Arco Iris

Agitor Lucens V

Info
Uitgekomen in: 1975
Land van herkomst: Argentinië
Label: Music Hall
Tracklist
Cd1
Intro (La Divina Madre) (5:14)
Lucero Andino (3:29)
Vientos Celestiales (3:45)
Bas-Bus / Si El Señor Me Dio Estas Manos (4:23)
Bas-Bus (0:40)
Principe Del Alba (Aurora Boreal) (4:56)
Las Luces Eternas (14:26)

Cd2
El Regreso Del Pajaro Dorado (6:42)
La Nave Madre (3:14)
El Arcangel Miguel (2:13)
Agitor (1:10)
Sendero De Marcahuasi (4:38)
Paraiso Sideral (6:10)
Un Tiempo Y Tiempos Y La Mitad De Un Tiempo (7:25)
Lucens V (4:14)
Las Huestes De Orion (6:53)
Salmo A Cristo (El Sublime Peregrino) (7:15)
Guillermo Bordarampé: bas, zang
Horacio Gianello: drums, percussie, zang
Gustavo Santaolalla: gitaar, charango, zang
Ara Tokatlian: fluit, alt, saxofoon, orgel, quena, zang

Met medewerking van:
Héctor Zeoli: kerkorgel
Desde El Jardin (2012)
Peace Will Save The Rainbow (1998)
Peace Pipes (1987)
Faisán Azul (1983)
Fiesta (1980)
Amigos (1979)
Los Elementales (1977)
Agitor Lucens V (1975)
Ara Tokatlián & Enrique Villegas: Inspiración
Inti Raymi (1973)
Sudamérica – O El Regreso A La Aurora (1972)
Tiempo De Resurrección (1972)
Arco Iris (1970)

De Argentijnse balletchoreograaf Oscar Aráiz stond in 1975 met zijn balletgezelschap in Londen, Parijs, Rome en natuurlijk Buenos Aires. De muziek? Van het tevens uit Argentinië afkomstige Arco Iris met hun nieuwste dubbelaar “Agitor Lucens V”, een plaat met één centraal thema: het vermeende contact tussen aliens en de inheemse Zuid-Amerikaanse beschavingen van voor de tijd van Columbus. Erich von Däniken had zijn beroemde boek Waren de goden kosmonauten al in 1968 uitgebracht en daarin speelden ook de Nazcalijnen in Peru een grote rol. Ook is bekend dat er in Zuid-Amerika veel UFO-waarnemingen gedaan worden sinds de jaren 60. Een foto van deze verschijnselen heeft dan ook zijn weg gevonden naar deze albumhoes.

Arco Iris had met zijn veelzijdige rockopera op dubbelelpee uit 1972, de eerste Spaanstalige, al hoge ogen gegooid en was in Argentinië uitgegroeid tot een van de belangrijkste creatieve groepen. Met dit album zou de band zijn status cementeren en wederom met een zeer gevarieerde dubbelaar vele harten winnen in Zuid-Amerika. Op het Europese continent zou de band echter onbekend en onbemind blijven, de balletvoorstellingen ten spijt. “Agitor Lucens V” zou ook het laatste album zijn in de klassieke bezetting. Een van de creatieve breinen achter de groep, de op folk georiënteerde Gustavo Santaolalla, zou hierna de band verlaten.

Maar goed, waar luisteren we eigenlijk naar? Arco Iris is een Spaanstalige groep met Zuid-Amerikaanse etnische folkinvloeden, psychedelische rock-esthetiek, jazzrock neigingen en progressieve rock uitspattingen. O ja, dan zijn er nog de  politieke, spirituele en christelijke interesses van de groep. Een folkballad van Arco Iris kan wel een beetje lijken op bijvoorbeeld Le Orme en een instrumentale passage kan zomaar het “Meddle”-tijdperk Pink Floyd-gevoel oproepen. Een rockend nummer met nostalgische dwarsfluitklanken ruikt naar Camel, terwijl het langste nummer van de plaat met vlagen doet denken aan Eruption van ons eigen Focus. Arco Iris betekent regenboog in het Nederlands en hun muziek is dan ook een kleurenwaaier van smaken.

De opener, Intro, toont de band op zijn meest spacey, met orgel en aanzwellende gitaar, al blijven de eindeloze galmen uit en heeft het stuk ook iets melancholisch. Lucero Andino is dan een spirituele folkballad, waarin de band met een set jaloersmakende, pakkende melodieën strooit. Vientos Celestiales doet denken aan Camel’s Preparation (dat donkere gitaarloopje van “The Snow Goose”), maar heeft met zijn traditionele fluit, percussie en monnikenzang nog meer te melden. Daarna is het met Bas-Bus tijd voor een stukje etnische jazzrock die overgaat in een melodieus rocknummer met blazers, mondharmonica, rockende gitaren en een charango (een Argentijns snaarinstrument).

ARVE Error: Invalid URL https://www.youtube.com/watch?v=_h4QkVqi07Q&list=OLAK5uy_mpNQTpy0dc-qoiWFhvES5Z13MKc1pkGgA&index=2 in url

Enfin, zo is kant één al een feest van variatie en dat blijft het de rest van de plaat. Wat opvalt is dat Arco Iris nergens haast heeft, de muziek krijgt voldoende tijd om te ademen en te settelen. Muzikale ideeën worden efficiënt en effectief gebruikt en er wordt voor gewaakt dat er ook maar íets gespeeld wordt dat niet een bepaalde soul heeft. Alles leeft en is meer dan een prettig visueel vingerpatroontje op een orgel. De zang heeft een prettig druggy ontspannen gevoel en is zowel bij de ballades als de rockende nummers erg pakkend, al blijft de taalbarrière natuurlijk een rol spelen. Ten slotte merk ik dat Arco Iris in de studio ook veel aandacht besteedt aan combinaties van klanken en weten ze veel analoge warmte op tape te krijgen.

Voor mij is deze dubbelelpee van Arco Iris uitgegroeid tot een van mijn favorieten van het genre. Het is met name de Zuid-Amerikaanse soul die over de muziek hangt en de voldoening gevende rust waarmee de band te werk gaat die het hem doen. Ook weet de band simpelweg erg catchy, pakkende liedjes te schrijven. Op het internet kan je lezen dat een band als Arco Iris maar al te graag door onze arrogante westerse bril wordt bekeken en dat een plaat als “Agitor Lucens V” dan al snel even wordt weggezet als een tweederangs Pink Floyd-imitatie. Zulke digitale galblazen stoppen al snel met luisteren en doen daarmee zichzelf mijn inziens tekort. De niet Engelstalige prog vraagt soms net even wat meer luisterbeurten om bekend mee te geraken.

We dwalen af. Waren de goden kosmonauten? Bestaan UFO’s? Is er meer tussen hemel en aarde? Gaat u weleens naar de Nationale Opera & Ballet? Wat maakt het ook uit, deze samenkomst van invloeden heeft in dit geval geleid tot een creatieve Argentijnse muzikale explosie die van harte wordt aanbevolen.

Send this to a friend