Spock’s Beard

Beware Of Darkness

Info
Uitgekomen in: 1996
Land van herkomst: Verenigde Staten
Label: InsideOut Music
Website: http://www.spocksbeard.com/
Tracklist
Beware Of Darkness (5:42)
Thoughts (7:10)
The Doorway (11:35)
Chatauqua (2:50)
Walking On The Wind (9:09)
Waste Away (5:21)
Time Has Come (16:22)
Dave Meros: basgitaar
Alan Morse: cello, gitaar, zang
Neal Morse: gitaar, toetsen, zang
Ryo Okumoto: toetsen
Nick D'Virgilio: drums, zang
Noise Floor (2018)
The Oblivion Particle (2015)
Brief Nocturnes And Dreamless Sleep (2013)
X (2010)
Live DVD (2008)
Live (2008)
Spock's Beard (2006)
Gluttons For Punishment - Live in '05 (2005)
Octane (2005)
Feel Euphoria (2003)
Don't Try This At Home (Live In Holland ) & The Making of "V" (2002)
Snow (2002)
There And Here [Live] (2001)
V (2000)
Don't Try This At Home (2000)
Live At The Whisky And NEARfest (1999)
Day For Night (1999)
From The Vault (1998)
The Beard Is Out There [Live] (1998)
The Kindness Of Strangers (1997)
The Official Live Bootleg (1996)
Beware Of Darkness (1996)
The Light (1995)

Je verwacht zeker niet dat een cd van Spock’s Beard begint met een nummer van oer-Beatle George Harrison. En toch is dit precies wat er gebeurt op “Beware Of Darkness”. Beatles invloeden dus? Een beetje wel. Neal Morse vond het nummer, maar dan vooral de versie van Leon Russell, wel cool klinken en qua thematiek mooi aansluiten op hun debuut “The Light”. De versie van SP ligt wel erg ver af van het origineel, het is veel ruiger en we maken direct kennis met het geweldige spel van de nieuwe toetsenist Ryo Okumoto, die we nu toch ook wel een van de oerleden van de band mogen noemen, want hij is nooit meer weggegaan.

Creatief brein Morse had met “The Light” nadrukkelijk op de deur van het progpaleis gebeukt en werd direct met complimenten overladen. Met het vervolg moest en zou hij deze deur openbreken en een vaste plaats krijgen op de eretribune, vlak bij de koning.  Met Thoughts krijgen we een kloon van het Gentle Giant nummer Knots (van “Octopus”) voorgeschoteld. Het is vast geen toeval dat beide titels rijmen!  De onnavolgbare atypische meerstemmigheid van deze Britse jaren ’70 legenden, met tegendraadse ritmes en bijzondere geluiden komen akelig opvallend terug in Thoughts dat later nog enkele vervolgdelen zou krijgen.

Bevatte “The Light” slechts vier nummers, waarbij The Water dik de 20 minuten passeert, “Beware Of Darknes” heeft een paar nummers meer. Zeer kort is Chatauqua, een akoestisch gitaarstuk dat herinneringen oproept aan Mood For A Day van Yes’ Steve Howe en Horizons van Steve Hackett. Dan hebben we hoogtepunt The Doorway al gehad. De lange pianosolo waarmee het nummer opent doet weer sterk denken aan Firth Of Fifth van Genesis, waarmee nog een inspiratiebron van de Beard is genoemd.  Deze epic laat de ruigheid van de stem van Morse horen, waar hij toont ook zijn subtiele kant. De melodie laat zich makkelijk meezingen. Het is een weldaad om de akoestische gitaar zijn weg door het thema te horen meanderen. Voor dit instrument is een belangrijke rol gelegd in dit nummer. Fijne Mellotron en ronkende Hammond laat Ryo horen, kwistig etaleert hij zijn kunne en direct bewijst hij zijn meerwaarde voor de band. Alan Morse laat een van de weinige echte gitaarsolo’s horen, maar het is dan ook meteen smullen geblazen.




Een vleugje Emerson, Lake & Palmer en Yes schalt door de speakers en laat de jaren ’70 herleven tijdens Walking On The Wind, nog zo’n  ijzersterk nummer, waarop Dave Meros duidelijk laat horen dat hij er met zijn basgitaar niet alleen is om de gaatjes te vullen, terwijl Nick D’Vergilio uiterst precies strak klasse drumwerk  laat horen. De gitaarsolo’s  met Mellotron en welke-toetsen-eigenlijk-niet op de achtergrond zijn voor de volle 100% genieten!

Het meest toegankelijk gaat het toe op Waste Away, met een rustig, bijna folky begin. De stem van Morse lijkt hier soms op die van Ian Anderson van Jethro Tull,  Gaandeweg noemt de stevigheid toe, maar de tegendraadse ritmes ontbreken.

En dan is de tijd gekomen voor het pièce de résistance, althans in lengte: Time Has Come. Dik een kwartier schoon aan de haak gaat het ruig en stevig toe, Morse gooit alle remmen los, de hele band in zijn kielzog meenemend, bombast is coming to town. Dissonante klanken en riffs vormen een uitdaging voor de luisteraar, maar de rustpunten zijn daardoor extra contrastrijk en zalvend voor het oor. De traag gespeelde passages hebben in de verte zelfs een bluesy lading. Dit is zeker ook een prima epic met veel sfeer- en tempowisselingen, maar het had best iets korter gemogen, het nummer boeit toch minder dan The Doorway.

Spock’s Beard is erin geslaagd een volwaardige opvolger te produceren van hun sterke eersteling “The Light”. Het is geen doen om aan te geven of ie nou beter of slechter is: zoveel Spock’s Beard fans, zoveel meningen. “Beware Of Darkness” is iets meer songmatig van opzet dan zijn voorganger, met de nodige popinvloeden, wat de toegankelijkheid ten goede komt. Neal Morse lijkt wat  minder geforceerd bezig om  koste wat kost zijn progressieve ideeën om te zetten in complexe epics. Als kritiekpuntje valt te noteren dat de band het gebruik van  clichés niet schuwt, denk aan het akoestische gitaarstuk en de Gentle Giant imitatie, wat het geheel een minder coherente uitstraling geeft.
Daar staat tegenover dat er zoveel valt te genieten. De vette knipogen naar jaren ’70 grootheden worden door het kwintet vakkundig uitgedeeld. Ruige zang, tegendraadse ritmes, complexe composities, tempo- en sfeerwisselingen zorgen ervoor dat je de muziek niet makkelijk in je systeem krijg. De afwisseling met juist subtiele vocalen en mooie samenzang, toegankelijke melodieën waar het gebruik van een breed toetsenarsenaal vanaf spat en de regelmatig opduikende akoestische gitaar vergemakkelijken dit proces juist weer. De band heeft hier een een mooie balans tussen weten te vinden. Wat mij betreft heeft Spock’s Beard met dit tweede album met glans een seizoenkaart voor de beoogde tribuneplaats verdiend.

Send this to a friend