Voor wie net als ik altijd gedacht heeft dat The Tubes vooral een muziektheatergroep was, is deze cd een kleine verrassing. Wat uit deze opnamen vooral blijkt, dat The Tubes toch echt meer een bandje was. Een raar bandje, maar even goed een bandje.
Voor mij werden The Tubes interessant ten tijde van het briljante album “Remote Control” en eigenlijk was het na “The Completion Backwards Principle” al weer over. Van de tijd voor die platen weet ik dat The Tubes met name opvielen door de extravagante optredens, die complete musicals werden door de grote hoeveelheden dansers en jongleurs die de band meenam. Ook de typetjes die zanger Waybill vertolkte waren toneelstukken op zich. Ik herinner me voor die tijd schokkende foto’s in de Hitkrant waarin Waybill met zijn jongeheer uit zijn broek stond.
De laatste tijd timmert de band nauwelijks meer aan de weg, dus deze uitgave komt geen moment te vroeg, al zal “Mondo Birthmark” weinig bijdragen aan de roem van de band. Het gaat om opnamen die dateren van voor het debuut van de band, “The Tubes” uit 1975. Die plaat werd door de beroemde Al Kooper geproduceerd. De band kwam geheel voorbereid de studio in met een schat aan materiaal, dat even zo vrolijk door Kooper werd verworpen als zijnde onder de maat. Dat zijn – 35 jaar later – deze opnamen. Achteraf kun je constateren dat Kooper wel gelijk had, maar dat tegelijk duidelijk wordt dat deze heren toch echt een bandje wilden zijn en geen theatergezelschap.
Deze band maakte muziek die in hoge mate aanschurkt tegen de gekte die Frank Zappa op zijn albums liet horen. De band speelt opvallend funky, maar maakt met rare breaks, spannende loopjes en doo wop zang overduidelijke avances in de richting van ome Frank. Andere raakvlakken zijn er met de strakke funky new wave van The Talking Heads, maar de band schuwt ook reggae en jazzrock niet. Al met al komt de band hier veel progressiever uit de bus dan met dat eerste album, waarop producent Kooper de band veel meer naar de punk toetrok. Spannende maatsoorten, knappe riffs en sterke gitaarsolo’s verraden aanzienlijk meer kwaliteit dan men kennelijk wilde toegeven.
Dat de band ook een melige kant had, blijkt uit de ronduit meutige cover More/Telstar, maar ook daarbij blijkt dat de heren wel goed konden spelen. Halverwege gaat het nummer over in Artaud Poem, een soort rap waarin Waybill zoveel mogelijk smerigheid roept, woorden van het soort dat ik ook voor het eerst hoorde op een Zappa-album. Uit dit soort wonderlijke combinaties blijkt dat de band nog wel erg zoekende was en enige mate van regie wel kon gebruiken.
Gedateerde muziek dus, maar bij vlagen wel erg indrukwekkend en zeker onderhoudend genoeg om meer dan eens te beluisteren. Dat geldt niet voor alle stukken, Mutated en Dinosaur Blues sla ik graag over.
Deze cd is heel goedkoop te verkrijgen, maar de uitvoering is dan ook nogal gebrekkig. Ik heb vijf verschillende interpretaties van de volgorde van de nummers: achterop het boekje, achterop het doosje, op de infosheet, in het boekje en in iTunes, overal staan de nummers in een andere volgorde. Het nummer Crazy Bout Your Daisy wordt alleen in het boekje genoemd (het bestaat echt), het nummer Mondo Birthmark wordt verzonnen door iTunes (het bestaat niet). Lastig om te bepalen welk nummer welke naam heeft. Daarbij zijn de op zich interessante aantekeningen van de muzikanten afgedrukt op een paarse achtergrond die de leesbaarheid niet ten goede komt. Daarbij is de geluidkwaliteit vanaf nummer 9 beduidend minder goed. Waarschijnlijk was hier alleen nog een cassettebandje van over, met drop-outs en al. Wel grappig: in deze nummers speelt de band een soort potpourri van het eigen repertoire! Het laatste stuk stopt halverwege, de tape was op!
Blijft over: 16 liedjes, waarvan de meeste hartstikke leuk zijn, uitdagende en frisse muziek van een band die zijn koers nog moest bepalen. Dat de band uiteindelijk een wat andere koers koos dan deze nummers suggereren, maakt ze alleen maar meer waardevol. Zo had het ook gekund! Tubes-fans weten genoeg.
Erik Groeneweg