Zomer 2018. Ik lig op mijn ligbedje aan het zwembad in Toscane, Italië. Ik check mijn mail en zie dat collega Erik Groeneweg een recensie heeft ingeleverd van het nieuwe Southern Empire-album “Civilisation”. Hun debuutalbum “Southern Empire” vond ik wat magertjes, dus ik was wel benieuwd wat hij over dit album te zeggen had. Die recensie moest ik twee keer lezen. Een Erik Groeneweg die zo enthousiast is, roept bijna wantrouwen op. Dat gebeurt gewoon niet zo vaak. Nu is mijn interesse helemaal gewekt. Ik zoek het album op op Spotify en vervolgens draai ik het de hele zomer grijs.
Op “Civilisation” prijkten vier epische nummers die stuk voor stuk uitblinken in muzikaliteit en spelplezier. Eén epic maken die écht blijft boeien is al een hele klus, laat staan vier. Dat was 2018. Inmiddels zijn we vijf jaar verder en de Aussies presenteren met “Another World” hun nieuwe album. Zanger Danny Lopresto is vervangen door Shaun Holton. Lopresto is nog wel als achtergrondzanger te horen (zoals duidelijk te horen op White Shadows). De nieuwe vocalist doet weinig voor zijn voorganger onder. Ook hij heeft een prettig rauw randje aan zijn stem en hij overtuigt van begin tot eind.
Ik merkte dat ik echt even tijd nodig had om “Civilisation” achter mij te laten. Dit nieuwe album is toch weer behoorlijk anders en heeft tijd nodig om goed op waarde te kunnen schatten. Ook dit album bevat met White Shadows een epic van bijna twintig minuten. Deze vormt het hoofdgerecht van het album. Het nummer is overduidelijk in stukken geknipt, die met passende overgangen zijn samengesmolten. Het eerste stuk bevat mooie orkestraties en pianospel van bandleider Sean Timms. Het poppy deel dat volgt heeft mooie zanglijnen en wordt met volle overtuiging gezongen. Het refrein vormt een mooi stukje cement tussen het geheel. De saxofoon en fluit zorgen voor een mooi rustpunt en ook het jazzy stuk dat volgt is prima. Al met al een prima epic, maar zonder de wow-factor. Het komt niet in de buurt van bijvoorbeeld Crossroads van het vorige album.
Moving Through Tomorrow heeft prettige elektronische invloeden, maar kabbelt net iets te veel voort. Pas tegen het einde komt er wat meer pit in. Opener Reaching Out laat een hoop progressieve krachtpatserij horen met tegendraads spel en Gentle Giant-achtige zang. Het refrein is lekker pakkend, de toetsen van Sean Timms overtuigen en het gitaarspel is dik in orde, met name de vingervlugge korte solo op het einde is uitstekend. Face the Dawn weet ook te overtuigen. Het refrein doet wel erg aan dat van Reaching Out denken. Ook hier worden we weer getrakteerd op sterk gitaarspel en de vioolsolo van Steve Unruh (The Samurai Of Prog) is ronduit geweldig.
Dan bevat het album ook nog twee ballades: Hold On to Me en Butterfly. De eerste is een powerballad met een beetje een standaardtekst, maar wel met sterk drumspel. Butterfly is naar mijn mening net iets te zoet.
Het voelt niet fair om dit album te vergelijken met “Civilisation”. Op dat album klopte alles. Maar vergeleken met hun debuutalbum is dit werkje zeker een stap voorwaarts. Fans van de band zullen na meerdere luisterbeurten ook dit album best kunnen waarderen. Net als liefhebbers van bands als Mystery, Huis en United Progressive Fraternity.