Luca Di Gennaro werkte al met verschillende bands samen. Zo is hij te horen op platen van TDW, Subsignal en Seven Steps To The Green Door. Maar bovenal is hij de toetsenist en de belangrijkste songschrijver van het Italiaanse Soul Secret. Na vijf albums te hebben afgeleverd met deze band is het nu tijd voor zijn eerste soloalbum.
Omdat Di Gennero met zijn dominante toetsenspel een grote stempel drukt op het geluid van zijn broodheer, zal het geen verbazing wekken dat het geluid van “The 2nd Coming” voor een groot deel in het verlengde ligt van Soul Secret. Toch zou het te gemakkelijk zijn om dit album af te doen als een Soul Secret-album zonder de overige bandleden. Daarvoor geeft Di Gennaro toch iets teveel een eigen draai aan de nummers op dit album.
Zoals al gezegd horen we heel veel toetsen op dit album. De liefhebbers van het ouderwetse toetsengeluid moet ik helaas teleurstellen; hier zijn amper mellotrons of orgels te horen. Het spel van Di Gennaro valt nog het beste te kenmerken als een kruising tussen Jordan Rudess en Derek Sherinian. Toch wordt er af en toe ook buiten de gebaande paden getreden. A Rose In The Sand is een fraai jazzy uitstapje en de bliepjes in Shannon Tree laten horen dat Di Gennaro ook af en toe muziek voor videospellen maakt. Dat verklaart dan waarschijnlijk weer de medewerking van de gerenomeerde componist voor videospellen David Wise die een deuntje op saxofoon meeblaast op Into The Rainfall, een mooie, door piano gedragen ballad.
De echte muzikale krachtpatserij wordt bewaard voor het achttien minuten durende slotnummer. Hier wordt hij bijgestaan door een aantal collega’s op gitaar (waaronder Soul Secret kameraad Frank Cavezza) die richting het einde het nummer voorzien van een aantal fraaie solo’s. Dat zorgt voor de broodnodige afwisseling, waardoor dit album niet een voortdurend toetsenbombardement wordt. Dat gecombineerd met een epische finale maakt dat het verreweg het beste nummer op het album is en ondanks de lange speelduur is het voorbij voor je er erg in hebt.
Voor de liefhebber van moderne toetsenklanken valt hier genoeg te genieten. Dat komt vooral doordat Luca Di Gennaro zowel zijn vak als componist als zijn kwaliteiten als toetsenist hier uitstekend voor het voetlicht weet te brengen. Voor de meer traditioneel ingestelde rockliefhebber is al dat toetsenwerk wellicht wat teveel van het goede. Om hen te kunnen overtuigen, ontbeert het album voldoende afwisseling. Niettemin kunnen we hier spreken van een prima solodebuut, maar dat mag ook best als je de staat van dienst van Di Gennaro in ogenschouw neemt.