Interview en eindredactie: Christopher Cusack
Datum: 28-09-2012
Binnen de RIO/avantprog is het Amerikaanse label Cuneiform Records zonder meer een van de grootste spelers. De maatschappij maakt zich niet alleen hard voor klassieke Rock in Opposition/avantbands en -voorvechters als Univers Zero, Birdsongs of the Mesozoic, Present, Miriodor en Lars Hollmer, maar maar heeft ook albums uitgebracht van vele moderne avantprogacts, zoals Guapo, Alec K. Redfearn, Upsilon Acrux, Ahleuchatistas en Far Corner. De drijvende kracht achter het bedrijf is nog altijd de man die het label in 1984 oprichtte, Steve Feigenbaum. Bijgestaan door zijn vrouw Joyce en een aantal trouwe medewerkers zet hij zich al bijna dertig jaar in voor moeilijke muziek. In het kader van onze RIO-/avantspecial interviewden wij Feigenbaum, die ook na drie decennia nog steeds eindeloos en gepassioneerd kan praten over de muziek en het label.
Steve Feigenbaum: Voor we beginnen wil ik jou een vraag stellen. Presenteer je Rock in Opposition en avantprog als twee verschillende stromingen, of zie je het allemaal als een en hetzelfde?
Christopher Cusack: Hmm, dat is een moeilijke vraag, natuurlijk. Rock in Opposition bestaat, strikt genomen, uit de vijf grondleggers en de drie bands die er later bijkwamen. Maar veel avantprogbands zijn natuurlijk wel in de voetsporen getreden van bands als Univers Zero.
Ik denk zelf dat Rock in Opposition een algemene term is geworden voor mensen die er niet van houden – en zij weten er niet veel vanaf, behalve dan dat ze het zo kunnen noemen. Rock in Opposition was een term voor een los verbond van een aantal bands die muzikaal niet bijzonder veel overeenkomsten hadden – ik zie niet in hoe je een muzikale lijn kunt trekken van Stormy Six naar Univers Zero. Afgezien van de slimmerds die de term overgenomen hebben om een festival in Zuid-Frankrijk te marketen denk ik dat Rock in Opposition als genre niet meer echt actief is. Er zijn leden van de originele bands die nog steeds actief zijn, er zijn mensen die beïnvloed zijn door die originele bands, en er zijn mensen die beïnvloed zijn door de originele bands maar ook door nog allerlei andere artiesten. En er zijn avantprogressieve artiesten die dingen doen waarvan je niet meteen denkt, “Yeah! Samla Mammas Manna!”
Ik ben 54, en ik was enorm geïnteresseerd in Rock in Opposition – maar dat speelde zich meer dan dertig jaar geleden af. En ik denk niet dat wat ik met Cuneiform uitbreng Rock in Opposition is, want dat was een term die andere mensen lang geleden gebruikten. Dus ik wil het hebben over avantprog zonder telkens terug te moeten komen op Henry Cow.
OK, kom maar op.
Kun je wat vertellen over het begin van Cuneiform?
Als jongeman was ik al geïnteresseerd in dit soort muziek, en ik was betrokken bij de Amerikaanse band The Muffins. We hadden samen een collectief label, Random Radar, dat we opgericht hadden vlak nadat ik de middelbare school afgemaakt had. Ik leerde veel van het werk dat ik deed voor dat label. In januari 1980 begon ik met mijn mailorderbedrijf, Wayside Music. Ongeveer vier jaar later richtte ik Cuneiform op. Ik had niet echt een plan; het volgde gewoon op wat ik al deed.
Hoe trok je in het begin bands aan? Ging dat onder andere via The Muffins?
Toen ik begon waren The Muffins al een aantal jaar gestopt (ze kwamen in de jaren ’90 weer bij elkaar). Mijn vijfde release was een album met onuitgebracht materiaal van de band, een soort vaarwelsgroet. Maar in de periode rond 1984-86 begonnen er interessante dingen te gebeuren in de VS, zoals punkjazz. Dit was anders, en ik vond het allemaal erg spannend. Het was nog in de periode dat het moeilijk was om een album uit te brengen, niet zoals nu met het internet.
Maar, om een voorbeeld te noemen: Doctor Nerve was een van mijn eerste artiesten. Zij hadden hun eerste album zelf uitgebracht, en ik had een paar exemplaren aangeschaft en kon de muziek waarderen, en het album verkocht goed. Dus toen ze een tweede album wilde uitbrengen wist ik ze te vinden, en dat is hoe dit soort dingen gaan. En uiteraard is het ook zo dat naarmate je meer uitbrengt, mensen ook beter weten wie je bent.
Op een gegeven moment hoef je zelf niet meer te zoeken?
Ik zoek al tijden niet meer actief naar nieuwe bands, want mensen weten mij toch wel te vinden.
Hoe raakte je geïnteresseerd in dit soort muziek?
Ik hield vroeger al van dit soort muziek. Ik was een groot fan van het Canterbury-geluid. Daarnaast werkte ik natuurlijk ook samen met The Muffins, wat al een belangrijke Amerikaanse jazzrock-/avantprog-/RIO-band was voordat die termen überhaupt bestonden. Ik ben dus eigenlijk altijd al geïnteresseerd geweest in dit soort muziek.
Op welke manier heb je het label uitgebouwd en hoe wist je voldoende bekendheid te verwerven om het bedrijf te laten draaien?
De eerste dertien jaar draaide Cuneiform verlies, totdat ik via Phil Miller, onder andere van Hatfield and the North, contact kreeg met Hugh Hopper van Soft Machine en toen archiefmateriaal van die band mocht uitbrengen. Gelukkig verdiende ik voldoende met mijn mailorderbedrijf, zodat ik wel altijd door kon gaan met het label. Ik was een ware gelovige. Door het succes met die eerste Soft Machine-release werd ik “Mr Soft Machine”, en via via kon ik ook ander onbekend materiaal van de band uitbrengen. Zo groeide het vanzelf.
Kun je, als iemand die avantprog van dichtbij heeft zien ontwikkelen, bepaalde trends waarnemen?
Jazeker. Avantbands zijn natuurlijk altijd vooruitstrevend geweest. De moderne bands waar ik tegenwoordig erg achter sta, zijn groepen die niet klinken als een Univers Zero-kopie. Bands als Univers Zero en Magma mogen klinken zoals ze klinken, want ze komen natuurlijk uit een bepaalde tijd en bestaan al meer dan dertig jaar. Maar bands als Upsilon Acrux moeten wat mij betreft laten horen uit welke tijd zij zelf komen. Ik ben opgegroeid met jazzrock, Mahavishnu Orchestra en Weather Report enzo, en met progressieve rock, Jethro Tull, Yes, Genesis, Henry Cow en Canterbury. Bands als Upsilon Acrux laten weer andere invloeden horen. In hun geluid zit noise, en agressie, en mathcore, want daar zijn zij mee opgegroeid. Wat mij betreft moet muziek de tijdsgeest weergeven, en die verandert continu.
Voor mij is dat ook het verschil tussen prog en progressieve rock. Prog wil bepaalde bands uit een bepaalde tijd nadoen, terwijl “progressieve rock” zoveel kan zijn, je vertoont progressie. Prog is een stijl, al waren bands als Genesis in de jaren ’70 wel authentiek progressief. Een band als Cheer-Accident heeft allerlei invloeden, maar ze proberen niet een andere tijd na te doen – of als ze dat wel doen, dan doen ze er tegelijk toch nog iets anders mee.
Maar zelfs iemand als Pär Lindh was origineel in de jaren ’90. Ja, zijn muziek was vooral gestoeld op de jaren ’70, maar hij was een van de eersten die dat geluid op die manier terugbracht. Tegenwoordig vind ik die scene niet meer zo spannend, want er zijn nu zoveel van dat soort bands.
Ik volg die wereld niet actief, maar ik krijg er toch veel van mee. Ik ben vrijwilliger bij Orion, een studio/concertzaal in Baltimore, en daar heb ik vorig jaar bijvoorbeeld nog The Watch gezien. Ik zou niet voor een festival met dat soort muziek naar Italië vliegen, maar als het in de buurt is ga ik er graag heen.
Op basis waarvan selecteer je nieuwe bands om uit te brengen op het label?
Kwaliteit is strikt gezien niet het enige criterium. Het gaat ook tot op zekere hoogte om de verkoopbaarheid. Vroeger kwam het nog wel voor dat ik een band tekende met de gedachte “hier kan ik op verliezen, maar dat maakt me niet uit”. Maar met de huidige staat van de markt kan ik me dat echt niet meer veroorloven.
Ik doe tegenwoordig veel meer met jazz. Ik krijg per dag zo drie nieuwe demo’s van jazzbands, en ze zijn standaard uitstekend, maar ik zit hier de hele dag maar mensen af te wijzen. Nogal deprimerend.
Dingen waar ik onder andere naar kijk, is of het een project of een band betreft. Tenzij iemand beroemd is, zal ik niet met een project werken. Blixt, bijvoorbeeld, heeft een beroemd lid (al is het misschien ook wel gewoon een band), Bill Laswell. Dat helpt. Maar doorgaans zoek ik dus echt naar bands.
Verder moet het me natuurlijk gewoon aanspreken, maar ik heb een hele brede smaak. De artiest moet in zekere mate origineel zijn, moet zelfverzekerd zijn en gedreven zijn.
Wat voor invloed heeft Cuneiform volgens jou op de ontwikkeling van avantprog?
Dat is een moeilijke… Ik weet niet of ik überhaupt iets te maken heb gehad met waar de avantprog nu is. Ik was er vrij laat bij met de moderne avantprogbands, het mathy, drukke spul. Volgens mij is dat wel een van de toekomstige richtingen van de avantprog, maar tegen de tijd dat ik eindelijk doorhad dat het bestond lag het al op mij te wachten. Het had mij niet nodig om te ontstaan, en zal mij ook niet nodig hebben om te overleven. Dus, wat heeft Cuneiform ermee te maken? In zekere zin denk ik wel dat wij belangrijk zijn, maar als ik daar teveel aandacht aan zou besteden zou ik overkomen als een enorme opschepper…
Hoe gaat Cuneiform om met ontwikkelingen in de muziekindustrie, met name wat betreft de rol van het internet?
Illegaal downloaden heeft zonder meer invloed op het label. De verkoop is behoorlijk afgenomen, wat natuurlijk ook samenhangt met de huidige economische situatie. Maar het probleem is vooral dat je overal op het internet gratis onze releases kunt vinden. Dit heeft er mede voor gezorgd dat ik nu niet meer zomaar een geweldige band kan tekenen terwijl ik niet overtuigd ben van de verkoopbaarheid van de muziek. Financieel zijn we er slechter aan toe dan vroeger.
Een andere ontwikkeling die wat mij betreft zowel positief als negatief is, is dat dankzij het internet iedereen muziek kan maken en uitbrengen, en iedereen het kan beluisteren. Natuurlijk zijn er mensen die gratis hun muziek verspreiden vanuit filosofisch oogpunt, maar er zijn ook veel muzikanten die hun werk zo uitbrengen omdat ze geloven dat anders niemand ernaar zal luisteren. Maar mensen hebben er – hopelijk – tijd en moeite in gestoken. Je betaalt ook voor je broodje als je gaat lunchen, je betaalt de loodgieter voor zijn diensten, dus waarom wil je niet betalen voor de muziek die je beluistert?
Maar omdat iedereen nu digitaal muziek kan maken en uitbrengen is er zo oneindig veel te krijgen, waardoor het publiek oververzadigd raakt. Maar juist in deze tijd, wanneer er mogelijk een belangrijkere rol dan ooit is weggelegd voor “poortwachters van de smaak” die het kaf van het koren scheiden, is het moeilijker voor labels om deze rol te vervullen. Er is wel meer ruimte voor goede muziek, maar die kan verdrukt worden door de minder goede en de slechte muziek die nu uitgebracht kan worden. Internet heeft veel mogelijk gemaakt, en een positieve invloed gehad op communicatie, maar iedereen heeft een harde schijf vol muziek, meer dan ze ooit kunnen beluisteren of de concentratie voor kunnen opbrengen. Muziek heeft in die zin veel waarde verloren door het internet.
Hoe hangt dit samen met het feit dat Cuneiform zich de afgelopen jaren meer op jazz is gaan concentreren?
De huidige markt is ook de voornaamste reden waarom Cuneiform tegenwoordig meer jazz uitbrengt. Ook is de rockscene in het algemeen niet echt vriendelijk geweest. Sites zoals die hipstersite in de Verenigde Staten… Hoe heten ze ook alweer… [CC: Pitchfork?] Ja, de Pitchforks van deze wereld! Soms zijn ze een beetje geïnteresseerd in wat we doen, maar doorgaans niet. Dan heb je de mainstream rockpers, en die is doorgaans niet geïnteresseerd in wat we doen, en dan is er de progrockpers, en die kunnen wat ik uitbreng meestal niet echt waarderen. Ik heb soms het idee dat zij zouden willen dat ik ophoud met klagen over bands die klinken alsof het weer 1970 is. In die zin geloof ik niet dat onze releases altijd de aandacht hebben gekregen van de mensen die juist interesse zouden moeten tonen.
Ik heb de indruk dat dit met de jazz anders is. De jazzpers heeft het natuurlijk wel over Miles Davis enzo, maar ze hebben het ook over releases waarvan de puristen gillen “dit is geen jazz!”. Het betreft hier bladen met redelijk grote oplages van tachtig- tot honderdduizend, met een zeer gevarieerde lezersgroep, en dit soort bladen zijn extreem positief over wat Cuneiform doet. Het publiek voor dit soort muziek is jonger, en dat is spannend. Met dit soort jazzwerk kunnen we nu meer mensen bereiken. Ik wil geen slechte muziek uitbrengen om meer mensen aan te spreken, maar ik wil wel meer mensen bereiken. Ik moet mijn werknemers betalen, en mijn huisbaas – en huisbazen hebben ongelooflijk weinig interesse in hoe gaaf je platenmaatschappij is.
Het is ook zo dat terwijl de media meer interesse is gaan vertonen in rare jazz, de grote platenmaatschappijen er juist minder aandacht aan zijn gaan besteden. Hierdoor kon ik weer oude archiefplaten uitbrengen, waardoor ik in contact kwam met andere mensen, waarna ik weer andere releases kon verzorgen.
Maar gedeeltelijk is de keuze voor meer jazz een pragmatische keuze geweest. Ik ben een gedeelte van mijn publiek kwijtgeraakt, door illegaal downloaden, door het feit dat er nu zoveel meer te vinden is. Daardoor moet ik nu breder te werk gaan.
Wat betekent deze omslag voor de avantprog?
Dit houdt absoluut niet in dat ik RIO/avantprog achter me laat. Ik ben bijvoorbeeld bezig met een nieuwe Alec K. Redfearn, en een nieuwe Ahleuchatistas. En RIO/avantprog is natuurlijk veel groter dan alleen Cuneiform, dus ook als ik mijn badge heb ingeleverd zal het genre blijven bestaan!