Ik zal het in alle eerlijkheid zeggen, ik zou niet bij zekerheid weten onder welke noemer deze plaat geplaatst moet worden. Als je in een hokjesgeest zou denken, moet dit haast wel een gothicband zijn, maar dat is in mijn ogen toch echt iets te kort door de bocht.
En nog maar eens opbiechten, ik weet op voorhand al dat dit geen korte recensie zal worden. Dat is natuurlijk niet voor niets. Deze Nederlandse band weet met dit album een uiterst variabel en divers fabrikaat neer te zetten. En ook al heb ik er veel woorden voor nodig, aan het eind van deze recensie zal blijken dat dit een bijzonder prettig plaatje is geworden.
We hebben hier met een stel ervaren muzikanten te maken. Voor alle duidelijkheid moet ik hierbij vermelden dat ik mij nog nooit verdiept heb in de band, ook al heb ik de naam in het verleden regelmatig horen vallen. De band bestaat sinds 1994 en heeft een respectabele discografie van zeven albums opgebouwd, al hebben die maar bescheiden nieuwsberichten opgeleverd in de pers. Enkele bandleden zijn ook actief voor andere bands, waarvan Satyrian wel de bekendste is. Die genoemde band brengt wat meer invloeden die in de buurt komen van gothic of keltische (rock) muziek. En daar wil ik de wat meer avontuurlijke muziek van “Lunar Nature” toch echt niet onder scharen.
Dat brengt mij weer terug bij de eerste alinea. Ondanks dat je in de biografie kan lezen dat de band in het verleden vooral gothic en keltische muziek heeft geproduceerd, vind ik dat op dit album geen overduidelijk constatering. Uiteraard, een zangeres staand voor wat rockende gitaristen met daarbij een wat gothic uitstraling zal die conclusie onherroepelijk voeden, maar toch zou ik daar een nuancering bij willen plaatsen in deze recensie. Ik bespeur namelijk ook veel invloeden uit de jaren tachtig van het vorige millennium. Dat komt mede ook door het gebruik van samples en programmering in de muziek. Ik noem bands als Depeche Mode en The Human League. Maar ook herken ik wat voorzichtige stijlen van Delerium. En juist dat soort bands waren ook niet vies van wat aparte uiterlijkheden. Enig verschil met de genoemde bands is dat The Dreamside meer gebruik maakt van stevige gitaarpartijen, iets waar die bands juist overwegend voorzichtig mee zijn/waren, of zelfs helemaal niet gebruikten. Die constatering voedt ook gelijk weer een andere mening: liefhebbers van The Gathering zouden hier ook zomaar mee uit de voeten kunnen. Waarom? Er zijn simpelweg genoeg overeenkomsten. De zang, maar ook het gebruik van de gitaar, overige instrumenten en de toegepaste diversiteit van de genoemde band, sluiten aan bij The Dreamside.
Zangeres Kemi Vita heeft een uitstekende stem waarmee ze diverse stijlen kan hanteren. Ze krijgt het voor elkaar om op zowel Bjork, Sarah McLachlan en Sharon den Adel te lijken, al dan niet met behulp van een beetje vervorming. Als dat ook geen teken van diversiteit is weet ik het niet meer. Ondanks die vergelijkingen weet zij toch maar mooi haar eigen identiteit mee te geven aan de muziek, met af en toe een lekker klinkend accent dat verraadt dat zij van Nederlands/Italiaanse afkomst is.
Al met al kan ik vergelijkingen blijven maken, omdat de band gewoon lekker veelzijdig blijft.
Zo klinkt Serpents Kiss weer een beetje als Lacuna Coil en kent Seeds of Pain een refrein dat ellendig veel op het refrein van Running up that Hill van Kate Bush lijkt, al is de muziek daaromheen weer kenmerkend voor jaren tachtig synthpop band The Human League. Die link leggen is ook niet zo heel erg vreemd, aangezien de song Seeds of Pain samen met de band Information Society is gecomponeerd, een synthpop band uit de Verenigde Staten, die in de jaren negentig van het vorige millennium een redelijke cultstatus binnen de dance scene wist op te bouwen, ondermeer met de hit What’s On Your Mind.
Ik kan mij goed voorstellen dat u na al die opsommingen nog steeds geen enkel idee hebt wat u kunt verwachten. Maar misschien moet u dit ook allemaal naast u neerleggen en de cd gewoon eens aan een luisterbeurt onderwerpen. Ik zal niet zeggen dat dit iedereen zal plezieren, maar wie weet verbaast het u wel in positieve zin wanneer u het hebt gehoord. Ondanks dat ik (te)veel vergelijkingen heb gemaakt, ben ik van mening dat de band wel een eigen identiteit heeft neergezet met “Lunar Nature”.
Geen album van het jaar, wel een prima afsluiting van 2009.
Ruard Veltmaat