De Italiaanse band RanestRane is met zijn Cinematic Tour 2024 bezig. Ze spelen nummers van al hun eerdere cd’s, met een bekende film als uitgangspunt. Vooruitlopend op hun optreden in de Boerderij in Zoetermeer op 25 mei en tussen verschillende optredens door bel ik Daniele (Danny) Pomo. De drummer en zanger van de band is thuis in Rome, als ik hem spreek.

Ik zie jullie reisschema: Rome, Quebec, Zoetermeer, Lugagnano. Dat ziet er pittig uit en het is ook geen uitgebreide tour.
We zingen in het Italiaans, dat maakt het niet eenvoudiger. Italië heeft een grote proggeschiedenis, maar het is vandaag de dag niet eenvoudig plekken te vinden om op te treden. Er zijn ook weinig grote promotors. We zijn geen kleine band meer, maar ook niet een heel grote. We zijn overigens de eerste in het Italiaans zingende band in Canada! Onze productiekosten en de kosten van optredens zijn gestegen. Als we een tour met zo’n vijftien optreden kunnen doen, dan mogen we hier blij mee zijn. We spelen in deze ‘the best of RanestRane-tour’ nummers van al onze cd’s, tot en met “Apocalypse Now”, maar ook van ons nieuwe project, waarover later meer.

Foto: Marcel Boshuizen

Kun je iets vertellen over het ontstaan van de band, jullie begonnen in 1998?
We waren al een paar jaar eerder begonnen. We moesten eerst de stijl van de groep ontdekken. We zijn alle professionele muzikanten en zijn ook met andere dingen bezig. Ik geef bijvoorbeeld zelf sinds 1990 les (drums) op een muziekschool in Rome, de grootste in Europa. Voor ons alle vier is RanestRane wel het belangrijkste project. Voor “Nosferatu Il Vampiro” zijn we geïnspireerd door “The Wall”, de  film van Alan Parker. Muziek maken was voor ons niet genoeg, we wilden iets unieks creëren, zo zijn we op de combinatie met film uitgekomen. Een grote film en muziek zijn hele verschillende dingen. Met ons CineConcerts bieden we de mogelijkheid om met een nieuw perspectief naar een film te kijken.

Ik ben benieuwd naar het maakproces van zo’n filmconcert
Eerst zoeken we een geschikte film, die moet bekend zijn bij het publiek en gemaakt zijn door een bekende regisseur. We willen de mensen nieuwsgierig maken om een concert met filmbeelden te bezoeken. We beginnen te praten over een lijst van films, die we alle in onze studio gaan bekijken, we zijn ook allemaal grote filmfans. Daarna maken we een keuze. In jamsessies maken we de muziek hierbij, die we opnemen. Als dat proces is afgerond brengen we alles samen, schrijf ik de teksten en zorgen we dat de muziek perfect bij de beelden past.  Die processen lopen een beetje gelijk op.
De zaal in Parkvilla, Alphen aan den Rijn, waar we in 2023 optraden, is heel geschikt voor ons, omdat het een cinema is. Dat zijn voor ons ideale omstandigheden om onze filmconcerten te spelen.

Is de band al vanaf het begin bij elkaar en hoe is het om met je broer samen te spelen?
Dat klopt ja, de eerste twee albums deden Ricardo (Romano, toetsenist. FN) en ik het schrijfwerk, vanaf “A Space Odyssey” schrijven we alles amen. Het is prima om met mijn broer Massimo (gitarist. FN) te spelen, maar ook heel normaal. We zijn twee hele verschillende karakters, wat ook goed is voor het schrijven. We hebben als band in dertig jaar samen zoveel meegemaakt, ook op persoonlijk vlak, dat we vrienden, ja zelfs min of meer broers, van elkaar zijn.

Foto: Richard Winkel

Hoe is de samenwerking met Marillion, die belangrijk is voor jullie, begonnen?
Die samenwerking heeft ons veel gebracht. Vanaf onze tweede cd kreeg we hulp van de band, van Steve Rothery en Steve Hogarth. Dat deed onze fanbase enorm groeien. Die hebben we nu in Zuid-Amerika, Mexico en door heel Europa. Bands als Marillion werken niet met iedereen, dus is  het een grote eer voor ons, zeker omdat wij niet in het Engels zingen. Een lovend interview van Hogarth in de Italiaanse media heeft ons ook enorm geholpen. Zonder hun hulp was veel minder mogelijk geweest.

Werken jullie ook nog met anderen samen?
Op het moment niet. Wij hebben allen het nodige sessiewerk gedaan, ik werkte onder andere samen met Tony Levin, David Cross en  David Jackson. Romano speelt in de Steve Rothery Band. Nu we wat bekender zijn hebben we meer autonomie en zoeken geen nieuwe samenwerking. We willen wel graag doorgaan met onze samenwerking met Marillion.

Jullie maken cinematische rockopera’s, hoe zou je zelf de stijl van jullie muziek omschrijven?
We grijpen terug naar de Rock Progressivo Italiano (RPI)uit de jaren 70, met bands als PFM en Banco en natuurlijk de Britse prog uit die tijd. In de RPI zit iets mediterraans, dat heeft vooral met de melodie en de zanglijnen te maken. Genesis is onze favoriet, door dat melodieuze en die geweldige zangpartijen. Bij Marillion hoor je dit ook wel terug. We zijn dus niet zo van de metal of de artrock. Wel zoeken we naar nieuwe invloeden die we kunnen gebruiken, zoals Radiohead en Hans Zimmer, maar ook moderne jazz. We willen hiervan een mix maken voor een bijzonder geluid.

Kun je de niet alledaagse bandnaam verklaren?
De naam RanestRane (vertaald als gekke kikkers) is gebaseerd op het verhaal “Hop-Frog” van Edgar Allan Poe. De gelijknamige dwerg neemt wraak op de koning en zijn entourage, die hem als hofnar slecht behandelen. We voelen dat we als band ook een beetje tegen de stroom in gaan. We wilden ‘frog’ graag in onze naam (‘Rane’ = kikkers). ‘Strane’ betekent ‘vreemd’, dat zijn wij ook een beetje, en ‘st’ kun je zien als een afkorting van ‘strumenti’ (instrumenten). Best wel ingewikkeld, dus.

Ik schreef in mijn recensie van “Apocalypse Now” dat ik die cd heel indrukwekkend vind. Wat vind jij ervan?
We houden van al onze cd’s. De laatste is altijd de mooiste, want wat je nu maakt staat het dichtst bij hoe je nu bent. Na corona en net voor de oorlog in Oekraïne kwam deze cd uit en daardoor past hij heel erg in de tijdgeest en maakt het extra bijzonder. We doen alles zelf, met Ricardo als technicus, en daar zijn we best trots op, ook op de moderne sound die we hebben weten te creëren. Positieve recensies als die van jou zijn ook heel belangrijk voor ons.

Jij bent drummer én zanger, maar een man kan toch maar één ding tegelijk?!
Ik weet ook niet hoe dan kan…Bij het maken van onze eerste cd had ik nooit gedacht dat het zou lukken. Veel mensen kennen ons nu, onze sound en mijn manier van zingen. Ik ben geen klassieke frontman, maar toch vooral drummer. Wel zong ik ook als kind al. Gelukkig houden de mensen ook van mijn stem. De combinatie is lastig en vermoeiend. De microfoon is altijd dicht bij mijn gezicht en je kunt mijn adem horen. Ik kan zeker niet hoesten, want je hoort alles.

Het is vast niet makkelijk in deze tijd als band te overleven
Het is zeker lastig vandaag de dag , een goede pr helpt ook niet om geld te verdienen. En onze kosten zijn hoog. We doen er allemaal veel aan om RanestRane voort te laten bestaan. In de jaren 70 en 80, nog zonder internet, was het wellicht nog lastiger geweest en zouden we Italië misschien niet eens uit zijn gekomen. Mensen zijn nu meer gepassioneerd. Niet in winkels, maar bij concerten kopen mensen cd’s en andere merchandise. Concerten zijn nodig om bekend te worden, een hechte band met het publiek op te bouwen en geld te verdienen. Het zit ook in mijn karakter om positief naar de dingen te kijken. De jaren 90 waren een moeilijke periode, we zijn problemen dus gewend, we hebben geen angst.

Hoe zien jullie toekomstplannen eruit?
Het schrijfproces voor onze nieuwe cd is bijna af. Centraal staat een film van David Lynch (ik verklap de titel nog niet), die over een outsider gaat. In het perfecte plaatje dat in de sociale media geschetst wordt, is iedereen gelijk. Iemand die anders is ondervind daardoor problemen. Wij kunnen ons hiermee identificeren.
We nemen de tijd die nodig is om te zorgen dat alles perfect is. Bij het uitbrengen kijken we ook wanneer grote bands iets nieuws lanceren, dan doen wij dat dus niet. Volgend jaar voorjaar zou het wel eens kunnen gebeuren. Dan willen we ook weer een tour doen, te beginnen in Rome, door heel Europa, maar ook naar Canada en Japan.

Foto: Marcel Boshuizen

Wil je tenslotte nog iets kwijt?
Nederland is heel belangrijk voor ons. Ik vind het een grote eer dat mensen, die geen Italiaans spreken, naar onze muziek luisteren, naar concerten komen en onze cd’s kopen. De Boerderij is ook een geweldig podium voor ons. Ik wil alle fans, en zeker ook Progwereld, namens de hele band, bedanken voor de interesse en aandacht voor onze muziek.

Danny nodigt me uit om een keer in Rome, samen met de band, te komen eten, espresso te drinken en muziek te luisteren in hun studio. Ik heb hier net zoveel zin in, als in het concert van RanestRane in de Boerderij op 25 mei.