In mijn verslag van het optreden dat Fish gaf op het Bospop festival, gaf ik de tip aan de overige Marillion leden om ook te overwegen om dit album, dat na dertig jaar nog steeds leeft bij de liefhebbers van progressieve muziek, te gaan spelen. Steven Rothery is de eerste die deze handschoen oppakt en afgelopen zaterdag mocht ik getuige zijn van een integrale uitvoering van dit album. De eerste uitvoering die ik van dit album ooit mocht zien was zo’n 31 jaar geleden en dat optreden staat nog steeds in mijn geheugen gegrift. Ik ben dus heel benieuwd wat deze avond gaat brengen.
RanestRane
En welke band kun je het beste meenemen op Halloween avond. Natuurlijk de Italiaanse RanestRane, die met hun rockopera “Nosferatu Il Vampiro” het verhaal van Dracula vertolkten. Echter van dit album krijgen we niets te horen. De band speelt een groot gedeelte van het laatste verschenen album “A Space Odyssey, Part One Monolith”, waar Steven Rothery ook aan heeft meegewerkt. De band verschijnt – ogenschijnlijk zonder zanger – op het podium en als daarna de stem van Steve Hogarth door de boxen klinkt, mag je hopen dat hij zo meteen ook het podium op stapt. Jammer genoeg zijn dit de opnamen die Hogarth heeft verzorgd voor het album en neemt Daniele Pomo, zanger en drummer van de band, het stokje over voor de live zang.
De muziek die RanestRane maakt is complex met sterk wisselende structuren. Daarnaast is de muziek bij het Udense publiek redelijk onbekend en omdat alles in het Italiaans wordt gezongen, is het toch erg moeilijk om het concept en de teksten te begrijpen. De zang van Daniele Pomo is goed en hoewel we er niets van begrijpen mooi en helder. Echter een drummende zanger blijkt niet goed tegelijkertijd te kunnen zingen en drummen, waardoor de andere instrumenten het vaak goed moeten maken. Opvallend is nog de elektrische contrabas van Maurizio Meo die een paar keer bespeeld wordt. Wellicht komt deze band in het voorprogramma, met slechts 45 minuten speeltijd, niet goed tot zijn recht. Dat moet De Pul ook gedacht hebben, vandaar dat ze op 6 december terug komen met een eigen show. Pomo heeft al aangekondigd dat ze dan in ruim twee uur het tweede deel van “A Space Odyssey” zullen presenteren, waarschijnlijk in combinatie met het eerste deel.
Steve Rothery Band
In de relatief lang pauze – want er viel eigenlijk niets om te bouwen – valt het op dat De Pul naast het podium een nieuwe DJ plek heeft gerealiseerd, waar live de prog gerelateerde plaatjes worden gedraaid. Na ruim een half uur komt dan Steven Rothery met zijn band het podium op. De show van Rothery is opgedeeld in een drietal onderdelen, zijn solowerk, het nostalgische onderdeel en tenslotte een feestje.
Ten eerste genieten we van een uitermate mooie weergave van een aantal nummers van zijn soloalbum, “The Ghosts Of Pripyat”. Ook op het podium weten Rothery en Dave Foster, met wie hij het meeste van de nummers heeft geschreven, muzikaal te overtuigen. Schijnbaar moeiteloos weet Rothery de mooiste klanken uit zijn gitaar te halen. Dat hier één van ’s werelds beste gitarist staat, is meteen duidelijk. De solo’s op het nummers als Old Man Of The Sea – waar Rothery in de studio wordt bijgestaan door Steve Hackett en Steven Wilson – doet hij nu met gemak zelf. Een perfecte opening van een unieke set.
Na een kleine pauze van zo’n vijf minuten keren Rothery en zijn mannen terug met Martin Jakubski, zanger van StillMarillion, om het reeds aangekondigde album “Misplaced Childhood” integraal te vertolken. Het merendeel van de bijna uitverkochte zaal is hier voor gekomen en onder luid gejuich wordt Pseudo Silk Kimono ingezet. Het is muzikaal een perfecte uitvoering van dit klassieke album en het publiek laat het enthousiast over zich heen komen. Iedereen kent alle teksten en die worden door het ‘Ujens mannenkoor’ perfect meegezongen. De sfeer is goed, de muziek is misschien wel meer dan perfect, maar de show is matig. Jakubski is duidelijk niet eenzelfde frontman als Fish en ook de vocale kwaliteiten zijn anders, maar misschien mis ik wel gewoon het Schotse accent. Natuurlijk is het optreden niet te vergelijken met dat van Fish tijdens Bospop. Een tent gevuld met een paar duizend bezoekers, tijdens een zonnig festival en een houten vloer die lekker meedeint op de muziek, is niet te vergelijken met een relatief kleine, maar goed gevulde zaal met een betonnen vloer. En toch heeft iedereen het naar zijn zin en kunnen we voluit genieten van deze prachtige muziek, die waarlijk tijdloos is geworden.
Dan volgt weer even een kleine pauze om vervolgens het derde deel als toegift te brengen. En nu gaat de zaal helemaal los en wordt er een feestje gebouwd. Oude Marillion klassiekers als Cinderella Search, Sugar Mice en Incubus worden vol verve gespeeld. Rothery heeft er zichtbaar zin in en hij heeft al eerder in het eerste deel aangegeven dat Nederland een speciaal publiek is om voor te spelen en tijdens deze nummers blijkt maar weer eens waarom… Als de band voor de derde keer het podium verlaat is het nog niet over. Het publiek is uitzinnig geworden en laat de band niet zomaar vertrekken. Compleet in een Halloween uitdossing komen ze nog één keer het podium op om, als complete verrassing voor het publiek en ondergetekende, het laatste deel van de klassieker Grendel te spelen.
Dat het album “Misplaced Childhood” na ruim dertig jaar nog springlevend is, heeft Steven Rothery nogmaals bewezen. Dat hij een geweldig goede gitarist is wisten we natuurlijk allemaal en hij bewijst dit nogmaals in zowel zijn solowerk als het werk van Marillion. Dat we in Brabant nog steeds een feestje kunnen bouwen hebben we allemaal laten zien in De Pul. Goede muziek, gezellige mensen en de perfecte ‘coverband’ met een geweldig goede gitarist.
Verslag: Mario van Os
Fotografie: Wouter Bessels, Marti & Mario van Os