Math Lemmen eindigde zijn recensie van het voorgaande album van deze band “TvÅ” (Agusa 2) met de woorden dat de muziek van Agusa oubollig is en vooral geschikt voor de fans van jaren zeventig progrock, met een sterke hang naar nostalgie. Daarin kan ik mij gedurende de eerste songs van dit nieuwe album geheel in vinden, totdat…
…het bij track vier en tegelijk afsluitende nummer alsnog interessant wordt. Vooropgesteld, we hebben niet te maken met een meesterlijk album als de eerste drie tracks van deze cd gelijk bestempelt worden met het predicaat ‘aardig’. Echter, veel meer kan ik er helaas niet van maken. Het Zweedse kwartet is vernoemd naar het dorp waar ooit de eerste nummers van deze band werden gecomponeerd en de formatie brengt de muziek tot op heden volledig instrumentaal. Toch heeft fluitiste Jenny Puertas in een interview aangegeven ook te willen zingen op de toekomstige albums. Op het gelijknamige album en nummer drie in de reeks spelen de Zweden er lustig op los, maar Landet Längesen, Sorgenfri en Den Förtrollade Skogen klinken als retroprog van de bovenste plank. Creatief? Zeker. Maar ook niet boeiend tot in het diepste van je bloedvaten. Natuurlijk zijn er mensen die hier hun vingers bij af likken, maar let wel: ik oordeel niet negatief over de kwaliteit van de muzikanten. Alleen komen die muzikanten in mijn optiek pas echt tot hun recht wanneer er wat innovatiever wordt gemusiceerd, zoals in de laatste twee tracks: Sagor Från Saaris en Bortom Hemom.
Hoewel Sagor Från Saaris in aanvang een beetje stoffig (net als de genoemde tracks in de voorgaande alinea) en folky klinkt, ontwikkelt de song zich na een paar minuten tot een interessante melange van space, kraut en stonerrock. Vooral het tweede gedeelte doet mij denken aan een band als Monomyth of Monkey3. Zeker als de band gebruik maakt van drones, psychedelische gitaarpartijen en een sound die zich ontwikkelt tot het begrip ‘gruizig’.
Bortom Hemom heeft wat je noemt een bezwerend orgelpatroon dat zich zeer positief uitvouwt en je in een vergaande ontspanningsmodus dwingt wanneer je heerlijk loom op de bank ligt te doezelen. Het is wat mij betreft het hoogtepunt van het album en maakt met een speelduur van ruim tien minuten gelijk de hele cd goed. Vooral de fans van de tv serie Game Of Thrones moeten goed opletten rondom minuut zes, want de melodie van de dwarsfluit heeft ongetwijfeld als inspiratievoer gediend. Ook de gitaarsolo van gitarist Mikael Ödesjö aan het einde van het nummer is van het kaliber om je vingers bij af te likken. Echt een fijn nummer.
Hou je van een breed spectrum aan orgels, zeer aanwezige dwarsfluit, psychedelische gitaren en composities die veel weg hebben van een uit de hand gelopen jamsessie, dan is dit jouw ding. Zeker fans van jaren zeventig vintage progbands als Camel en Focus kunnen met dit album wellicht hun hart weer ophalen. Ben je meer van de moderne leest, dan kan je dit gerust laten liggen.