De laatste melodieën die componist Michael Dunford voor ons heeft geschreven zijn te beluisteren op het in juni 2013 verschenen album “Grandine Il Vento” van Renaissance.
Renaissance is vol plannen om de oude tijden te doen herleven. Ze willen teruggrijpen op het mooie en gewaardeerde van toen, maar dat tevens aanpassen aan de mogelijkheden van nu. Het loopt allemaal zo anders.
In 2010 is Renaissance voorzichtig begonnen met een tournee in de Verenigde Staten. Er verschijnt een ep en er wordt nagedacht over een volgende tour. Mogelijk zelfs een echt nieuw album. In 2012 komt de aankondiging dat Renaissance een nieuw album gaat uitbrengen. Er is 40.000 dollar nodig, maar via crowdfunding wordt 90.000 dollar binnengehaald. Vlak voor de najaarstour is het album gereed. Als verschijningsdatum wordt februari 2013 genoemd. Echter, één dag na terugkomst van de tour overlijdt componist en gitarist Michael Dunford aan een hersenbloeding.
Iedereen weet direct dat Renaissance nooit meer de oude zal zijn. In de band zelf en op het podium neemt Dunford een bescheiden plaats in, maar zijn composities zijn vanaf het begin van de jaren zeventig bepalend geweest voor het geluid en het succes van Renaissance. Het bandje Renaissance dat eind jaren zestig is ontstaan rond een uniek concept waarin klassieke muziek, folk en rock vermengd worden tot een eigen stijl, wordt door Michael Dunford als componist tot een succes en uniek gemaakt. De eerste melodie die hij schrijft voor Renaissance was Ashes Are Burning. Twee jaar later verschijnt dit nummer het op het gelijknamige album en dat wordt de doorbraak van Renaissance in de USA.
Niet alleen Ashes Are Burning behoort tot de magnus opus van Michael Dunford. Wat te denken van Running Hard, Mother Russia en… Songs of Sheherazade?
“Gradine Il Vento” wordt niet zozeer de terugkomst van Renaissance, maar de zwanezang van Michael Dunford. De binnenzijde van de digibox van het album wordt opgedragen aan hem: “vriend, musicus, tekstschrijver en lichtend gids”, die altijd in ons hart zal voortleven”. “Grandine Il Vento” als een in memoriam. Nog één keer genieten van de mooie melodieën die Michael Dunford weet te componeren, wetend dat dit de allerlaatste keer is.
Wat een geladenheid om aan een album te beginnen.
Het openingsnummer Symphony of Light is met zijn ruime twaalf minuten een echte Renaissance klassieker te noemen. Het lijkt een verloren gewaande track die bestemd was voor het album “Novella” uit 1977 dat nu opeens tevoorschijn is gekomen. De stem van Annie Haslam is duidelijk ouder geworden. In het begin hoor ik haar geregeld trillen, maar verderop wordt de stem beter. Ook in de andere nummers is deze ouderdom in de stem van Haslam te horen, maar daar waar ze in kracht moet uithalen, verdwijnt het en is die prachtige sopraan weer te horen. Zo veroorzaakt het refrein van Gradine Il Vento bij mij kippenvel.
Jammer dat de ondersteuning door een filharmonisch orkest ontbreekt. Dat wordt opgevangen door de toetsen. De akoestische gitaar van Michael Dunford is wat vaker te horen dan op de oude albums. Vroeger leek het wel alsof hij zichzelf niet wilde laten horen. Op het album “Novella” komt hij voor het eerst voor de dag als solist in het nummer The Sisters. In de recensie van dit album door collega Markwin Meeuws schrijft deze: “Michael Dunford geeft een akoestische gitaarsolo die elke beschrijving te boven gaat en kippenvel veroorzaakt”. Helaas bevat “Grandine il Vento” geen akoestische gitaarsolo van dat niveau, maar hij is wel vaker en gevarieerder te horen.
De piano is iets meer naar de achtergrond verschoven en er zijn meer toetsen, mede ook als vervanger van het orkest. Op de toetsen worden meer toetsers en bellen uit de kast gehaald. Een uitzondering hierop is Blood Silver Like Moonlight waar met een klassieke piano als begeleiding een duet wordt gezongen tussen Annie Haslem en John Wetton.
Cry To The World heeft qua stijl veel weg van een kerkelijke Graham Kendrick song en een Disney-productie, vermengd met muziek van Jethro Tull. Dat laatste is niet verwonderlijk als je weet dat Ian Anderson op de fluit speelt.
Het album wordt afgesloten met het in 2011 op ep verschenen nummer The Mystic And The Muse. Gedurende zeven minuten denk je regelmatig terug aan het vroegere “Songs From Sheherazade”.
Ik ben van mening dat Renaissance zijn belofte heeft waargemaakt door het goede van toen en de mogelijkheden van nu te combineren. Michael Dunford heeft als componist van “Grandine Il Vento” een megaprestatie geleverd. Met dit album levert Renaissance voor het eerst na het verschijnen van “Live At Carnegie Hall” in 1976 en “Novella” in 1977 weer een echt Renaissance album. Ze hadden het echt nog in zich. Renaissance zal dit album het komende jaar zeker live gaan uitvoeren en velen zullen er van genieten, maar of er ooit nog een album van dit niveau gaat komen, valt te betwijfelen. Michael Dunford, velen zullen hem missen, wat een mooie melodieën heeft hij achtergelaten.
Peter van der Schelde