We kunnen wel stellen dat Robert Reed een veelzijdig artiest is. Uiteraard kennen we hem van zijn werk met Magenta, waarmee hij ons zo nu en dan op lekkere nostalgische symfonische rock trakteert. Zijn muziek met Kompendium kent een iets meer folky inslag en uit zijn solowerk spreekt zijn liefde voor een artiest als Mike Oldfield. Minder bekend is dat hij veertien jaar geleden samen met zanger Steve Balsamo een elektronisch uitstapje maakte met Chimpan A. Het heeft erg lang geduurd, maar nu is daar dan het tweede album van dit collectief.
De muziek van Chimpan A ligt toch behoorlijk ver weg van de muziek die Reed met al zijn andere projecten maakt. In zijn recensie van het titelloze debuut betoogde oud-collega Sander Kok dat om deze muziek te waarderen je toch een zekere ‘hipheid’ dient te bezitten. Nu vind ik mezelf alles behalve hip en dat is misschien dan ook de reden dat ik wel wat moeite heb met deze release. Dat heeft niets te maken met de kwaliteit van de muziek, want ik kan mijn eigen voorkeuren prima aan de kant schuiven om te kunnen beoordelen dat er niets mis is met die kwaliteit. Er zullen dan ook meer dan genoeg liefhebbers voor dit werkje te vinden zijn. Of de recht toe recht aan prog liefhebber daar ook bij zal zitten, kun je je afvragen.
In zekere zin is dit prima muziek om je bij te ontspannen. Over het algemeen is het allemaal behoorlijk ‘laid back’. Rustige muziek dus met hier en daar een korte uitspatting. Mede verantwoordelijk voor de relaxte sfeer is verteller Tony Dallas die ook op het eerste album voor de nodige aangename verpozingen zorgde. Zijn stem is dusdanig rustig dat de muziek haast meditatief op me overkomt. De stem van Dallas is niet de enige die we op dit album te horen krijgen. Uiteraard is daar ook de uitstekende zang van Steve Balsamo en zijn er diverse zangeressen te horen, waarbij Christina Booth (Magenta) de bekendste naam is.
De muziek van Chimpan A is dus ver verwijderd van die van Magenta. Reeds solowerk komt een klein beetje in de buurt door de minimale verwijzingen naar het latere werk van Mike Oldfield. Deze muziek kent verder raakvlakken met een groep als Massive Attack of Archive. Tamelijk radiovriendelijke muziek die niet zou misstaan op een van de commerciële radiozenders en die zeker genoeg afzet zou genereren als er voldoende airplay zou zijn. Zoals gezegd is dit absoluut geen slechte muziek maar, of de progressieve rock puristen onder u hiermee ook uit de voeten kunnen, is nog maar de vraag.