Keurig drie jaar na “Home” levert The Gathering zijn negende studioplaat af. Een mooie regelmaat die al bestaat sinds “if_then_else” in 2000 het levenslicht zag. Alsof er nooit een vuiltje aan de lucht geweest is, laat staan dat er ooit een zangeres en frontvrouw opgestapt is…
Direct na het nieuws dat Anneke van Giersbergen de band verlaten had om onder de naam Agua de Annique verder te gaan, kondigde ook The Gathering aan ‘gewoon’ verder te gaan. Er was immers een pre-Anneke-tijdperk geweest, een Anneke-tijdperk, dus waarom niet ook een post-Anneke-tijdperk. De invulling? Er zou muziek geschreven worden voor meerdere zangers en zangeressen en daar zou een nieuw studio-album van gemaakt worden. Dappere taal. Iets te dapper?
Achteraf is het allicht makkelijker toegeven dat het toch wel een moeilijke periode geweest is voor de band… achteraf, als je eenmaal weer comfortabel als band samenspeelt. En die verschillende zangers en zangeressen dan? Welnu, met een van de zangeressen, de Noorse Silje Wergeland, voorheen van de band Octavia Sperati, klikte het zo goed dat ze nu een volwaardig bandlid is. Op “The West Pole” doen nog twee gastzangeressen van zich spreken (Anne van den Hoogen en Marcela Bovio (Ayreon, Stream of Passion), maar voor de rest komt de zang voor rekening van het nieuwe volwaardige bandlid.
Maar klinkt het dan ook nog ergens naar? Dat kun je wel zeggen. Na plaat na plaat luisteraars op de proef gesteld te hebben door de grenzen van het progressieve rockgenre (metal? trip-prog?) op te zoeken, klinkt “The West Pole” vanaf de eerste luisterbeurt voor Gathering-begrippen verrassend vertrouwd. Je krijgt bij vlagen de indruk naar een soort muzikale compilatie van het gehele repertoire te luisteren. Van echo’s uit de “Mandylion“-tijd (en dan meer van de non-albumtrack Adrenaline dan van het album zelf) tot het meer sferische geluid van platen als “Souvenirs” en “Home”, alles komt voorbij. Het amalgaam van dat alles is een moderne rockplaat waarvan de roots evenzeer in de progressieve rock en metal liggen, alsook in de dream pop en andere, vooral Britse vormen van alternatieve muziek. De muzikale benadering is evenwel direct en ‘in your face’, zeker in vergelijking met de laatste paar albums. Meer ook dan voorheen worden songs in een wat loom tempo met meer uptempo werk afgewisseld.
En hoe houdt Wergeland zich? Verrassend goed eigenlijk. Ook hier is ‘vertrouwd’ weer het sleutelwoord. Natuurlijk is ze nieuw, maar zonder dat dit meteen een grote stijlbreuk met het verleden oplevert. Toegegeven, niemand had op deze plek een, pakweg, Andy Latimer-soundalike verwacht, maar de manier waarop Wergeland de muziek van The Gathering als een jas past, is toch een aangename verrassing, ja welhaast een opluchting.
Alle reserves kunnen van tafel; The Gathering is terug. En hoe!
Casper Middelkamp