‘With a little help from my friends’.
De Duitse multi-instrumentalist Marek Arnold speelt en blaast letterlijk al lang wat toontjes mee in het progwereldje. Velen kennen hem van de groepen Cyril, Seven Steps To The Green Door en Flaming Row. Daarnaast werkte hij mee aan talloze andere projecten en albums van muzikanten, waaronder Damanek, UPF en The Samurai Of Prog. Dit groots opgezette titelloze debuutalbum bewijst dat Marek ook op eigen benen kan staan. Al is het met een ‘beetje’ hulp.
Maar liefst vijftig muzikanten werkten aan dit album mee. Geheel belangeloos, als vriendendienst of het inlossen van een muzikale schuld. Want zo werkt dat ook in de progwereld. Wanneer je zoveel verschillende muzikanten en vocalisten mee laat doen, is de kans groot dat het een rommeltje wordt, zonder enige identiteit. Op wonderbaarlijke wijze heeft Marek Arnold dat kunnen voorkomen. De ruim vijf kwartier muziek luistert als een mix van een progrockopera en progrockmusical. Er valt veel te genieten.
Het begint lauw en weifelend in de eerste twee minuten van A Story Of Separation And Lost, getiteld Preview. Maar al snel volgt een majestueus instrumentaal stuk dat doet denken aan The Neal Morse Band. Het is de kick-off van No Place Like Arirang, een partij stuwende symfo waarin flinke doses orgel en gitaar zijn verwerkt. Het is een remake van het nummer Arirang dat staat op het eerste album “M.A.D.” van Toxic Smile. De zang van Larry B. (Toxic Smile) is aangenaam, maar dé ontdekking vind ik gitarist Martin Fankhänel met een flitsende gitaarsolo. We horen deze gitarist van Seven Steps To The Green Door nog vaak en virtuoos voorbij komen. Marek Arnold laat zichzelf ook goed horen op piano en met een stel synthesizersolo’s. De kersen op deze taart zijn Steve Unruh met een solo op viool en last but not least Marco Minnemann, die zich spreekwoordelijk de ballen uit de broek drumt.
Het vervolg is Stay, dat ook op de gelijknamige ep staat. Een mix van folk en cinematografische muziek hoor je op A Time Of Mystery. Het zijn vooral de blaasinstrumenten saxofoon, klarinet en blokfluit (allemaal gespeeld door Arnold) die letterlijk de toon zetten. Een ander pronkstuk is Papillon, voorzien van de herkenbare hoge en zuivere zang van Arno Menses (Subsignal). De eerste drie minuten zijn rustig, maar daarna volgt een omslag met de eerste van een aantal zalige gitaarsolo’s van onder andere Luke Machin (The Tangent). Halverwege wordt even een afslag naar progmetal genomen dankzij een razende solo van vriend Fankhänel. De laatste twee minuten zijn een afwisseling van toetsen en saxofoon. Na deze intensieve tien minuten is het tijd om bij te komen in de door Zeynah prachtig gezongen ballad Come Away With Me. Het gebruik van fluit, hobo en hoorn zorgt voor een bijzondere sfeer in Cold Run, wat ook een herschreven compositie van Toxic Smile is.
De hoofdmoot van het schijfje, ofwel het magnum opus, is de zesdelige epic Berlin 2049. De teksten zijn geschreven door George Andrade, die ook het gesproken woord voor zijn rekening neemt. Het thema van dit nummer is ondanks het jaartal 2049 verrassend actueel, want het gaat over een toekomst waarin AI, ofwel kunstmatige intelligentie, zich anders ontwikkelt dan de optimisten verwachten. De overeenkomsten met de spraakmakende film Blade Runner uit 1982 en de remake Blade Runner 2049 zijn legio. Maar het is de muziek die het hem ruim 26 minuten doet. Het waaiert van progrock naar progmetal met talloze tempo- en sfeerwisselingen. Opvallend zijn de herkenbare zang van Peter Jones (Camel, Tiger Moth Tales) en de ruige toetsensolo van Derek Sherinian, die daarmee een flinke duit in de progmetalzak doet.
Vermeldenswaardig is het fraai geïllustreerde cd-boekje met uitgebreide informatie. Bij ieder nummer vind je fantasierijke, bijpassende afbeeldingen, die met behulp van AI tot stand zijn gekomen. Marek Arnold levert met dit album een gevarieerd meesterwerk af. Het is als een vulkaan die na tientallen jaren tot uitbarsting komt.