
The Amber Light – Stranger & Strangers
23 februari 2008
Goedemorgen zeg. Wat heeft het Duitse The Amber Light met “Goodbye To Dusk, Farewell To Dawn” toch een indrukwekkend debuut gemaakt. Dit viertal muzikanten klinkt als een stel geroutineerde dertigers, terwijl ze nog maar begin twintig zijn. The Amber Light bestaat uit zanger, toetsenist, gitarist Louis Gabbiani, gitarist Jan Sydow, bassist Rabin Dasgupta en drummer Peter Ederer. “Goodbye To Dusk, Farewel To Dawn” telt acht nummers die niet al te origineel maar wel behoorlijk eigenzinnig zijn. De band maakt een mengeling van Radiohead, Coldplay, Porcupine Tree en het hedendaagse Marillion met elementen van het oude Pink Floyd (psychedelisch gitaarspel en slepende tonen), King Crimson en Genesis (akoestisch gitaargetokkel). Het is duidelijk dat The Amber Light het zoekt in de emo-hoek van het muzikale spectrum.
Om daar potten te kunnen breken is een charismatische zanger bittere noodzaak en die heeft The Amber Light dan ook met Louis Gabbiani. Hij is weliswaar geen Thom York of Steve Hogarth, aan wie hij wat doet denken, maar met het ingetogen A New Atlantis introduceert hij zich voortreffelijk. Met weinig woorden bouwt hij de spanning goed op, terwijl de klanken van een elektronische piano hem ondersteunen. Een majestueuze piano neemt het over, de band zwelt aan en het nummer komt tot ontlading met een aantal zalige David Gilmour-achtige gitaaruitbarstingen. Daarna klinkt de ingetogen zang uit het begin weer, ditmaal onder begeleiding van een akoestische gitaar. Dit nummer zorgt gelijk al voor hooggespannen verwachtingen.
Met het briljante Tartaros en het mooi getokkelde Devil Song worden deze verwachtingen ruimschoots ingelost. Helaas breekt de band wat mij betreft de hele boel weer af met Gangsters. Het begin gaat nog wel. Als de heftige King Crimson-achtige riffs uitgeraasd zijn op hun bed van dreigende synthesizers krijgt de term ‘ misplaatst ‘ steeds meer betekenis. Vooral als de band zich dan ook nog eens gaat wagen aan een stukje jazz. De Spaanstalige zang hier is overigens erg leuk. Maar met de maniakale sax en de kakofonie erna gaat de band veel te ver naar mijn mening. Als de muziekpolitie dit zou horen werd John Guatleri acuut gearresteerd wegens het verkrachten van een saxofoon. Een ‘saxueel misdrijf’.
Gelukkig hervindt de band de goede lijn van de eerste drie nummers. Tijdens het donkere begin van The Drowning Man In My Hand is het nog wat bijkomen en net als het nummer als een nachtkaars dreigt uit te gaan komt Gabbiani met een wonderschoon pianothema. Met de opkomende drums en de melodische gitaarlijn richting Hackett is de sfeer van een nummer als A New Atlantis weer helemaal terug. In Hide Inside schroeft men het tempo een paar keer wat op. Het raggende gitaartje in de refreinen is wel aardig ter afwisseling, maar ik hoor de band toch het liefst in melancholiek vaarwater. Wat dat betreft zijn de twee lange nummers aan het eind, Clock Hands Heart en New Day, koren op mijn molen.
Vooral Clock Hands Heart is een parel. Het opent met gebroken gitaarakkoorden en fragiele zang. Dit schema wordt afgewisseld met een toetsenfiguur dat een steeds nadrukkelijkere rol in dit uiterst trage nummer gaat spelen. Na verloop van tijd gaat de gitaar het toetsenfiguur mee spelen en terwijl bas en drums het nummer voortstuwen voegt de zang van het begin zich erbij, ditmaal niet fragiel maar immens kolossaal. Schitterend hoe The Amber Light dit uitbouwt.
Het laatste nummer, New Day, dat in het Spaans gezongen wordt, is een temperamentvolle aangelegenheid. Opmerkelijk is het simpele orgel in de achtergrond. Dat de nodige warmte aan het nummer toevoegt. Het melancholieke mondt er uit in desperatie (zang richting The Great Escape van Marillion) en uitbundigheid (tegen het eind gaan alle bandleden helemaal los). Door dit laatste kan ik me trouwens goed voorstellen waarom The Amber Light in het voorprogramma heeft gestaan van de Duitse Pink Floyd-tribuutband Interstellar Overdrive.
Al met al is “Goodbye To Dusk, Farewell To Dawn” een geweldige plaat die zeker als debuut indrukwekkend mag worden genoemd. Jammer van dat ene pokkestukje. Er zit niks anders op dan dat ik met behulp van mijn computer de cd eigenhandig ga bewerken en de gewraakte passage wegsnijdt.
Dick van der Heijde