Supernova: de laatste, explosieve levensfase van een ster die met een verzengende energie-uitbarsting zich nog één keer doet gelden in het universum. Hm… mooie naam voor een band en zeker een naam die een bepaalde verwachting oproept.
Een verwachting die deze Argentijnse band met haar tweede schijfje jammer genoeg niet echt waarmaakt. En dat is op zich jammer, want in muzikaal opzicht word er best een aardige maaltijd opgediend: toetsengeoriënteerde, licht bombastische symfo. El Hipernauta opent energiek met druk drumwerk waarna een mooie rol is weggelegd voor lyrisch fluitwerk. Opvallend is dat bassist Mariano Sanchez, de ruimte geboden door de afwezigheid van een gitarist, rijkelijk strooit met interessante basloopjes.
Apocalipsis II opent met dreigende toetsenklanken waarna zangeres Maria Macana aarzelend voor het voetlicht treedt. In het tweede deel van het stuk gaat het er een stuk heftiger aan toe, mede door gastgitarist Miguel Oropeza. Toch, echt schokkend wordt het maar niet.
Het instrumentale Despues De Todo is het sterkste nummer van het album en laat een muzikale richting horen waar in men zich wel verder mag ontwikkelen. Wederom de bas in een bijzondere rol (soms als een soort vervanging van de gitarist met korte, riffende passages) en alle ruimte ook voor sfeervolle fluitpassages gekoppeld aan licht bombastisch toetsenwerk, voortgestuwd door vlot drumwerk.
Het langste stuk van het album, Isis (bijna 34 minuten lang), is bedoeld als een soort van minisymfonietje waarbij de langere delen worden afgewisseld door korte intermezzo’s. Alle elementen uit de vorige drie stukken komen hier nog weer eens volop aan bod, waarbij het geheel duidelijk wel iets klassieker aan doet dan al het voorgaande.
En hoewel dus een groot deel van de ingrediënten op zich in orde zijn en zelfs bij vlagen op smakelijke wijze bereid, is het absoluut geen “haute cuisine” wat op tafel komt. En dat komt met name door een aantal elementen: het kille, elektronische drumgeluid en de matige prestaties van zangeres Macana. Het aandeel van de laatste is gelukkig, voor onze oren, niet al te groot. Er is namelijk een aantal momenten dat ik denk dat ze er flink naast zit. Daarnaast beschikt ze nou niet echt over een stem die uitnodigt tot aandachtig luisteren. Uiteindelijk zijn het met name de koekbliktrommels (want zo klinken ze) van drummer Norberto Barcala die al het mogelijke plezier, wat er te beleven valt aan dit album, grondig verknalt.
Nee, dit album is wat mij betreft niet echt een aanrader tenzij men er zich van wil vergewissen dat er ook in andere delen van de wereld matige producties van de band rollen. Intussen stop ik maar weer eens Nexus’ “Metanoia” in mijn cd-speler in de hoop dat zij de nare bijsmaak van Supernova’s hoofdgerecht doen vergeten.
Christian Bekhuis