Ohrima. Catoblepas. Venu Kaj Vidu. Salland.
Eén van die woorden is in die regel een dissonant, zeker voor diegenen die in de regio Salland in Overijssel woonachtig zijn, zoals deze recensent. De eerstgenoemde woorden zijn namelijk wat ongewoon voor een rasechte Sallander. Hoewel, blijkbaar niet ongewoon voor de geboren Sallanders die de band Ohrima vormen en een cd hebben geproduceerd onder de naam “Catoblepas”, met als intro Venu Kaj Vidu.
Laat ik het niet ingewikkeld maken. De naam Ohrima is ontstaan uit een typo op MSN en staat voor “o prima”, waarbij de p is vervangen voor de h. Simpel, maar vooral ook pakkend.
Catoblepas is de Griekse benaming voor een wezen in de mythische wereld dat bij de Nijl in Ethiopië leeft en zo’n zwaar hoofd heeft dat het altijd naar beneden kijkt. Echter, wanneer het opkijkt vergiftigt het alles en iedereen met zijn ogen. Venu Kaj Vidu staat voor “Kom (wees welkom) en zie” in het Esperanto. Esperanto is een internationale taal, gecreëerd door de Poolse oogarts Ludwik Lejzer Zamenhof, die het verlangen had een makkelijke en begrijpelijke taal te ontwikkelen, zodat mensen uit verschillende culturen met elkaar kunnen communiceren.
Zo, iedereen weer bijgepraat over deze ingewikkelde woorden.
Ohrima is een vierkoppige progmetalformatie uit Salland, bestaande uit Dennis Nijenhuis (basgitaar), Evert Schuurman (drums, zang), Sjoerd Roelofs (gitaar, zang, toetsen) en Thijs Bults (gitaar, zang). Als rasechte Sallander huist in mijn hoofd de hardnekkige gedachte dat mijn streekgenoten vaak alleen naar Normaal, Bökkers, Rammstein en andersoortige commerciële heavy metal luisteren. Metallica doet het hier in de regio ook goed. Wat een vooroordeel! Want deze jonge Sallanders houden toch echt van modernere progressieve metal waarin veel stromingen zijn verenigd, van Mischa Mansoor’s Periphery tot aan Mastodon, Dream Theater, Haken en Leprous.
Het intro Venu Kaj Vidu start het album lekker mysterieus op. Orkestratie en instrumentale drones gaan hand in hand met een James Bond-achtige tune en een fluitdeuntje zoals we dat kennen van Alessandro Alessandroni in films van Ennio Morricone. Gevolgd door Paper Reign dat klinkt als een brouwsel van Devin Townsend, inclusief growls waar sommige progrockers moeite mee zullen hebben. Periphery horen we in Titanus, een track om je vingers bij af te likken. Ook hier een combinatie van grunts en growls. Voor alle duidelijkheid, dit is de nagenoeg de hardste track van de cd en deathmetal komt in de buurt. En eigenlijk valt Tension ook nog onder dat schemergebied, het doet bij de eerste luisterbeurten denken aan Boil’s Vindication.
De rake klappen op het gebied van progressiviteit vind je in Cosseted. Ook hier weer vleugjes Devin Townsend, black metal, growls en contrasterende ‘jongenszang’, maar vooral ook durf iets neer te zetten waarmee buiten de lijntjes wordt gekleurd. Wellicht een van de meest geslaagde composities op het album, dat tekstueel gaat over ‘Witte Wieven’. Zo worden in het Nedersaksisch mistbanken genoemd en ze worden in verband gebracht met hekserij.
Vriendelijke zang vinden we in een track met een contrasterende titel Doomsayer, waarin de liefde voor Haken gevonden kan worden. Ondanks de passie voor Dream Theater blijft de band ver weg van overdreven virtuositeit, maar weet het wel heerlijke grooves te brengen. Prima dosering!
Muzikaal kent deze band zoals eerder genoemd overeenkomsten met een band als Mastodon en dan vooral in het vocale gedeelte. De band heeft drie zangers in de gelederen, die zowel in de lead- als in de achtergrondzang actief zijn. Dat hoor je in het ingenieuze Elevate, vol met tempowisselingen, omwentelingen en een prima gitaarsolo van de broer van een van de bandleden, Anthony Matthijs Roelofs. De band combineert hier alle zangstijlen die te vinden zijn op de cd: clean, grunts en growls.
Een kleine puntje. We hadden het eerder al over dissonanten, zo voelt de afsluitende track Coven Of The Golden Law op het gebied van vocale productie. Indirect vind je hier de liefde voor Green Day, die invloed is duidelijk te horen. Het punt van aandacht is hetvolgende: over de hele linie verdient de productie binnen deze song meer attentie. Waar de band in voorgaande tracks nog prima keuzes maakte, valt die laatste track tegen op het gebied van homogeniteit en compositie. Tevens duurt de track net even te lang. Maar hé, het is een debuut!
Het zou zomaar kunnen zijn dat we een nieuw talent in Nederland hebben gevonden. Ja, er is nog veel werk te verzetten op het gebied van productie en de composities kunnen doelgerichter. Maar over de hele linie is dit een werkstuk waar deze Sallanders trots op kunnen zijn.
“Catoblepas” is een album waaraan je met één luisterbeurt niet gelijk verslaafd raakt, daar zijn meerdere shotjes voor nodig. Maar als het in je hoofd gaat zitten, dan bedwelmt het je als de ogen van de mythische Catoblepas…
Wil je meer weten van deze band? Lees dan het interview.