Het is natuurlijk een gemiste kans dat Inside Out het tweede album van Sometime In February pas uitbrengt ergens in maart. Maar veel belangrijker dan dat schot voor open doel: het label verdient een compliment voor de ballen die het toont door een instrumentale progmetalband te tekenen, EN prominent in de etalage te plaatsen. Of is er inmiddels toch een dusdanig grote markt voor dit soort ‘moeilijke’ muziek dat het de investering rechtvaardigt? Het zou ons als ruimdenkende progfans sieren, want dit Amerikaanse drietal verdient de aandacht dubbel en dwars.
Sometime In February begon als project ter ondersteuning van gitarist Tristan Auman, maar is inmiddels uitgegroeid tot een volwaardige band, waaraan ook drummer Scott Barber en bassist Morgan Johnson een essentiële bijdrage leveren. Sometime In February is daarmee zo’n echte ‘muzikantenband’ geworden. Ter illustratie: van single Hiding Place uit 2024 plaatste Inside Out ter leering ende vermaeck niet alleen de gebruikelijke ‘full band playthrough’ op YouTube, maar ook een specifieke ‘guitar playthrough’. En een ‘bass playthrough’. En een ‘drum playthrough’. Door muzieknerds, voor muzieknerds, zal ik maar zeggen, en da’s hier zeker als compliment bedoeld.
De muziek van Sometime In February is ambitieus en uitdagend, zonder daarbij te vervallen in oeverloos gepriegel en muzikale masturbatie. Hier is geen sprake van ‘moeilijk doen om het moeilijk doen’ zonder melodie of gevoel. Aumans gitaarspel staat daarbij sterk op de voorgrond. Als invloeden noemt hij onder andere John Petrucci (Dream Theater) en Plini, en da’s eigenlijk wel een mooie samenvatting van zijn stijl, zowel qua spel als composities. We horen op “Where Mountains Hide” stevige progmetalriffs en melodieuze solo’s, maar ook een eigenzinnige benadering en vermenging van muzikale stijlen.
(Prog)metal is daarbij leidend. Zo vliegen de djentriffs je op Bury You om de oren. De invloed van Between The Buried And Me (BTBAM) is ook aanwezig, zelfs in letterlijke zin. Dat ligt voor de hand, omdat Auman die band live ondersteunt. Maar BTBAM-gitarist Paul Waggoner speelt ook een gastsolo op single The Bad Fight (en een gastrol als rechter in de bijbehorende video). Ook BTBAM-bassist Dan Briggs levert een bijdrage op diverse snaarinstrumenten.
Rondom dat progmetalfundament gebeuren op “Where Mountains Hide” allerlei spannende dingen die laten zien dat Sometime In February niet bang is buiten de lijntjes te kleuren. Phantom Sea opent met een sereen orkestraal stuk dat niet had misstaan als filmsoundtrack. The Bad Fight bevat een zwoele jazzy saxofoonsolo van Rich Castillo (The Callous Daoboys). What Was Heard vormt een prettig bluesy rustpunt als intro voor What Was Said. En slottrack Funeral House verrast met blastbeats in het middenstuk. Die passen eigenlijk helemaal niet bij de rest van de muziek, maar geven de bovenliggende gitaarsolo een onverwachte drive. Het zijn dit soort leuke creatieve ideetjes die dit album bijzonder maken.
Die variatie is de kracht van het album, maar het betekent ook dat “Where Mountains Hide” nogal wat vergt van de luisteraar. Alleen al openingstrack Palantir bevat minimaal vijf riffs die bij een traditionele band met zanger(es) zouden zijn uitgewerkt tot een volledige song. Het gevolg van het grote aantal ‘ideeën per minuut’ is dat niet elke track een eigen smoel en karakter heeft. Na talloze luisterbeurten herken ik alle riffs en melodieën, maar weet vaak nog steeds niet bij welke track ze ook alweer horen.
“Where Mountains Hide” levert daarmee een heerlijk uurtje creativiteit en ambitie, waar zowel muzikanten als prog(metal)liefhebbers van zullen smullen. Het principe van ‘less is more’ is vooralsnog niet besteed and Sometime In February. Het is af en toe hard werken als luisteraar, ook doordat de band nogal spaarzaam is met rustpunten. Maar arbeid wordt beloond, want Sometime In February presenteert op zijn tweede volledig album meer kippenvelmelodieën en nekbreekriffs dan de gemiddelde progmetalband uitsmeert over drie losse albums. Deze band heeft de potentie om uit te groeien tot een topact binnen de instrumentale progmetal, en misschien zelfs wel überhaupt binnen de progmetal. Een progmetalliefhebber die Sometime In February links laat liggen vanwege het ontbreken van zang, doet zichzelf in elk geval schromelijk tekort.