Dankzij mijn eigen site ontdekte ik halverwege 2013 de in het Duits zingende Traumhaus. Bands die in de moerstaal zingen zijn buiten Engels-, Italiaans- en Spaanssprekende landen zwaar in de minderheid, en binnen de progrock moet je er helemaal met een vergrootglas naar zoeken. Er was een aantal bands die het in het Duits probeerden, maar een echt goeie hadden we niet bespeurd sinds “Sommerabend” (1976) van Novalis.
Dat lijkt een hele tijd geleden, maar volgens Maarten Goossensen, die in zijn voortreffelijke recensie ons meenam als gids door het hierboven gerefereerde “Das Geheimnis”, is Traumhaus reeds opgericht in 1984. De band, met als voornaamste leider toetsenist en zanger Alexander Weyland, heeft als voornaamste kenmerk dat de productiviteit omgekeerd evenredig is aan de kwaliteit. In gewoon Duits: er verschenen slechts drie platen in de dertig-jarige geschiedenis van de groep, maar ze zijn allemaal goed.
Het is altijd leuk een groep te ontdekken die als een discografie als geschiedenis heeft. Met het genot van “Das Geheimnis” in het achterhoofd, blijkt dat “Die Andere Seite” uit 2008 zo mogelijk nog beter is, hoewel dat deels misschien komt omdat ik deze plaat later heb leren kennen. Hoe het ook zij, liefhebbers en mede-ontdekkers van “Das Geheimnis” kunnen “Die Andere Seite” zonder enige reserve of schroom blind aanschaffen. En het treft, dat is nog nooit zo gemakkelijk geweest. Door het relatieve succes van “Das Geheimnis”, is “Die Andere Seite” opnieuw uitgebracht, overigens tegelijk met het eerst titelloze, maar nu als “Ausgeliefert” gedoopte debuut.
Traumhaus brengt ons ook op “Die Andere Seite” een onweerstaanbare mengeling van zeer goed in het gehoor liggende neoprog met vleugjes progmetal. Het is het soort muziek waar liefhebbers van Spock’s Beard, Clepsydra, Iluvatar en IQ hun vingers bij zullen aflikken. En ik vermoed dat zelfs onze meest kritische beoordelaar van onze website – Erik Groeneweg – de muziek van de groep zal kunnen waarderen. Immers, de liedjes hebben kop en staart, en de lengte van de nummers is in alle gevallen te verdedigen.
Zo is de belangrijkste melodie van het drieluik Die Andere Seite niet meer uit het hoofd te krijgen, en kent Hinaus feitelijk één thema, dat overal op een voortreffelijke manier wordt uitgewerkt. Ja, Weyland, verantwoordelijk voor alle composities, kent zijn klassiekers en weet platgetreden paden uitstekend te voorkomen.
Het enige nadeel dat ik kan bedenken, is dat het deels ook vermoeiende muziek kan zijn. Traumhaus mag dan qua productiviteit sloom zijn, op de plaat vlamt de band zo’n beetje continue, zonder onderbreking. Er zit ook niet veel rust in de productie, en ondanks (of door?) de remix door Weyland zelf, klinken sommigen stukken alsof ze in een holle, ongezellige studio zijn opgenomen waar de centrale verwarming kapot was en iedereen in te dikke truien zit te spelen.
Dat neemt niet weg dat ik erg blij ben met Traumhaus, en met “Die Andere Seite”. Een geweldige plaat, met een geweldige drummer in de persoon van Hans Jörg Schmitz. Die doet in niets onder voor Spock’s Beard-drummer Jimmy Keegan, die “Das Geheimnis” (en één bonus-track op “Die Andere Seite”) vol speelde.
Er zijn sinds de oprichting van Traumhaus in 1984 niet veel platen verschenen, maar de frequentie is wel hoger geworden. Het zou dus daarom zomaar kunnen dat we volgend jaar nieuw werk zien. Tot die tijd, schaf deze heruitgave aan en doe net alsof het de nieuwe Traumhaus is. Wedden dat je erin trapt?
Markwin Meeuws