat lijkt voor ieder wat wils, maar uiteindelijk blijft dit wel een album voor de échte liefhebber.
Ralph Uffing