Ik sloot mijn recensie van Soup’s debuutalbum af met de volgende conclusie:
“Als je gevoelig bent voor post-rock, gemanipuleerde elektronica, gitaarmuren en hier en daar strijkers die de verschillende gemoedstegenstellingen uitermate treffend overbrengen, dan is deze cocktail uitermate geschikt voor jou. Zink lekker diep weg in nostalgie en laat je meevoeren in emotie”.
Dit nogmaals lezend kom ik tot beschouwing dat het ook voor deze cd een ijzersterke intro is. Je moet wel heel arrogant zijn om jezelf te quoten, maar ik kan niets treffenders bedenken.
In mijn interview met zanger, toetsenist en gitarist Erlend Viken, kom ik achter zijn liefde voor The Notwist, de Duitse cult-band aangevoerd door de broers Archer. Aangezien ik daar in een grijs verleden ook wel eens naar geluisterd heb, kon ik wel begrijpen waarom de muziek van Soup mij gelijk bij de kladden greep. The Notwist maakt namelijk een bijzondere combinatie van rock en elektronica waardoor je geïntrigeerd raakt en die je geboeid houdt, hoewel die band ook veel niemandsdalletjes maakt waarbij mijn vinger en neusholte samen hoogtijdagen vieren. Dat kan ik tot op heden nog niet zeggen van Soup.
Het eerste album van Soup met een volledige bezetting is gelijk een rake klap. Nadat Viken een liveband om zich heen had verzameld, werd het prestigieuze album “Children Of E.L.B.” opgenomen en werd de band definitief een kwartet. Waarschijnlijk had Viken ten tijde van de opnames nog steeds de dikste vinger in de pap, maar hoe dan ook is dit een indrukwekkend meesterwerk geworden, wellicht wel door de keuze van uitstekende muzikanten om zich heen. Hoewel gitarist Ørjan Saur, bassist Rune Leraand en drummer Sverr Leraard hobbyisten zijn, leveren ze samen met Viken vakwerk af. De band komt gelijk met een dubbelalbum dat met gemak ook als twee afzonderlijk cd’s uitgebracht had kunnen worden. Het is eigenlijk ondoenlijk om de sterke nummers er uit te halen, bijna elke song is memorabel. Meer dan ooit speelt Viken op deze cd met zijn effectapparatuur door verschillende ‘wall of sounds’ en produceert sferische melodieën, en het (logische) gevolg is dat vooral de akoestische details wonderschoon opvallen tussen het elektronisch geweld. Neem bijvoorbeeld Glaciers, dat wel heel lieflijk klinkt na het imposante en bombastische Children of E.L.B. Pt. 1&2. Maar ook Surrounded By Ghosts is dé perfecte mix van elektronica en originele strijkers. Playground Memories is eveneens een overdonderend nummer, waarin een echt kerkorgel en harmonium figureren. Kippenvelmomentjes. Hoewel cd1 eigenlijk de meest indrukwekkende songs aflevert, is ook de tweede cd meer dan onderhoudend genoeg. De muziek balanceert op veel stromingen en zal daardoor ook veel fans kunnen aantrekken. Denk aan de liefhebbers van elektronica, progrock, pop en de fans van symfonische bombast.
Ondanks mijn lovende woorden is er ook een klein kritiekpuntje. Hoewel de bombastische geluidserupties op sommige momenten wonderschoon zijn, is het geweld soms een aanslag op je oren, vooral wanneer je met je hoofdtelefoon op de bank aan het genieten bent. Dit komt ook gedeeltelijk door de productie, het gebruik van de effectapparatuur en het ingezette volume tijdens de mix. Een voorbeeld is eigenlijk wel de titeltrack Children of E.L.B. op de cd. Een enorm overweldigend en indrukwekkende track, maar op het randje van toelaatbaarheid qua geluidsniveau. Het leidt in elk geval tot een motivatie om oordoppen mee te nemen naar een concert, als we daar ooit nog eens van mogen genieten in Nederland of naaste omgeving.
Een imposant werkstuk dat veel liefhebbers van zowel prog- en post rock als elektronica zal behagen. Onbegrijpelijk dat dit in 2010 geen definitieve doorbraak van de band heeft opgeleverd.
Ruard Veltmaat