Als recensenten moeten we al enige tijd tags invullen bij de recensies. Met vier van deze tags kun je direct een link maken naar de grootste bands die ons genre rijk is: Camel, Genesis, Pink Floyd en Yes. Bij “From The Distance” van Swappers Eleven zou de tag ‘Marillion-invloeden’ eigenlijk alles hebben gezegd. En dat heeft ook alles te maken met de ontstaansgeschiedenis van deze band.
Tijdens de Marillion vakantieweekenden in Port Zelande wordt de zogenoemde Swap The Band contest gehouden. Muzikanten en bands kunnen vooraf een demo opsturen en de besten onder hen mogen hun kunsten op het podium laten horen. Met een beetje geluk spelen leden van Marillion dan nog mee ook. Drie winnaars van deze Swap The Band contest hebben hun handen ineengeslagen. Het gaat om de Italiaan Alessandro Carmassi (zang), de Braziliaan Luiz Alvim (toetsen, gitaren) en de Engelsman Gary Foalle (basgitaar, gitaren). Een internationaal gezelschap dus, en dat wordt nog veel internationaler, want maar liefst veertien muzikanten uit verschillende landen, die de band kent van het Marillion weekend, geven acte de présence op dit album. Voor je beeld: op YouTube is bijvoorbeeld een video uit 2011 te vinden waar Gary basgitaar speelt en Luiz de toetsen verzorgt op het nummer The Party van “Holidays In Eden”. En natuurlijk volstrekt logisch: beide heren vinden het geweldig om met hun helden op het podium te staan.
En hiermee is ook één ding duidelijk: op “From The Distance” is de connectie met Marillion nooit ver weg. En dan met name Marillion met Steve Hogarth als zanger. Zo is het album “Afraid Of Sunlight” een aardig referentiepunt. Niet dat Swappers Eleven qua kwaliteit in de buurt komt van deze plaat, maar de muziek en sfeer is wel in die richting. En daarmee komt ook de grootste moeilijkheid van deze recensie om de hoek kijken. Gezien de ontstaansgeschiedenis én de muziek is het ondoenlijk om de band niet met Marillion te vergelijken. Ik vraag mij tegelijkertijd af hoe eerlijk dat is ten opzichte van deze goedwillende muzikanten die gewoon een degelijke neo-progplaat hebben afgeleverd.
De cd bestaat uit twee epics en vijf kortere c.q. middellange nummers. Ik vind dat er goed wordt gemusiceerd op deze plaat. De muzikanten laten horen hun instrumenten goed te beheersen. Vooral de bijdragen op toetsen kunnen mij zeker bekoren. Voor de liefhebber van zwevende neo-progtoetsen kent deze cd mooie momenten. Een aantal gitaarsolo’s is ook dik in orde. Van de zang ben ik eerlijk gezegd wat minder onder de indruk. Je zou zanger Alessandro Carmassi kunnen kennen van de dvd “Live In Rome” van de Steve Rothery Band. Ik vind het wat geforceerd klinken. Ik mis een zanger die de muziek naar een grotere hoogte kan tillen. In drie nummers maakt men gebruik van zangeres Michelle Aragon. Ik vind haar stem bij het korte en rustige nummer First Light passen, maar eerlijk gezegd bij de meer proggy nummers minder.
Een van de betere nummers op dit album vind ik openingsnummer The Collector (niet te verwarren met de klassieker van Twelfth Night). Lekker begin met Steve Rothery-achtig gitaargeluid, een mooie toetsensolo en een mooie opbouw. Het derde nummer, Distance, vind ik het beste van de cd. Een sterke opening, haast a la Pendragon maar al snel komt het “Afraid Of Sunlight”- sfeertje om de hoek kijken. De zang gaat ook erg richting Steve Hogarth. Ik vind dit een track waarin de band laat horen wat ze kan. Afsluiter Hope Is A Stranger is wat krachtiger en agressiever en spreekt me daardoor juist aan. Het heeft een bepaalde gedrevenheid die ik graag meer op “From The Distance” had willen horen.
Ik kom zelf tot de conclusie dat het prima muzikanten zijn. Wat de band nodig heeft is meer een eigen smoel en vooral sterker songmateriaal dat echt beklijft. Voor nu is wat mij betreft “From The Distance” een aardige neo-progplaat zonder echt gedenkwaardige momenten. Ik kan me wel voorstellen dat als je ‘helemaal into Marillion’ bent, je daar anders over denkt.