Phoenix Again

Vision

Info
Uitgekomen in: 2022
Land van herkomst: Italië
Label: Ma.Ra.Cash Records
Website: http://www.phoenixagain.it/
Tracklist
Ouverture (4:03)
Moments Of Life (10:28)
Triptych (6:54)
Air (6:38)
Psycho (4:32)
La Fenice Alla Corte Del Re (6:34)
Propulsione (6:42)
Mamma RAI (4:36)
Threefour (2:06)
Antonio Lorandi: basgitaar, zang
Giorgio Lorandi: percussie
Marco Lorandi: gitaar, zang
Sergio Lorandi: gitaar, zang
Andrea Piccinelli: toetsen
Silvano Silva: drums, percussie

Met medewerking van:
Alessandra Lorandi: koor
Giovanni Lorandi: koor
Erika Marca: trompet (7)
Annibale Molinari: hoorn (7)
Karin Pilipp: koor
Lorenzo Poletti: trombone (7)
Daris Trinca: glockenspiel (1)
Simona Cecilia Vitali: koor
Vision (2022)
Unexplored (2017)
The Phoenix Flies Over the Netherlands - Live @ 't Blok (2016)
Look Out (2014)
Live in Flero (2012)
ThreeFour (2011)

Een band die na jaren uit zijn eigen as herrijst is niet zo heel bijzonder, er zijn genoeg voorbeelden van, wel als de band van oorsprong al Phoenix heet. Dit Italiaanse gezelschap is gestart in 1981, stopte in 1998 en begon een slordige tien jaar later opnieuw, nu als Phoenix Again. Ze zouden ook Circus Lorandi kunnen heten, de hele familie met die naam speelt zo’n beetje mee. Het vierde album van dit Italiaanse gezelschap heet “Vision” en is bijna helemaal instrumentaal.

Phoenix Again maakt symfonische rock, met, je raadt het al, een hele stevige tint van de jaren 70. Op hun vorige schijf “Unexplored” uit 2017 gooiden ze het roer om door hele sfeervolle, rustige muziek te gaan maken met een hoofdrol voor de akoestische gitaar. Best mooi, maar ik vond het wel een beetje vlakjes en was niet zo onder de indruk van de zangpartijen. Collega Dick van der Heijde dichtte de band hiermee ook een plekje in de middenmoot toe.

Ik ben blij dat ze op “Vision” de steven weer zijn gaan wenden richting de onversneden, intensieve symfonische klanken uit lang vervlogen tijden. Met enige regelmaat zoeken ze tegendraadse ritmes op en een stukje jazz is hen ook niet vreemd. De muziek is tamelijk complex en uitdagend. Het vakmanschap straalt van de nummers af die stuk voor stuk hun eigen muzikale verhaal vertellen. De Ouverture laat ons direct kennismaken met ronduit weelderig toetsenspel van Andrea Piccinelli, waarbij een van de Lorandi’s zich op gitaar evenmin onbetuigd laat.




Binnen een nummer kan het behoorlijk spoken, tempo- en sfeerwisselingen zijn niet van de lucht, bijvoorbeeld op Moments Of Life. Na een stevige start volgt serene rust met een zacht ronkende Hammond. Die maakt abrupt plaats voor blieptonen, waarna een scherp elektrisch gitaargeluid zich aandient. Het bliepen blijft, sfeervol gitaarspel neemt het over. Een uptempo rockstuk luidt de lyrische eindsolo op gitaar in; dik tien minuten schitterende muziek!

Tegendraadse ritmes en stevig gitaargeluid maken de dienst uit in Triptych, dat toch ook weer in melodieus vaarwater terecht komt. Twee wonderschone gitaarsolo’s, gevoed door volvette Mellotron-wolken, vormen een aangename break.

Het volle akoestische gitaarspel op Air had zo maar van Genesis of Yes afkomstig kunnen zijn.  Dit nummer is dan weer meer filmisch van aard, met de nodige grandeur en bombast door de piano- en Mellotron-partijen. De gitarist van dienst kan het niet nalaten hier met zijn zes snaren  weer dwars doorheen te snijden. Straffe Moog-klanken en een dwars ritme brengen ons in Psycho – hoe goed gekozen deze titel – bij Emerson, Lake & Palmer, in het bijzonder Keith Emerson. En het is weer smullen van de gouden combi van gitaarsolo met Mellotron op de achtergrond.

Het meest dwarse nummer ligt dan nog voor ons. La Fenice Alla Corte Del Re ademt nadrukkelijk de sfeer van King Crimson, met al zijn tegendraadsheid, inclusief knerpende gitaar en, uiteraard, weer die zalig ronkende Mellotron. Yes klinkt ook weer nadrukkelijk door (Heart Of The Sunrise). Een niet heel ontspannen stukje jazz vormt de opmaat voor een ronduit chaotisch slot. Het is bijna even schrikken als een prachtig symfonisch duet tussen gitaar en (vol arsenaal) toetsen overgaat in koorzang van niet minder dan vijf Lorandi’s en twee anderen in Propulsione. Als het instrumentarium zich daar dan weer bijvoegt krijgen we een majestueus slot, compleet met een klein blazersensemble. De pittige kruidkoek is dan wel op en wat rest zijn twee biskwietjes, die zich dan weer heerlijk in de thee laten dopen.

Je zou bijna hopen dat deze band nog een keer ter ziele gaat. En dan wéér (And Again…) uit zijn eigen as herrijst en nóg mooiere muziek gaat maken. Hoewel, dit is al mooi genoeg. Wat een genot om naar deze Italianen te luisteren. Hemelse klanken van gitaar en alle mogelijke klavieren, lekker stevig soms, niet wars van dwars zijn en geen ruimte latend voor verveling. Afwisseling is namelijk troef en de zang, die missen we geen moment.

Send this to a friend