Electric Light Orchestra, The

The Electric Light Orchestra

Info
Uitgekomen in: 1971
Land van herkomst: Verenigd Koninkrijk
Label: Harvest
Website: https://jefflynneselo.com/
Tracklist
10538 overture (5:32)
Look at Me Now (3:17)
Nellie Takes Her Bow (5:59)
The Battle of Marston Moor (July 2nd 1644) (6:03)
First Movement (Jumping Biz) (3:00)
Mr. Radio (5:04)
Manhattan Rumble (49th Street Massacre) (4:22)
Queen of the Hours (3:22)
Whisper in the Night (4:50)
Bev Bevan: drums, percussie, pauken
Bill Hunt: Franse hoorn, jachthoorn, piccolotrompet
Jeff Lynne: zang, gitaar, toetsen, percussie
Roy Wood: zang, cello, gitaar, basgitaar, contrabas, hobo, fagot, klarinet, blokfluit,  percussie, basklarinet, kromhoorn, drums (4)
Steve Woolam: viool
Met medewerking van:
Rick Price: basgitaar (1)
From Out of Nowhere (2019)
Wembley Or Bust (2017)
Alone in the Universe (2015)
Live (2013)
Zoom (2001)
Balance Of Power (1986)
Secret Messages (1983)
Time (1981)
Xanadu (1980)
Discovery (1979)
Out Of The Blue (1977)
A New World Record (1976)
Face The Music (1975)
The Night The Light Went On [In Long Beach] (1974)
Eldorado, A Symphony (1974)
On The Third Day (1973)
E.L.O. 2 (1973)
The Electric Light Orchestra (1971)

Bedoelt als zijproject werd The Electric Light Orchestra in 1971 opgericht door The Move leden Roy Wood, Jeff Lynne en Bev Bevan.

Het titeloze debuutalbum resulteerde, tussen de reguliere opname van The Move door, in een lange experimentele zoektocht en muzikale interpretatie om klassieke muziek met rock te verbinden. Achteraf bestempelen fans van ELO latere, meer commerciële werk dit album vaak als niet luistervriendelijk. Als je begrijpt dat de belangrijkste focus op dit album ligt op de orkest instrumenten in plaats van de gitaren dan begrijp je mischien waarom Roy Wood en Jeff de gitaarpartijen vervangen hebben door zwaar aangezette cello-riffs.

Meer mensen zagen het nogal als een verkeerd begrepen album. Doordat de overzeese platenmedewerker bijvoorbeeld geen telefonisch contact kreeg met de Britse muzikanten uit Birmingham schreef hij in zijn notities “geen antwoord” op met als gevolg dat door deze miscommunicatie dit album in Amerika als “No Answer” op de markt verscheen. Er hadden misschien meer bijsluiters en waarschuwingssticker geplaatst moeten worden. Het was namelijk voor de latere ELO fans, die alleen bekend zijn met hun gladde symfonische pop hits, duidelijk dat de kakofonie aan krassende cello’s, zagende violen en loeiende hoorns op dit album als schokkend ervaren konden worden. Hoe we deze muziekstijlen moeten benoemen is heel divers. Het word vaak grappend als Barok & Roll genoemd. Ik betitel het liever als kamermuziek voor rockers.




Roy Wood nam vier nummers voor zijn rekening waar het instrumentale The Battle Of Marston Moor wel het meest ver af staat dan waar E.L.O. bekend om is geworden. Het is niets anders dan een klassiek werkje dat zo onder een spannende film gezet kan worden met een bloederig slagveld als tafereel. Drummer Bev Bevan weigerde op dit nummer te spelen omdat hij het helemaal niets vond. Naast het bespelen van vrijwel alle snaar- strijk- en blaasinstrumenten verzorgde multi-instrumentalist Roy Wood daarom ook hier de roffelende drums en agressieve percussie. Zo bezien is dit solowerk een grootse prestatie. First Movement klinkt als titel klassiek maar is niets anders dan een vlot akoestisch gitaarwerkje in de stijl van Steve Howe. De luit geldt hier als inspiritatiebron en Bev Bevan mag er flink op los trommelen om het tempo er lekker in te houden. De twee barokke popnummers die het meest naar The Move verleden verwijzen zijn Look At Me Now en de uitstekende albumafsluiter Whisper In The Night. Deze laatste kent interpretaties naar de hymne Amazing Grace.

Stokte de teller voor Mr. Wood bij zo’n 17 minuten, de bijdrage van vijf nummers van Mr. Lynne overschreed ruim de 24 minuten waardoor gemiddeld zijn nummers met 5,20 minuten ook iets langer duren.




Nu is lengte niet alleen bepalend of dit progressief is of niet. 10538 overture (oorspronkelijk bedoelt als b kant voor een single van The Move) klinkt in naam ook klassiek maar is niets ander dan een radiovriendelijk nummer dat het eerste hitje voor E.L.O. opleverde met een uit duizenden herkenbaar gitaarloopje. Dat had ook misschien met het nummer Mr. Radio kunnen gebeuren omdat dit de meest Beatles-esque melodie heeft (waar Jeff Lynne later veel succesen mee zou gaan vieren), maar werd later als single teruggetrokken. De geschiedenis leerde ons dat het jaren later met een ander nummer met een Mr. in de titel wel ging gebeuren. Queen Of The Hours is ook zo’n toegankelijk nummer waar de arrangementen voor het strijkje minder nadrukkelijk aanwezig zijn en de melodie van het couplet onmiskenbaar prachtig aanhoort. Nellie Takes Her Bow is een fraai gedragen stuk met piano-ondersteuning. Als intermezzo levert het middenstuk een muzikaal gevecht op tussen het strijkkwartet en de Franse hoorn van Bill Hunt, gevolgd door een prachtig emotionele vioolsolo van Steve Woolam. De instrumentale inbreng van Jeff Lynne is Manhattan Rumble dat vanuit het klavier wordt gedirigeerd en duidelijk beïnvloed wordt door  het werk van Leonard Bernstein.




Toegegeven, dit eerste uitstapje van iedere luisteraar van het E.L.O., waar ze gewend zijn aan de zorgvuldig gepolijste latere output, zal een schok voor de zintuigen zijn. De truc is om het vol te houden en te doorgronden wat de bedoeling was van hun zoektocht. E.L.O. was op dit moment een opzettelijk experiment dat naast en dankzij The Move bestond en als zodanig een uitlaatklep was voor Roy en Jeff om hun persoonlijke compositorische grenzen te verleggen. Het is ook te danken aan de doortastendheid van Roy Wood. Wood had al in 1968 het idee om een ​​nieuwe band te vormen om violen, cello’s, snaarbassen, hoorns en houtblazers te gebruiken, om zo hun muziek een klassiek geluid te geven en rockmuziek in de richting van ‘verder te gaan waar the Beatles waren gebleven’. Het idee werd direkt omarmd door Jeff Lynne, maar accepteerde pas in 1970 Woods tweede uitnodiging om lid te worden, op voorwaarde dat ze hun energie op het nieuwe project zouden richten en vanuit de opbrengsten van The Move de lange opname financierden. Zonder dit alles was er nooit een E.L.O. geweest en dat pakte met “ELO 2” al snel anders uit.




Send this to a friend