Liquid Tension Experiment is een project dat op veel bijval kan rekenen onder de vele Dream Theater-fans. De line-up is ontstaan toen het Magna Carta label Mike Portnoy in 1997 vroeg om zijn ideale band samen te stellen. Dat werd uiteindelijk het gezelschap met Jordan Rudess, Tony Levin en John Petrucci.
Naar aanleiding van het succes van het eerste titelloze album hebben Petrucci en Portnoy geprobeerd om Jordan Rudess, overigens al voor de tweede keer, over te halen zich bij LTE aan te sluiten. Rudess is daar toen niet op ingegaan. Na “Liquid Tension Experiment 2” heeft hij het aanbod alsnog aangenomen wat meteen het einde van Liquid Tension Experiment betekende. Met drie dezelfde leden zou de muziek van Liquid Tension Experiment teveel gelijkenis vertonen met die van Dream Theater.
Toch bracht de band, lees Portnoy, in 2007 het desastreuze “Spontaneous Combustion” uit. Het betreft hier een verzameling improvisaties in triobezetting, die zijn opgenomen tijdens de sessies voor “Liquid Tension Experiment 2”, toen Petrucci hals over kop naar huis moest vanwege aanstaande gezinsuitbreiding.
In 2008 ondernam de band een tour door de Verenigde Staten. Diverse registraties hiervan zijn op cd en/of dvd beland.
Toen Portnoy in 2010 Dream Theater, niet geheel vrijwillig, verliet werd het voortbestaan van Liquid Tension Experiment uiteraard een lastig verhaal. Maar tijd heelt vele wonden en na enkele incidentele samenwerkingen tussen Portnoy en Levin werd in 2019 duidelijk dat een nieuw album van de band wel eens tot de mogelijkheden kon behoren. Het gebrek aan ruimte in de agenda’s was het enige struikelblok. Dat probleem werd door de Covid-pandemie opgelost…
De hernieuwde samenwerking tussen Petrucci en Portnoy op Petrucci’s soloalbum vorig jaar brak het ijs definitief.
In juli 2020 namen de vier heren, zoals het tegenwoordig hoort, de noodzakelijke Covid-tests en gingen twee weken in quarantaine in een New Yorkse studio om een nieuw album op te nemen. Of, zoals Tony Levin het in een interview noemde: The Liquid Tension Bubble. Ze hadden daarbij wel een deal met Inside Out Music voor twee albums op zak.
Alle vier de heren waren uitermate enthousiast over de chemie die meteen weer naar boven kwam. “Het leek wel alsof het tweede album vorige week was opgenomen en het schrijfproces was snel en intens.”
Snel en intens is ook de album-opener Hypersonic. Met name de eerste en de laatste 30 seconden van deze track doen de titel alle eer aan. De overige 7:30 minuten zijn ook één grote achtbaan van instrumentaal geweld. En inderdaad, heel veel gelijkenis met de muziek van Dream Theater. Daarbij mogen we aantekenen dat de inbreng van Levin gelukkig enige lucht schept in de, met momenten, onverstaanbare waterval van noten die collega Myung in Dream Theater met grote regelmaat in het lage register tentoonspreidt.
Met zijn kenmerkende stijl, die hij ook in King Crimson en bij Peter Gabriel hanteert, brengt hij de broodnodige rust in de basregionen.
Soms lijken de heren Petrucci en Rudess bezig met een wedstrijd wie de meeste noten per vierkante minibyte kan achterlaten op een harde schijf. In dat duel weet Levin zich op zijn Chapman Stick met succes te mengen.
Naast Hypersonic staan er nog drie gezamenlijke composities op dit album. The Passage Of Time was het eerste nummer dat de heren na 22 jaar weer samen schreven. Het is een heavy track die qua opbouw veel gelijkenis vertoont met het iets lichtvoetigere Beating The Odds: opening met riffs, een aantal symfonische akkoordenwisselingen, een aantal solo’s en een anthem-achtige melodie van Petrucci en/of Rudess.
Verder vinden we een bewerking van Amerikaans cultuurerfgoed, de “Rhapsody In Blue” van Gershwin. Deze bewerking werd in het verleden regelmatig live gespeeld en de heren vonden dat deze uitvoering een gedegen studio-versie verdiende. Het arrangement sluit uitstekend aan bij de gezamenlijke composities op dit album.
Het afsluitende Key To The Imagination heeft epische allures met een goede opbouw, veel maatwisselingen, veel virtuoos instrumentaal spel, kortom veel Dream Theater.
Naast het vele uitbundige geweld is er ook een aantal rustpunten zoals het melancholische duet tussen Petrucci en Rudess, Shades Of Hope. Dit mist echter nét die emotie om je kippenvel te bezorgen.
Interessant is zeker het experimentele Chris & Kevin’s Amazing Odyssey van Portnoy en Levin, waarbij de laatste zijn staande elektrische bas met een strijkstok bewerkt.
Daarnaast stuiten we op een fraaie ingetogen improvisatie (Liquid Evolution) waarin Levin met zijn zoemende speelstijl samen met Rudess de boventoon voert. Portnoy en Petrucci moeten zich hier ‘lange tijd’ inhouden.
De rustigere en geïmproviseerde stukken vind ik nog het meest interessant op dit derde album. Van de andere nummers hebben we er al zo’n dertien in een dozijn gehoord op de twee voorgangers en de complete Dream Theater catalogus: razend knap gespeeld, maar helaas geen ‘shivers down my spine’.
Rest de vraag: zou Portnoy met deze hernieuwde samenwerking solliciteren naar een terugkeer in Dream Theater?
De bonus-tracks ontbreken op het door Inside Out Music verstrekte exemplaar, maar naar ik begrepen heb uit diverse publicaties gaat het hier om een aantal opgenomen jamsessies. Voer voor liefhebbers.