Alex Carpani is een veelzijdig en bezig baasje. Hij is componist, producer, musicoloog, artistiek directeur, toetsenman en zanger.
Hij maakte in vijftien jaar tientallen platen met heel veel instrumentale muziek die alle kanten op ging, van new age, elektronische muziek, tot drum’n’bass, elektro-jazz en muziek voor theatershows en documentaires. Vanaf 2007 richt hij zich meer op (prog)rock. Collega Ralph Uffing was maar matig enthousiast over “L’Orizzonte Degli Eventi”: “lekker pakkende korte nummers van consistente kwaliteit, maar zonder uitschieters”.
Opvolger “Microcosm” gaat over de onbegrensde potentie van de geest, die volgens Carpani tot alles in staat is, van creëren, vernietigen, liefhebben, lijden, onthouden, vergeten en ga zo maar door. Dit maakt de geest tot een wereld in zichzelf, een microkosmos waarin alles leeft wat we zijn, wat we om ons heen gadeslaan en hoe de wereld ons gadeslaat, aldus de bedenker van dit alles, ik bedenk dit niet.
Carpani wil nog wel eens van bezetting veranderen bij het opnemen van een cd. Dat is ook nu weer het geval. Hij weet David Cross op viool (King Crimson), David Jackson (saxofoon, Van de Graaff Generator), Theo Travis (o.a. the Tangent, Gong en Porcupine Tree) en Jon Davison (Yes) aan zich te binden, geen misselijke namen dus. Daarnaast speelt nog een handvol Italianen mee.
Carpani trapt af met een behoorlijk veilige versie van klassieker Starless van King Crimson. Het gitaartje klinkt wel lekker vet en tussen de elektronica door is dit gedragen nummer behoorlijk symfonisch. Hiermee zet hij de luisteraar wel een beetje op het verkeerde been.
De eigen nummers die volgen hebben namelijk een iets andere insteek en sfeer. Vanaf Kiss And Fly is de zang bijvoorbeeld steeds een beetje ‘er tegenaan’ en aan de hoge kant. Dat is even wennen en je moet er tegen kunnen, anders haal je het einde van de cd niet. Het meedoen van Cross en met name Jackson en Travis doet vermoeden dat het hier en daar wel een beetje de kant van de jazzrock op kan gaan, hetgeen ook gebeurt. Verwacht geen epics bij Carpani, het zijn liedjes die een minuut of vier, vijf duren. Tussen de twaalf nummers is het met een lantaarntje zoeken naar hoogtepunten. Die vind ik eigenlijk niet. Doorgaans kabbelen de nummers voorbij, uptempo of iets rustiger, gedragen door de zang. Carpani laat horen dat hij als toetsenist wel wat in huis heeft, maar hij is niet zo van de (lange) solo’s). De saxofoons blazen, blaffen en sputteren doorlopend dat het een aard heeft en slechts een enkele keer duikt de elektrische gitaar op.
De zang en hiermee meer dan eens ook de sfeer van de nummers doet soms sterk denken aan Sting. Een goed voorbeeld hiervan is We Can’t Go Home Tonight, dat zo op een cd van deze politieman had kunnen staan. Dit is meer van de relaxte soort en dat vind ik zelf iets prettiger. Het duurt een behoorlijke tijd voordat de viool van Cross op de voorgrond treedt. Heel zacht glijdt hij When The Tears Roll Down binnen, dat is hoopgevend, maar daarna ontaardt dit nummer toch ook weer in het geijkte stramien. Wat ook niet meehelpt is dat binnen de korte nummers de herhaalstand ook nog eens wordt gebruikt. Thema’s en zangpartijen komen regelmatig terug. What Once Was springt er dan nog een beetje uit door de priemende basgitaar aan het begin en de opeenvolgende wat langere solo’s op toetsen, saxofoon en zowaar de gitaar. Prime Numbers dan, we zijn even verlost van die zang, de jazz-toetsen liggen er hier erg dik bovenop, met vooral veel geblaas en een solo op de keytar. Het titelnummer aan het slot kan zich ook niet boven het maaiveld verheffen. Slechts een lichte symfonische toets is als aantrekkelijke ondertoon hoorbaar.
Ik kan collega Ralph dus gelijk geven. Carpani kan zeker nummers in elkaar knutselen, maar het spreekt niet tot de verbeelding, geen enkel nummer blijft hangen. De nummers met elementen van pop, jazz en progrock zijn gewoon te vlak. En naar “L’Orizzonte Degli Eventi” luisterend valt mij op dat die schijf pittiger, agressiever klinkt en iets spannender is omdat daar toch iets meer gebeurt. Er kan dan in de microkosmos van de geest oneindig veel gebeuren volgens Alex Carpani, het lukt hem duidelijk niet dit te vertalen in bijpassende muziek. Wie weet vinden liefhebbers van Sting hierin wel het nodige van hun gading.