Cryptic Vision

Of Infinite Possibilities

Info
Uitgekomen in: 2012
Land van herkomst: Verenigde Staten
Label: Progrock Records
Website: www.samconable.com/crypticvision/
Luisteren kan via: -
Tracklist
Singularity (4:00)
Starting Gun (6:22)
The Secret (5:25)
Affecting Time (4:02)
Obsolete (4:23)
M Theory (4:08)
Real Magic (5:01)
Lucid Dream (2:40)
Flash Of Life (part two) (4:53)
Other Side (4:42)
Of Infinite Possibilities (20:43)
I Overture
II Flesh and Blood
III Vision of Home
IV Great Unknown
V Coming Home
Sam Conable: basgitaar en zang
Rick Duncan: drums, toetsen, gitaar en zang
Howard Helm: toetsen en zang
Tim Keese: gitaar en zang
Todd Plant: zang

Met medewerking van:
David Ragsdale: viool
Gary Schutt: gitaar
John Zahner: toetsen
Shawn Bowen: gitaar
John Leblanc: gitaar
Mike Carello: fretloze bas
Of Infinite Possibilities (2012)
In A World (2006)
Live At RoSFest (2005)
Moment Of Clarity (2004)

Als recensent kom je soms wel eens een cd tegen waar je helemaal niets aan vindt. Die leg je dan zo snel mogelijk onderaan op je ’to do’-stapeltje. In het geval van “Of Infinite Possibilities”, het derde studioalbum van Cryptic Vision gebeurde dat laatste ook. Wel was er een klein, niet onbelangrijk verschilletje. Deze cd kwam onderaan te liggen juist omdat ik het schijfje zo goed vond. Ik wilde er niet over hoeven nadenken, gewoon lekker onbevangen luisteren, maar ja, noblesse oblige. Vandaar dat ik alsnog met de billen bloot ga, de eeuwige frustratie van een recensent.

Laten we beginnen bij het begin. Ik vertel niks nieuws als ik zeg dat de Amerikanen hun spiritualiteit nergens onder stoelen of banken steken. Al jaren is de band in de weer met een trilogie over de zoektocht van de mens naar de betekenis van het leven. In 2004 debuteert Cryptic Vision met “Moments Of Clarity”, een concept-cd vol vette prog. Er is krachtige zang te horen (zowel qua lead als in de koortjes). Er is sterk gitaarspel, dikke bastonen, spetterend drumwerk en dat alles gehuld in een brede laag progressief klinkende toetsen. Dat de band daarbij een typisch Amerikaanse gladheid verkiest lijkt gezien de vele solo’s een juiste keuze. Alles is in balans. Twee jaar later verschijnt de opvolger ”In A World”, waarop de sterke lijn van het debuut doorgetrokken wordt. Vanaf dan kijkt een ieder reikhalzend uit naar het slotdeel van de trilogie. Lees tien recensies van deze albums en het bandgeluid zal elf keer worden omschreven als een mix van Spock’s Beard, Dream Theater en Kansas. Het zou arrogant van me zijn om te beweren dat het niet zo is. En dan, na zes jaar is daar eindelijk het derde album. In al z’n glorie is “Of Infinite Possibilities” typisch een gevalletje goed- beter- best. De vraag is dan ook niet of deze cd beter is dan z’n voorgangers, maar waarom.

Volgens de infosheet van Progrock Records is dit de meest ambitieuze cd van de band en als zij het niet hadden gezegd had ik het wel gedaan. Het spelplezier spat er namelijk van af.Toch is dit niet de reden waarom het album zo buitengewoon geslaagd is. Het is het vernuft waarmee alles is ingedeeld, de architectuur van het album. Je kan er haast geen weerstand tegen bieden. De plaat sleept je mee naar grote hoogten.

De bandleden moeten toch erg in hun nopjes zijn met de komponeerkwaliteiten van drummer en alleskunner Rick Duncan. In het begin lijkt dit trouwens nog even niet zo te zijn maar vergis je niet. De eerste zeven nummers zijn behoorlijk songmatig van insteek, tracks met sterke melodieën en pakkende thema’s. Uitschieters wat dat betreft zijn Starting Gun en Real Magic. De instrumentale passages en solo’s zijn vaak kort en bondig maar wel uitermate smaakvol. Het komt allemaal perfect naar voren tegen een ondergrond die zoals altijd doorspekt is met bijzondere maatsoorten zonder dat de muziek daarbij geforceerd overkomt. Daar is het hoekige Singularity, het gedreven Starting Gun en het zwierige The Secret en dat altijd strak en dynamisch. Ondertussen laat Todd Plant zich met zijn hoge, krachtige stem van z’n allerbeste kant zien. De muziek kent ook enkele niemendalachtige momenten, misschien is dat wel bewust gedaan, net of de band zich nog niet helemaal wil geven.

Juist nu het album wat eenvormig dreigt te worden, dient numero acht Lucid Dream zich aan, een zeer fraai atmosferisch rustpuntje dat al het voorafgaande meezuigt in wat komen gaat. De songmatige structuur moet vanaf nu grotendeels wijken. Het instrumentale Flash Of Life laat de band op z’n allerbest horen. Dream Theater-achtige accenten en messcherpe toetsen geven dit nummer precies de juiste snit en dat het nog beter kan is eigenlijk niet voor te stellen, toch gebeurt het. Het twintig minuten durende titelnummer waar het album mee afsluit is dermate gaaf dat ik me afvraag of het gemiddelde proghart hier tegen kan. Dit krachtige eindschot is nogal toetsengericht. Het bevat naast een solo op viool door David Ragsdale een heleboel lekkers op gitaar en toetsen. In het middenstuk neemt de band wat gas terug met prachtige fretloze basgitaar en Mellotronklanken. De finale is euforie in het kwadraat. Er zit dan ook een gevoel van onoverwinnelijkheid in de muziek, alsof een marathonloper over de streep is gekomen.

Met eenzelfde gevoel schrijf ik deze concluderende alinea. De zucht waarin deze elf nummers zich hebben voltrokken behoeft eigenlijk geen betoog meer. Ik heb genoeg gezegd en ben blij dat dit album mag verhuizen naar mijn cd-kast, zodat ik er tot in lengte van dagen onbevangen naar kan luisteren.

Dick van der Heijde

Send this to a friend