Suldusk is de naam voor een eenmansproject opgestart door de Australische Emily Highfield. Deze dame uit Down Under laat zich inspireren door de natuur, maar is muzikaal gezien geïnspireerd door Aleah Starbridge en de Deense Amalie Bruun . Starbridge is de in 2016 overleden zangeres van de band Trees Of Eternity, Amalie Bruun is een Deense zangeres en model bekend onder de naam Myrkur.
Die inspiratie van de genoemde “metalen” dames is ook duidelijk aanwezig in de muziek van Suldusk. De (haast fluisterende) manier van zingen zoals Aleah Starbridge dat laat horen in Trees Of Eternity komt in grote mate terug, maar ook de manier van uiting geven aan het bestaan van artiest en haar uiterlijke verschijning. Alleen de muziek van Suldusk is wat gevarieerder dan de muziek van Trees Of Eternity, hoewel “Hour Of The Nightingale” natuurlijk een meesterlijk album blijft.
De muziekbasis van Suldusk ligt in de akoestische hoek, maar er zijn veel meer invloeden te bespeuren. Onvervalste black metal met dito screams en grunts, shoegaze, maar ook verfijnde composities waar vooral de balans op meesterlijke wijze is behouden. Een band als Alcest (mijmerende gitaren) of Myrkur is te vinden in de creaties van Highfield. Solus Ipse is daar een goed voorbeeld van. Highfield omschrijft zelf haar muziek als folk-metal met atmosferische doom en black metal invloeden en daarin kunnen we haar volledig volgen. Over de hele linie is er somberheid maar toch ook “optimistische” melancholie te vinden in de muziek, hoe contrasterend dat ook klinkt als je de voorgaande regels leest. en voor de duidelijkheid, dit album bestaat voor tachtig procent uit songs die meer in de akoestische folkloristische hoek verblijven dan in de metal hoek. Wil je kennismaken met die folkloristische kant, dan is Aphasia een prima song om mee te beginnen. Toch schemeren ook hier weer wat blackmetal invloeden door, in de vorm van screams en gegrom van Highfield in de achtergrond. Er hangt een duister sfeertje rond de song die vooral intrigeert.
Bijzonder indrukwekkend is de track Catacombs. Het begint rustig, akoestisch en ingetogen, de cello overheerst in de muziek en ook Highfield zingt op een ingetogen wijze. Tevens weer de licht fluisterende manier van zingen. Een aansterkende cello, drums en gitaar zorgen voor een indrukwekkende finale en het hoogtepunt later in de song is kort maar indrukwekkend. Sowieso is er veel strijkwerk te vinden op het album, dat komt op veel momenten weer terug in de composities. Verantwoordelijk daarvoor is celliste Francesca Mountford. Het vriendelijk klinkende Three Rivers is een indrukwekkende track die de songs met elkaar verbindt. Een pakkende melodie die zich in je systeem nestelt, prima percussie en Highfield laat horen dat ze een uitstekende zangeres is. Nu we de percussie toch genoemd hebben, naast de vele strijkers heeft percussionist Glenn James een behoorlijk aandeel in het succes van dit album.
De afsluitende song, Sovran Shrines, zorgt na vele luisterbeurten nog steeds voor bewondering en die lijkt bij elke draaibeurt alleen maar indrukwekkender te worden. De songbasis wordt gevormd door akoestische gitaren die later worden bijgestaan door mijmerende elektrische gitaren, waarna een postrockachtig slot wordt gevormd. De song eindigt zoals het album begint; met een gruntende Highfield.
Hoewel “Hour Of The Nightingale” als voorbeeld diende om “Lunar Falls” te componeren, is dit album gevarieerder samengesteld dan het voorbeeld. Highfield heeft het in haar mars om dicht in de buurt van haar voorgangers Aleah Starbrigde en Juha Raivio te komen, hoewel met name de eindmix van de productie meer aandacht voor details verdient. Dat is zeker een puntje voor de toekomst, maar die zal dan ook voorspoedig zijn. We kijken uit naar het vervolg op dit debuut.
Ruard Veltmaat