“Anti-matter Poetry” is de derde solo-cd van de Duitse multi-instrumentalist Thomas Thielen en het is het tweede album onder zijn artiestennaam T. Het is ook de tweede cd met een gebogen vrouwenbeen op de voorkant. Het album gaat geloof ik over gebakken lucht in de poëzie. Echt veel meer kan ik je over de inhoud van dit concept helaas niet vertellen, want Thielen is behoorlijk vaag in zijn schrijfsels.
De hoeveelheid onbegrijpelijke songteksten is dan ook enorm maar ach wie zal daar om malen, de muziek op “Anti-matter Poetry” is dusdanig indrukwekkend dat niemand daar een punt van zal maken. Zelden heb ik tijdens de eerste luisterbeurten naar een cd met zoveel genoegen het woord ‘prachtig’ in m’n schedeldak laten graveren en dat gevoel is alleen maar intenser geworden.
Het feit dat T het allemaal alleen doet maakt “Anti-matter Poetry” tot een lekker ongeremd en concessieloos schijfje vol ideeënrijke muziek. Net als op zijn vorige album, “Voices” uit 2006, draagt een groot aantal stemgeluiden het concept. Niet alleen is T enorm creatief met het gebruik van vervormde stemmetjes, tevens is hij een uitstekende zanger die zo wel hoog als laag een sterke indruk maakt. Hierbij kan de vergelijking met de stem van David Bowie trouwens makkelijk gemaakt worden.
Al deze vocale verrichtingen maken het beluisteren van de donkere muziek buitengewoon aangenaam. Probleemloos word je door de 68 minuten van het album heen geloodst. Nog meer dan voorheen maakt T zeer artistieke muziek die het beste te omschrijven valt als een modern avontuur in ambiënte hyper melodieuze prog. Door de vele sfeerwisselingen is het geheel nogal complex te noemen. Niet zo zeer qua gelaagdheid, want T gebruikt niet anders dan een standaard arsenaal aan instrumenten zoals gitaar, toetsen, bas en drums maar meer qua structuur. Eigenlijk moet “Anti-matter Poetry” gezien worden als een enorme epic en de zes nummers als een onderdeel daarvan. Elke track heeft zo z’n betekenis en draagt daarmee bij aan het totaalplaatje.
Zo zijn de eerste minuten van The Wasted Lands zeer intrigerend en als het nummer na deze intro verder gaat weet je dat je je borst nat kan maken. Hairdressers Symphony is een ritmisch nummer in de lijn van Peter Gabriel. Het geeft goed aan dat T op een prettige manier toegankelijke passages in zijn muziek heeft verwerkt. Denk daarbij bijvoorbeeld aan Carptree waar neoprog ook zo eigenzinnig gebracht wordt. Het fijne aan “Anti-matter Poetry” is dat het album per maat boeiender wordt. Zalig in Phantom Pain Scars is die zwierige passage welke vol zit met orkestrale klanken en vette riffs. Het wekt gevoelens op die ik ook krijg bij het beluisteren van “Posthumous Silence” van Sylvan en “Evening Games” van Satelite. T is een meester in het neerzetten van prikkelende sferen waarbij de gitaar zijn beste vriend is. De hectische solo in Phantem Pain Scars is precies op maat, de lome gitaar klinkt perfect in het broeierige I Saved The World en de meeslepende solo’s in Rear View Mirror Suite laten je je vingers helemaal aflikken. Wat een lekkere muziek. Het afsluitende titelnummer heeft een opmerkelijk slot dat voor de zoveelste keer het unieke van het album onderstreept.
Hoewel dergelijk aparte albums meestal slechts bij een specifieke groep luisteraars aanslaat, weet ik zeker dat op “Anti-matter Poetry” een grote diversiteit aan proggers iets van hun gading zullen vinden. Thomas Thielen, alias T, heeft het mooi voor elkaar. Zijn naam mag dan klein zijn, zijn daden zijn groot.
Dick van der Heijde