De Nederlandse band Gula is ontstaan in 2015 en bestaat uit Pieter Dirksen, Aad Oliehoek, Ilja Fase en Jan Bleijenberg. Hoewel het niet direct progrock is wat de band maakt, is de formatie interessant voor liefhebbers van psychedelica, stoner, postrock en doom metal. Althans, als je de muziek van deze band in een bepaald genre wilt stoppen, want het is niet makkelijk deze band te duiden. Opvallend is dat er over de band nog maar weinig te vinden is in de nationale en internationale muziekpers. Ruard Veltmaat verdiepte zich in deze Nederlandse band en stelde hen een paar vragen.

Vertel eens wat meer over jullie band, hoe is die ontstaan en stel ons de bandleden eens voor?

Jan: Ilja en ik kennen elkaar nu al meer dan twintig jaar en we hebben samengespeeld in een Afrikaanse percussiegroep. De eerste band HeadSmoke, waar zij de basgitaar en ik elektrische gitaar speelde, is geformeerd in 2011. In 2013 verving Aad de toenmalige drummer. In maart 2015 hield HeadSmoke op te bestaan.

Vanaf dat moment kwamen Ilja en ik regelmatig samen om te jammen. Een aantal nummers, zoals Symbiosis, Laughing Song en een deel van Blind Spot, is in die periode ontstaan. Nadat Aad eind 2015 ook al een enkele keer meespeelde, kwam hij aan het eind van de zomer van 2016 er als vast bandlid bij. In die periode is de bandnaam ontstaan en in 2017 deden we het eerste optreden. In 2018 werd het debuutalbum “Gula” opgenomen. Op dit album hebben wij Pieter, die Ilja het jaar daarvoor had leren kennen bij een concert in Worm (Rotterdam), gevraagd om bij een aantal nummers een synthesizerpartij in te spelen. Na de opnamen is Pieter een vast lid van Gula geworden.

Pieter: In het dagelijks leven ben ik software-engineer bij een bedrijf dat klimaat- en milieu-invloed van voedselproducten berekent en daar beleef ik veel plezier aan. Stiekem lijkt het bouwen van een patch in een modulaire synthesizer ook veel op software bouwen, haha.

Aad: ik werk bij de KB (Koninklijke Bibliotheek), de nationale bibliotheek van Nederland, en ik hou me daar voornamelijk bezig met het testen van verwerking van publicaties (datamigratie, metadata, software). Naast Gula speel ik in verschillende projecten waaronder The Bicycle Repair Band, waarin mijn oudste zoon het meeste van de muziek schrijft en speelt. In die formatie speel ik vooral gitaar.

Jan: Ik ben procesoperator in ruste en heb veertig jaar in de Botlek gewerkt. Muziek maken en spelen doe ik in meer of mindere mate, sinds mijn middelbare schooltijd. Ik heb ook een periode weinig met muziek gedaan. Mijn oude VOX AC30 die in een hoek stof stond te vangen, heb ik toen verkocht. Helaas heb ik daar nog steeds een beetje spijt van. Een andere interesse is geschiedenis en ik heb vele jaren motor gereden.

Ilja: Voor mijn werk begeleid ik studenten in hun opleiding aan de Erasmus Universiteit en dan vooral als ze vastlopen door persoonlijke omstandigheden of als ze een ondersteuningsbehoefte hebben vanwege bijvoorbeeld autisme of dyslexie. Naast het spelen van de basgitaar in Gula speel ik heel graag West-Afrikaanse percussie bij Kawienbi. Dat ligt helaas sinds corona stil. Verder maak ik graag video’s waar ik zelf muziek/samples bij maak. Jan en ik werken hierin soms samen onder de naam Suspension of Aagtje Productions. Ik hou verder van eten en het verzamelen van deze producten. Vooral zeewier en ook schelpdieren. Ik woon in een dorp aan de Oosterschelde dus een paradijs wat dat betreft.

De naam Gula is in mijn optiek perfect gekozen voor het type muziek dat jullie produceren. De naam straalt gelijk een psychedelische vibe uit; van een andere wereld, hypnose. Hoe komen jullie tot deze naam en vertel er eens wat meer over?

Ilja: Dankjewel! De naam Gula kwam ik ooit tijdens het schrijven van m’n scriptie tegen, die ging over de relatie tussen eten en identiteit door de tijd heen. Gula betekent onder andere keel of strot, maar is ook Latijn voor gulzigheid. Ik kwam op Gula, omdat ik keek naar de zeven hoofdzonden, waaronder vraatzucht. Gula is dus een hoofdzonde. Ook leerde ik dat Gula een Mesopotamische godin was van de geneeskunde. Later werden vrouwen met geneeskracht als heksen bestempeld. Het fascineerde me dat er ooit een tijd was dat dat niet zo was, dat spreekt voor mij enorm tot de verbeelding. Muziek werkt wat mij betreft helend en daarom vond ik het ook een heel mooie naam. Ik vond het een naam met allerlei associaties en met een heel gave klank. De G van Gula komt ook echt vanuit de keel. Gula roept voor mij een sfeer op van machtig, groots en vrouwelijk. Ook het beeld van Gula is prachtig met in de ene hand een scalpel, in de andere hand een stuk doek en naast haar een hond die de wonden kan likken.


Er hangt een opvallend verhaal aan jullie nieuwe album “Birds Of The Apocalypse”. Het lag eigenlijk al ruim drie jaar op de plank voordat jullie het gereleased hebben. Hoe komt dat zo?

Aad: Corona gooide voor ons roet in het eten. De helft van de nummers lag drie jaar op de plank (al opgenomen vlak voor de lockdown), maar de rest is een paar jaar later opgenomen. Alhoewel alle opnames een poos voor het uitbrengen afgerond waren, hadden we wat moeite om weer op gang te komen en naar deze release toe te werken.
Jan: Sommige nummers lagen qua schrijven ook al een lange tijd op de plank. Bijvoorbeeld het titelnummer Birds Of The Apocalypse, of eigenlijk een deel daarvan, is in 2017 ontstaan. Mede ook door de opnames van het eerste album “Gula” in maart 2018, is dit nummer op de plank blijven liggen. In het najaar van 2018 heeft het uiteindelijk de vorm gekregen die het nu heeft.

Jullie zijn nog niet rijkelijk te vinden op het internet, zowel qua interviews, als qua recensies. Dat komt natuurlijk een beetje door het type muziek, hoe denken jullie daar zelf over?

Aad: We hebben wel diverse media benaderd, maar een aantal vindt ons misschien wat lastig te plaatsen. We zijn niet volop metal en ook niet heel duidelijk progrock of een andere stijl. We hebben nu vooral aandacht genoten van webzines die een bepaalde scene reviewen vanuit de underground en in eigen beheer uitgebrachte muziek. Het gegeven dat we niet bij een label ondergebracht zijn werkt wellicht ook niet mee voor de reguliere kanalen. Toch is ons debuutalbum wel gerecenseerd op bijvoorbeeld Doom-metal.com, DPRP.net, Rock Tribune en Lust for Life, dus we mogen niet klagen. Uiteraard hopen we dat ons nieuwe album minstens evenveel aandacht mag verdienen. Inmiddels stromen er al wat meer reviews binnen.

Daarover gesproken; de muziek balanceert tussen psychedelica en doom metal. Maar hoe dan ook is er geen goede schifting te maken in mijn optiek als recensent. Wat vinden jullie zelf?

Pieter: Voor mij is de stijl niet echt een bewuste keuze, het is meer wat er ontstaat tijdens het musiceren en goed voelt als je met een groep mensen samen gaat spelen. Psychedelische muziek en doom is voor ons allemaal een inspiratie, dus daar is wel een duidelijk raakvlak. Jan: Als mensen mij vragen wat voor muziek we spelen, is het antwoord, Rock/heavy music, afgewisseld met sferische stukken. Verder ben ik er eigenlijk niet zo mee bezig. Het is wat Pieter zegt, de muziek “ontstaat” en ontwikkelt zich dan weer meer richting het psychedelische en dan weer meer richting doom. Ilja: door onze verschillende en gedeeltelijk overlappende muzieksmaken ontstaat die typische mix en weten we elkaar tegelijkertijd ook te vinden.


Wat zijn dan jullie inspiratiebronnen?

Jan: Voor mij zijn dat de jaren 60, en 70 rock, progrock en psychedelische muziek. Ook de jaren 90 en latere rock/grunge/alternatieve/stoner metalrock en doom. Bijvoorbeeld de oude Pink Floyd (Ummagumma), Zappa, Camel, Lou Reed, Deep Purple, Kyuss, Motorpsycho, Colour Haze, Dark Buddha Rising, the Heads en nog vele andere. Pieter: voor dit album vooral psychedelische rock, doom, stoner, drone, noise, dub en krautrock. Kortom, experimenteel, repetitief en meestal vrij heftig, haha. Wat specifieker: Dark Buddha Rising, Gnod, Bong, Zion Train, Jah Shaka, Cough, Hills, The Angelic Process, Quicksilver Messenger Service, Orphax en NEU! Wat recenter ben ik ook de donkere/psychedelische kant van de elektronische muziek ingedoken. Denk aan dark psy, psycore, hi-tech en slambient muziek, daar zal in de toekomst ook wel wat van terug te horen zijn, vermoed ik.

Aad: Mijn favoriete bands zijn Iron Maiden, Bruce Dickinson, Judas Priest, Bad Religion, Midnight Oil en Rush. Black Sabbath en Helloween zijn andere favorieten. Qua extremere metal ben ik nogal van de jaren negentig. Ik hou ook van allerlei oude prog zoals Jethro Tull, Pink Floyd, Van der Graaf Generator, Camel en Steve Hillage, maar ook veel van jazz, zoals John Coltrane en McCoy Tyner. Dit gezegd hebbende, ik denk niet dat je dit allemaal duidelijk terug kan vinden in Gula, haha! Alhoewel, wat we denk ik wel met bijvoorbeeld Iron Maiden en Jethro Tull en andere progrockmuziek gemeen hebben is dat we graag veranderingen aanbrengen binnen nummers. Het nummer Merge van ons debuut laat mooi in een notendop zien dat we zowel trage als snelle muziek combineren. En ikzelf drum meestal ook niet lang op eenzelfde manier.

Ilja: Alle mooie dingen des levens denk ik. Voorbeelden op basgitaar zijn voor mij onder andere Al Cisneros van Sleep en Om, Geezer Butler van Black Sabbath, Ego Sensation van White Hills en Komet Lulu van Electric Moon. Qua zang bijvoorbeeld weer Lori S. van Acid King en Kim Gordon van Sonic Youth, Marissa Nadler, Anna von Hausswolf. Andere inspiratiebronnen zijn William Blake (dichter en kunstenaar uit de 18e-19e eeuw) en spirituele teksten zoals stukken uit de Upanishads (hindoeïsme). Qua muziek vind ik eerder genoemde bands fantastisch en hierbij nog wat voorbeelden: The Heads, Demented Are Go, Sleep, Moor Mother en Plague Organ, Arvo Pärt, Alice Coltrane, Goat, Atomikylä, Creedence Clearwater Revival, Augustus Pablo, Yabby U, Ty Segall, Gnod, Terminal Cheesecake en onder andere Motörhead.

Hoe komen jullie nummers tot stand?

Jan: Veelal uit individuele ideeën waar op wordt gejamd. En dan vooral het uitproberen van combinaties van twee losstaande ideeën. Zo is bijvoorbeeld Blind Spot ontstaan. Ilja: wat Jan aangeeft. En voor mezelf ontstaat een stuk vaak uit een bepaalde associatie of andersom. Bijvoorbeeld bij het nummer Pigs In Space. Dat begon met een opzwepend drumritme van Aad. En de tekst is ontstaan uit de drive van de drums en riff van Jan. Deze hadden een enorme festival vibe. Het gevoel van lekker uit je plaat gaan en op die manier ontstaat er een bijpassende tekst. Bij No Harmony zit een intro dat ik al heel lang had liggen. Dat gaat over de beklemmende sfeer die de zomer kan hebben. Al dat leven! Uiteindelijk heb ik het nummer aangevuld met een tekst gebaseerd op een interview met Werner Herzog over de jungle. Dat paste voor mij heel goed bij de sfeer van het intro. En soms begint het met een jam vanuit een riff van iemand. Bijvoorbeeld Bhoga. Daarvan is de zware riff van Pieter en de up-tempo bas kwam ineens tijdens het spelen van de riff als overgang. Zo jammen we vaak op stukken en kijken we wat er gebeurt.


Jullie muziek is een apart genre, een aparte stroming in de rockwereld. Het ademt een specifieke sfeer uit. Als jullie die sfeer zelf onder woorden moeten brengen, hoe zou je dat dan verwoorden?

Ilja: Voor mij ademt het de sfeer van de zwarte romantiek. Een sfeer die je bijvoorbeeld ook terugvindt bij William Blake. Het lichte in het donkere zien/zoeken, zoiets. Dat maakt het voor mij onderdeel van de zwarte romantiek. Bij ons is het ook het contrast binnen nummers wat onze muziek een typische sfeer geeft. Het lijkt vaak te gaan over chaos of wanhoop die nodig zijn om iets te laten ontstaan. Veel nummers hebben een contrast tussen licht en donker.

Jullie nemen jullie albums volledig analoog en veelal in één take op. Vanwaar deze werkwijze?

Jan: Het eerste album is analoog (tape) opgenomen, het album “Birds Of The Apocalypse” is met een modern gestuurd programma opgenomen.
Beide zijn wel in één take opgenomen. Dat wil zeggen, we spelen het nummer live samen, in één ruimte in. De zang en kalimba zijn later wel apart opgenomen in verband met de enorme hoeveelheid overspraak die zou ontstaan. Overigens zijn er later nog wel twee extra gitaarpartijen ingespeeld, dat staat ook vermeld op de hoes. Ilja: het niet in één take opnemen voelt onnatuurlijk voor mij. Zo speel je in de realiteit nooit, dus waarom zou je het op een andere manier opnemen?

Een van de meest fascinerende tracks op het album is Ana is Anna. Vertel eens wat meer over dat nummer?

Jan: Wat betreft de muziek is het ontstaan uit een jam van Aad en mij. Later hebben we het intro en de break eraan toegevoegd en uitgewerkt. Het eerste idee was om in de break een soort van gitaarmelodie/solo te spelen. Uiteindelijk kwamen we uit op een soort gitaartokkel. Het mooie daarvan is dat er daardoor ruimte vrij kwam voor de toetsen en de bas om te variëren. Ilja: de sfeer die het nummer kreeg paste voor mij bij een stukje uit de Upanishads over de adem als basis van leven. Ana is Anna betekent “adem is voedsel”. Zonder adem is er niets. En als adem niet de ruimte krijgt, dan krijgen smaken, geuren, geluiden en beelden dat ook niet. Het eerste deel is heel ruimtelijk en licht, waarna in het eindstuk een soort wanhoop losbreekt. Dan is de adem weg.

Een kritisch punt vanuit het oogpunt van een progrocker met liefde voor melodie; Laughing Song is een stonertrack bij uitstek; repeterend, loodzwaar en de lach op je gezicht is ver te zoeken als je dit luistert. Kun je wat meer over dat nummer vertellen? 

Ilja: Haha ;) Laughing Song is al heel oud en lag voor Jan en mij al lang op de plank. Ik hou enorm van de kunst en poëzie van William Blake en vooral het gedicht Laughing Song. Het gaat over samen in de natuur zijn en plezier hebben. De zware riff eronder geeft voor mij een sfeer van de teloorgang. Alsof onze zintuigen en het sociale het steeds meer moeten ontgelden en we als we lachen dit alleen nog hysterisch doen of verwrongen. Tegelijkertijd is voor mij zware langzame muziek juist muziek waar ik enorm blij van word. Het appelleert aan iets wat in me zit en wat er daardoor ook mag zijn en dat maakt me blij.

Bijzonder fraai is ook de titeltrack. De tekst klinkt sterk filosofisch en cryptisch. Als de teloorgang van de wereld, kun je daar wat meer over vertellen?

Ilja: De titel is een combinatie van het citaat dat ik gebruik in de teksten van het nummer uit Heart of Darkness van Joseph Conrad en de daaruit voortgekomen film “Apocalypse Now”. Het nummer heeft meerdere werktitels gekend. Apocalyptic Fuzz Jettle bijvoorbeeld. Het intro is ooit in een andere vorm ontstaan toen Jan, Pieter en ik op het Fuzz Club festival in Eindhoven waren. Ik had toen m’n kalimba bij me en Jan zette samen met Pieter op gitaar in. Ik vind het heerlijk om samen te jammen. In die tijd keek ik veel oorlogsfilms en las ik het boek “Heart of Darkness” waarop de film “Apocalypse Now” gebaseerd is. Van het een komt het ander. Het gaat voor mij over het naïeve idee dat vechten in een oorlog een avontuur is, terwijl het pure ellende is.

In de recensie zal je een vergelijk vinden met Monkey3 en E-L-R en een vleugje My Dying Bride, kennen jullie die bands en luisteren jullie daar zelf ook naar?

Jan: Ik ken de bands en luisterde in het verleden veel naar Monkey 3. Pieter: Ik ken de bands inderdaad en heb zelf vroeger veel naar My Dying Bride geluisterd. Aad: Ik ken daar alleen My Dying Bride van. Ik heb daar veel naar geluisterd en dan vooral het jaren negentig werk. Ik heb ze ook een paar keer live gezien. Favoriete platen zijn voor mij hun eerste twee albums, plus “Symphonaire Infernus Et Spera Empyrium”.
Ilja: Van de bands die je noemt ken ik vooral Monkey3. My Dying Bride heb ik een keer live gezien. E-L-R ken ik niet, maar die ga ik nu wel luisteren natuurlijk.

In mijn recensie kun je de volgende zin lezen: “De zang van Ilja Fase zorgt nog steeds voor een extra unheimisch gevoel en lijkt soms op een bezwerende Indiaanse genezeres die vol passie haar goden aanbidt, op andere momenten denk je dat ze in een psychose is geraakt”.  Vind je dat een compliment of een belediging?

Ilja: Haha, dank voor het compliment! Dat is ook de sfeer die ik voel. Aan het aanbidden van goden had ik nog niet gedacht, maar ik snap de associatie. In een psychose ben ik gelukkig nog nooit beland, maar dat de zang soms overkomt als een andere werkelijkheid, ja, dat voel ik zelf ook. De gekte of afwijking komt eruit in m’n zang. De zang is voor mij een plek waar ruimte is voor iets waar dat elders niet het geval is.

Hoe staat het met optredens? Zijn er op regelmatige basis optredens voor de band?

Sinds corona zijn we bezig met het hervinden van een speelritme. Dit is bemoeilijkt door diverse blessures en omstandigheden bij verschillende bandleden.

Eind 2023 is jullie eigen album uitgekomen, wat vonden jullie (per bandlid) zelf het beste album van 2023?

Pieter: The Hanged Man – Tear It All
Jan: Lankum – False Lankum. Dit sferische en donkere folkalbum spreekt mij heel erg aan. Ik kijk uit naar hun optreden dit jaar op het Roadburn festival.
Aad: Ik moet bekennen dat ik er geen een heb…ik luister eigenlijk vooral naar oudere bands en de meeste brachten geen album uit in 2023. Ik zal de nieuwe Tull eens proberen binnenkort.
Ilja: Acid King – Beyond Vision.