Er ploft een pakketje op de deurmat. Het is onmiskenbaar een envelop waar een cd in zit. De Grote Baas van Progwereld is weer eens aan het verdelen geweest. Kwistig strooit hij nieuwe cd’s uit over het land. Altijd weer een spannend moment: wat zal er in zitten?
Als recensent kun je je voorkeur aangeven, soms luister je snel een nummertje op You Tube voordat je ‘doe die maar’ roept, maar regelmatig ontvang je iets waarvan de grote onbekendheid je met grote ogen aankijkt. Vaak kost het de nodige luisterbeurten voordat een cd echt bij je binnenkomt, soms gebeurt dit helemaal niet en worstel je jezelf manmoedig door de verzameling goedbedoelde noten heen. En een enkele keer beleef je een geluksmoment als je na één keer luisteren al verkocht bent. En laat dit laatste nu het geval zijn bij het eerste schijfje van de Poolse band The Broken Bridges, “Endless Road” getiteld.
In 2014 zag dit gezelschap het licht en na de nodige personele wisselingen ontstond een jaar of wat geleden een stabiele formatie, waarmee werk dat nog op de plank lag met wat nieuw materiaal werd opgenomen. De muziek is van de hand van Marek Habryn, onmiskenbaar de leider van de band, hij hanteert alle gitaren en is ook nog eens de zanger van de band. De teksten komen van ene Podemski, vergeet die naam, hij maakt geen deel uit van de band.
Het is neo prog wat de klok slaat met een hele boel vette knipogen naar de jaren zeventig, EN HET IS LEKKER! We hebben te maken met onversneden symfo, waarbij de melodie uiteraard op nummer één staat. En dat kun je over het algemeen aan die Polen wel overlaten. Het zijn geen ingewikkelde composities, verwacht geen IQ of iets dergelijks, daar moet je van houden, maar in de betrekkelijke eenvoud van de werkjes maakt The Broken Bridges er wel iets moois van. Nummers waar duidelijk veel zorg aan is besteed en die een goede opbouw kennen. Vooral het solowerk van gitarist Habryn en van toetsenman Grzegorz Grzanka (hoeveel Grz wil je in een naam hebben?) spreekt tot de verbeelding.
Na een ontspannen intro met veel strings dient het eerste kippenvelmoment zich aan als Habryn in Looking For My Hiding Place zijn eerste solo ten gehore brengt, oh zo smeuïg, met een rustig behangetje van toetsen op de achtergrond. De gedachten gaan toch even uit naar David Gilmour. Habryn laat zich direct ook van zijn vocale kant zien en dat is zeker niet onprettig om aan te horen. De zang is bijna altijd vervlochten in een rustpuntje in de nummers, een moment om even bij te komen. Het Engels is behoorlijk goed verzorgd, het lichte accent nemen we graag op de koop toe. Grzgrzanska deelt meteen ook een solo uit, en dan komt de naam van Marc Kelly (Marillion) bovendrijven. Ook hiervan zullen er vele volgen. De heren gaan ook nog op een prettige manier een duel aan.
Stevig rocken behoort ook tot het repertoire van deze verre oosterburen. Ook dat is veel Poolse bands niet vreemd. Redelijk monotone riffs vormen regelmatig de basis van een nummer, maar gewoon ook goed uitgevoerd. Altijd gebeurt er wel iets in een nummer. Een hele rustige opbouw met alleen zang en licht toetsenspel dat halverwege tot een uitbarsting komt of juist andersom. Aan tempo- en sfeerwisselingen geen gebrek.
Zo maken we in I’ve Found My Hiding Place het geluid van de branding mee die de opmaat is tot een gevarieerd nummer waar een vrouwenstem langskomt, vioolklanken en heerlijke solo’s op minimoog en synthesiser, met een lekker beukend gitaarritme als ondersteuning. De gitaarsolo ontbreekt ook in dit nummer niet. Ronduit zalig!
En zo vertelt El nummer zijn eigen muzikale verhaal en ligt de verveling nergens op de loer. Aan het slot is ruimte voor een epic. Get Ready For Your Fight overstijgt de elf minuten. Dit is een fraai neo prog epos, waarvoor Marek nog een keer alles uit de kast haalt. Behoorlijk uptempo gaat het deze keer toe, met veel sfeerwisselingen, ronkende gitaren en uitdagend toetsenspel, maar een stukje Zuid-Amerikaans temperament met een flamenco gitaar en accordeon is echt een verrassing. Marek zou Marek niet zijn als hij zichzelf en ons aan het slot toch niet zou verrassen met zijn inmiddels achtste, tiende, twaalfde (?) alleen maar naar meer smakende gitaarsolo.
Wat mij betreft is “Endless Road” bijna een droomdebuut. Echt muziek om drie kwartier van te smullen. Fijne melodieën, heerlijk gitaarwerk all over the place en fraai toetsenwerk, nummers die gewoon kloppen. Wat wil een (symfo)mens nog meer?! Ik hoop van harte dat dit voor The Broken Bridges geen “Dead End Street” wordt. En dat De Grote Baas nog maar veel van dit soort pakketjes op mijn deurmat mag doen belanden.