Ik had het geluk aanwezig te zijn tijdens de openingsavond van het drieluik optredens van het Britse Big Big Train in september/oktober 2017 in de Londense Cadogan Hall. Helaas was het een voorbeeld van verkeerde avond respectievelijk verkeerde plek, en was ik getuige van een door geluidstechnische pech geplaagd optreden, waardoor slechts het publiek op de begane grond het volle pond kreeg. Maar met het nieuwe live album “Merchants Of Light” revancheert Big Big Train zich op majestueuze wijze voor de uitglijder eerder dat weekend.
Ik heb tijdens een eerdere recensie van “A Stone’s Throw From The Line”, de live dubbelaar uit 2016, al aangegeven dat de band met dit album een live meesterwerk had geproduceerd wat de vergelijking met de grote iconische live elpees van de legendarische bands uit de seventies kon doorstaan. Op het risico af eentonig te worden zou ik bijna geneigd zijn dit statement te herhalen. En misschien zelfs wel te overtreffen.
Een uiterst productief collectief, de heren en één dame van de in 1990 in Bournemouth opgerichte band. Want met drie live cd’s en twee studioalbums is de oogst over de afgelopen twee jaar fors te noemen. En dan zijn er ook nog berichten dat de band al weer in de studio verkeert voor de opvolger van “Grimspound”. Goed nieuws dus, hoewel enige vorm van overkill op de loer ligt. Maar je kunt het de sympathieke band die al zo lang aan de weg timmert niet kwalijk nemen dat ze nu het ijzer smeden als het heet is. Want heet is de band momenteel, na hun succesvolle optreden op het Night of the Prog festival aan de Loreley in Duitsland deze zomer.
Met hun reputatie als producent van tijdloze, uiterst melodieuze en genietbare folk/prog zat het al langer goed, daar komt dus nu een imago bij van ‘vlekkeloze live band’. Dan is het tijd om daar optimaal gebruik van te maken. Dat doet BBT nu dus met het uitbrengen van de nieuwe live cd die de titel “Merchants Of Light” heeft meegekregen. Een verwijzing naar zowel het tweede deel van Experimental Gentleman als A Mead Hall In Winter van het laatste studioalbum.
“Merchants Of Light” is een verzameling van de beste uitvoeringen van elk nummer in de set van de band tijdens de uitverkochte serie van drie optredens, afgelopen herfst in de Cadogan Hall in Londen, waarbij de setlist een soort van samenvatting is van de opmerkelijke tien jaar durende reis die er aan vooraf ging. Nummers van de meeste recente albums van de band zijn te horen, van “The Underfall Yard” (2009) via “English Electric Part One” (2012) en “Part Two” (2013) tot de meer recente “Folklore” (2016) en “Grimspound” (2017).
Op “Merchants Of Light” bestaat de line-up van de band uit Spawton (basgitaar), Poole (toetsen en akoestische gitaar), Longdon (zang en fluit), D’Virgilio (drums en achtergrondzang), Dave Gregory (gitaren), Danny Manners (toetsen), Rachel Hall (viool- en achtergrondzang) en Rikard Sjöblom (gitaren, toetsen en achtergrondzang). Dit echte rockorkest wordt verder ondersteund door een vijfmans-blazerssectie bestaande uit Dave Desmond (trombone), Ben Godfrey (trompet), Nick Stones (hoorn), John Storey (euphonium) en Jon Truscott (tuba).
Door met deze massale 13-persoons bezetting te werken, kan de band de complexe, multi-gelaagde composities die ze in de studio maken, natuurgetrouw reproduceren, voorwaar geen geringe prestatie. Je verwacht bijna dat er foutjes, gênante momenten of andere haperingen ontstaan, maar die komen nooit, een geweldig compliment aan de band. De uitvoeringen die zijn vastgelegd op “Merchants Of Light” zijn opmerkelijk, vooral door de complexiteit van de muziek die wordt gespeeld, in 13-voud, balancerend op het slappe koord van een live optreden. De energie en emotie die de band investeert wordt met rente terugbetaald door het enthousiaste publiek waardoor nummers nog aan daad- en zeggingskracht winnen. Met andere woorden: BBT voegt live nog eens extra waarde toe aan zijn melodieuze en gecompliceerde muziek. En dat is goed te horen op het nieuwe album.
Het is lastig om een uitschieter te selecteren, maar vooral Brave Captain, A Mead Hall In Winter en Judas Unrepentant krijgen briljante uitvoeringen mee. De reactie van het uitzinnige publiek laat zich raden en is vanzelfsprekend ook goed te horen. Ik krijg nog altijd kippenvel als ik de intro van The Transit Of Venus Across The Sun hoor, dat koper met die gevoelige viool. Hetzelfde geldt voor de piano intro van persoonlijke favoriet East Coast Racer, een emotionele achtbaan. Opener Folklore zet direct de toon maar ook Swan Hunter, en het indrukwekkende Victorian Brickwork zijn te horen in bloedstollend mooie versies. Het folky Wassail valt een beetje uit de toon bij het meer proggy werk maar is uiterst effectief als afsluiter. Daar doe ik de rest van de songs mee te kort.
Ik kan ook geen individuele prestatie benoemen die er bovenuit steekt, van de glasheldere hoge tonen van Longdon, de bluesy Hammond akkoorden van Sjöblom, de rake en inventieve klappen van d’Virgilio, de gevoelige vioolsnaren van Hall, de zware baspedalen van Spawton tot de vingervlugge capriolen van Gregory en het subtiele toetsenwerk van Manners en Poole, het is allemaal even sprankelend en op en top professioneel. Om de heren blazers zeker niet te vergeten. Het is de victorie van het collectief. De opnames klinken allemaal even fris en intens, alsof je er zelf bij bent geweest (….) complimenten voor de heren en dames van de techniek. Hetzelfde geldt voor de productie en de mix, alle instrumenten zijn kristalhelder te horen en dat is geen kattenpis/sinecure gegeven de complexe muziek en de aanwezigheid van zowel elektrisch versterkte als akoestische instrumenten.
Als je wilt kennismaken met Big Big Train dan is dit de plaat die je doet smelten en vallen voor het elektrische symfonieorkest uit het zuiden van Engeland. En dan is er dus ook nog een kans dat we op relatief korte termijn verblijd worden met nieuw materiaal. Ik kan er geen genoeg van krijgen. Een tien met een griffel en een zoen van de juffrouw.
Alex Driessen