In Minneapolis richtten drummer Rikki Davenport, gitarist Mark Ilaug, bassist Kyle Lund en toetsenist Chris Malmgren in 2012 hun band OVRFWRD op. Aanvankelijk zou de band een zanger hebben, maar die kwam niet opdagen bij de opnamesessies. Of misschien struikelde hij ook wel over de medeklinkersstapeling van de groepsnaam, wie weet. Hoe dan ook, het kwartet speelt daarom vanaf het begin instrumentale progressieve rock in al zijn facetten, wat prima past bij hun diverse en complexe achtergronden en muzikale invloeden.
Nu heb ik zelf een zwak voor instrumentale muziek. Voor diegenen die dat minder hebben een geruststelling; het Amerikaanse OVRFWRD is in staat om verhalen te vertellen in fraaie instrumentaties, texturen en spanningsbogen, waardoor je de woorden zelf kunt invullen, met of zonder klinkers.
Voor hun vijfde studioalbum, “There are no Ordinary Moments” getiteld, werkte OVRFWRD ongeveer twee jaar aan de composities en namen ze dit in augustus 2023 gedurende vijf dagen op. Hierdoor ontstaat het gevoel alsof de bandleden gewoon live in de studio spelen zonder multitrack technologie. Dat klopt natuurlijk niet helemaal, want de verschillende gitaar- en toetsenpartijen vragen om een nabewerking.
Werd “StarStuff” met zijn tijdsduur van veertig minuten op Progwereld al prima ontvangen, nu schiet het nieuwe album ruim over het uur heen. We krijgen al met al zo’n beetje alle instrumentale pareltjes voorgeschoteld in de sfeer van pak hem beet DeWollf, Resistor en Beardfish. Denk bijvoorbeeld aan de vette toetsaanslagen waar Rikard Sjöblom ons ook zo graag in onderdompelt en de raggende gitaaruithalen à la Led Zeppelin in The Way en Serpentine.
De sleutel van deze instrumentale muziek is uiteraard in handen van de ritmesectie, waarbij de drummer hem gepast van jetje geeft. Alleen de bassist lijkt echter af en toe in de studio verdwaald te zijn omdat hij wat wegvalt in de mix. Hij verrast mij alleen even met een Bach-loopje op het bluesy Notes of the Concubine.
Achter de robuuste schil van de opnames, die vrij basic en ruw afgemixt zijn, wordt op de meeste nummers van “The are no Ordinary Moments” flink gejamd en geschakeld van heavy prog naar retrorock en verder. Verrassend voorbeeld van een lichte koerswijziging is de jazzy twist op Red Blanket, door de inbreng van trompetaccenten. Hoogtepunt is voor mij Eyota, met ruim dertien minuten tevens het langste nummer. De klassieke piano geeft de aanzet tot een symfonisch stuk en zalige gitaarsolo’s passeren aangenaam de trilhaartjes in mijn oren.
Net zo fraai is het elektronisch ingekleurde Chateau La Barre dat vooral toetsen-gedreven zijn weg in krautrock vindt. Jammer dat juist dit nu zo’n kort nummer is. Met de psychedelische insteek van Eagle Plains heeft OVRFWRD zo’n beetje alle elementen van het instrumentale spectrum wel verkend, terwijl het toch zijn eigen stijl behoudt en dat is al heel knap. Vooralsnog hoeft er zich in de toekomst nog geen zanger te melden bij nieuwe studio-opnames.