Ik weet niet of je het weet, maar het schijnt niet zo super goed te gaan met onze planeet. Iets met verontreiniging van het milieu of zo. Ik wist het niet, maar gelukkig is Mark Trueack zo vriendelijk geweest om een plaatje maken waarin hij dat thema aankaart. Fijn, dat soort dienstverlening! Al moet ik eerlijk zeggen dat hij wel een beetje dramt: Op deel 1 gaat het 75 minuten lang over niets anders, dus dat belooft nog iets voor deel 2!
Toen het betreurde Unitopia uit elkaar scheurde stortte Sean Timms zich op het meer dan briljante Southern Empire, en zanger Trueak richtte de United Progressive Fraternity (UPF) op. Strikt genomen is dat geen band, maar meer een harde kern, bestaande uit Trueak en muzikale duizendpoot Steve Unruh, met daar omheen zoveel gastspelers als mogelijk. Als je op het linkje ‘bezetting’ klikt, houd dan even je hand onder het scherm, anders valt de helft er af, zo veel zijn het er. Daar zitten ondertussen wel een heleboel namen uit de eredivisie van de prog tussen, zoals Steve Hackett, Colin Edwin en Hasse Froberg. In de meeste gevallen blijft hun aandeel overigens bescheiden.
UPF tapt dus min of meer uit hetzelfde vaatje als Unitopia, heerlijke prog, een vol geluid, knappe solo’s, vernuftige composities, lekkere muziek. Daarbij worden muziekinstrumenten uit alle windstreken ingezet. Vooral Charlie Cawood, bekend van Knifeworld, heeft zijn arsenaal buitenissige toeters en rammelaars meegenomen. Prachtig is ook het stukje akoestische gitaar van Steve Hackett, mooi ingebed in een prachtig arrangement van strings en dwarsfluit.
Toch maakt dit album minder dopamine aan in mijn hersenen dan het oudere Unitopia-werk. Dat heeft met een paar dingen te maken. In mijn inleiding schreef ik al dat Trueack een beetje dramt. Dat is een understatement. Natuurlijk heeft hij gelijk als hij stelt dat wij de aarde naar de ratsmodee aan het helpen zijn en dat er NU iets moet gebeuren, maar als je me dat 75 minuten lang toeschreeuwt, krijg ik vanzelf een hekel aan walvissen. Het is bepaald geen nieuw onderwerp, en het zou ook wel iets subtieler mogen. Ik denk tenminste niet dat er één luisteraar aan het einde van deze plaat ineens overtuigd is van de kwalijke invloed die de mensheid op dit moment heeft op zijn eigen voortbestaan. Een tandje minder kan dus gerust.
Verder zijn de composities niet allemaal progressief, niet allemaal even spannend. Vooral tijdens de tweede helft van de plaat wreekt zich dat een beetje, het tempo wordt wat lager, de liedjes wat gewoner. Ik vind de plaat ook niet zo briljant klinken, het hoog slist een beetje op mijn installatie.
Daar staat dan weer tegenover dat er op veel plekken erg goed gespeeld wordt. UPF heeft een paar geweldige drummers weten te strikken, zoals Jesus Gancedo Garcia, en ook verder wordt er puik werk geleverd. En de arrangementen zijn erg mooi. Omdat de band kan beschikken over een berg blazers en zangers (Jon Davison, Liza Wetton!) wordt het bij tijd en wijle hemels. Zo spectaculair dat je mond er van openvalt, zoals Unitopia af en toe was, wordt het echter niet. Dat is misschien ook wel veel gevraagd.
Met drie liedjes minder en af en toe een ander onderwerp zou het een wereldplaat zijn geweest. Nu is “Planetary Overload, Part 1: Loss” alleen maar heel erg goed.
Bij dit album zit nóg een schijfje, al ontgaat me de noodzaak daarvan een beetje. Samen met Christophe Lebled (bekend van zijn samenwerking met Jon Anderson) hebben Trueack en Unruh nog een ander bandje: The Romantechs. De heren spelen, alweer met de hulp van een aantal gasten, een aantal stukken van “Planetary Overload”, het titelnummer van de vorige UPF plaat en twee stukken van “Artificial”, maar dan op een ‘romantische’ manier. Dat mag je gerust vertalen met: kei suf. Tenzij…
’s Avonds laat, kaarsje aan, wijntje erbij, niet te hard zetten. En ineens is het eigenlijk best een lekker plaatje, waarop een aantal van die drukke progsymfonietjes lucht krijgt om te ademen. De boodschap van hel, verdoemenis en smeltende ijskappen blijft overeind, maar in deze setting wordt zo’n stervende ijsbeer zowaar een beetje… romantisch. Ook mooi: de gastzangers krijgen meer ruimte (ineens herkende ik Jon Davison) en het onmiskenbare talent van Steve Unruh komt beter uit de verf. Fans van Jon & Vangelis kunnen zich dit plaatje niet laten ontgaan!
Erik Groeneweg