In 2001 bracht de Amerikaanse gitarist Michael Harris zijn soloalbum “Sketches From The Thought Chamber” uit. De progressieve rock met metal- en jazzinvloeden op dit instrumentale album blinkt vooral uit door Michael’s virtuoze, technische gitaarspel. Maar wat wil je ook, als je al vanaf je dertiende gitaar speelt, aan de snaren plukt in bands als Arch Rival en Surgeon en je hiervoor al drie soloplaten maakte? Nou, nog meer van dit soort gitaaruitspattingen uitbrengen!
Na “Sketches From The Thought Chamber” kwam Michael op het idee een nieuwe band op te richten; een ‘supergroep’, die soortgelijke muziek op een zo hoog mogelijk niveau maakt, maar dan voorzien van prachtige vocalen. Voor die zanglijnen werd via internet contact gelegd met Ted Leonard, zanger van Enchant. Met Bobby Williamson (Outworld), Derek Blakley en Rob Stankiewicz (beiden van Haji’s Kitchen) was de line-up van Thought Chamber compleet. Het materiaal dat Michael tussen 2001 en 2004 schreef en opnam in zijn woonplaats Dallas, werd overgevlogen naar Californië, waar Ted de nummers inzong. Vraag me niet waarom het daarna zo lang heeft moeten duren, maar drie kalenders verder is het album “Angular Perceptions” er dan eindelijk!
Stevige progmetal vormt het muzikale kader van “Angular Perceptions”, maar daarbinnen zijn ook invloeden uit de neoklassieke hoek, jazz en funk zichtbaar. Snelle gitaarriedels, flitsende toetspartijen, tegendraadse drumritmes en onverwachte breaks maken de muziek heel technisch en complex, maar dit gaat altijd gepaard aan een lekkere groove. Ondanks dat het geluid vrij heavy is en het werk erg technisch georiënteerd, heeft de muziek toch een soort ‘soepelheid’ en warmte, wat vooral te danken is aan de pakkende zanglijnen van Ted. Thought Chamber heeft hiermee een eigen geluid, waar wel invloeden van Dream Theater, Symphony X, Mind’s Eye, Rush, Kansas en Yes doorschemeren.
Variatie is het troefwoord op dit album, maar toch klinken de tien nummers op “Angular Perceptions” als een kloppend geheel. De instrumentale intro Premonition dient als een smaakvol voorproefje; het laat vast een aantal thema’s horen die in de volgende nummers aan bod komen. De intro loopt over in Sacred Treasure; een nummer dat Michael zelf als ’typisch Thought Chamber’ bestempelt. Het nummer laat in zeven minuten tijd inderdaad al de muzikale kenmerken naar voren komen: Ted’s krachtige stem, een dynamisch geluid, veel tempo- en stijlveranderingen en een perfect samenspel. Niet slechts één bandlid blinkt uit in muzikale krachtpatserij; de solo’s worden afwisselend door ieder bandlid gespeeld. En die soloriffjes en riedeltjes zijn er genoeg: de nummers lijken daar wel een aaneenschakeling van! Zo wisselen in Mr Qwinkle’s Therapy de gitaar en het keyboard elkaar telkens af, als een soort gevecht, waarvan uiteindelijk alleen de luisteraar winnaar is.
Vrij stevig gaat het er aan toe in Balance Of One, het enige nummer waarin Michael zelf de microfoon ter hand neemt. Zijn hoge metalgilletjes passen goed bij de heavy sound, terwijl hij een paar octaven lager ook lekker rauw uit de hoek kan komen. Tussen alle complexe progrock schuilt zich in nummer acht het enige rustige nummer op dit album. Silent Shore is een emotionele sfeerballade met akoestische gitaar en een vleugje Ayreon. De afsluiter A Mind Beyond heeft een meer neoklassieke draai, terwijl in het midden nog eens allerlei progressieve rocksolo’s op de gitaar en het keyboard door elkaar heen lopen, uiteindelijk uitmondend in een klassiek pianostukje.
Naast de nummers met Ted’s zang zijn er drie geheel instrumentaal, waarop de bandleden alle remmen losgooien. Op Accidently On Purpose resulteert dit in ruige gitaarriffs en razendsnelle drumslagen, af en toe doorbroken door meer melodieuze keyboardstukken. Het stevige gepluk aan de basgitaar zorgt na een minuut of drie en een half voor een wel heel dik, funky geluid! Soms laten de bandleden zich echter iets te ver meevoeren in al het gepriegel. Soms zie ik door alle wisselingen en solo’s het nummer niet meer; hoewel de solo’s van hoog niveau zijn, gaat de structuur van het lied een beetje verloren en daarmee ook de toegankelijkheid.
Het debuutalbum van Thought Chamber is een technische, inventieve plaat met een eigen geluid. Het is knap hoe de band invloeden van metal tot jazz in haar muziek weet te verwerken, zonder daarbij rommelig of onsamenhangend over te komen. Vooral de zang die in soepele melodielijnen door de nummers heen glijdt, maakt de muziek prettig in het gehoor liggend. Hoewel vooral in de instrumentale nummers de bandleden iets doordraven in hun muzikale kunnen, is het duidelijk dat het wel snor zit met de muzikale ’thoughts’ in hun ‘bovenchamber’!
Shireen Bekker