Na een lange opnametijd, die dateert van maart 2017 tot augustus 2019, ligt het nieuwe album van het Franse Eye 2 Eye eindelijk in de schappen. Gelukkig bereikte dit opus ditmaal wel de redactie van Progwereld.
Albums nummer drie “The Wish” uit 2011 en nummer vier “The Ligth Bearer” uit 2017 zijn om onbekende redenen ons kantoor gepasseerd en dat lijkt toch erg zonde, want collega Dick van der Heijde was toch wel enthousiast over de eerste twee albums. Voor de goede orde, verwar deze groep niet met het Amerikaanse Eye To Eye. Deze Fransozen pasten in 2006 wijselijk hun bandnaam al aan van to in 2 om verwarring en rechtszaken te voorkomen. De enige constante bandleden bleven, naast een gestage reeks bezettingswisselingen sinds hun oprichting in 2003, al die tijd Didier Pegues op drums en Phillipe Benabes op een batterij aan toetsen. Daarnaast beroert met veel enthousiasme ditmaal Bruno Pegues de gitaarsnaren en legt Etienne Damin smakelijke basloopjes neer. Of er familiare banden zijn tussen Didier en Bruno (en ja zo wat) is mij niet bekend. De hulp werd daarnaast ingeroepen van een aantal gasten, waaronder Jack Daly die al eerder hun zanger was op hun tweede album “After All …“.
Dit nieuwe conceptalbum vervolgt het verhaal dat begon met “Ghosts – Part 1”, dat nog op hun vorige plaat, “The Light Bearer”, stond. Logischerwijs start daarmee dit album dus nu met “Ghosts Part 2”. Hopelijk zijn zo de vragen van hun fans, over hoe dat nu precies zat met alleen een part 1 op het voorgaande album, hiermee beantwoord. De tracks vertellen het verhaal van een muzikant die zijn inspiratie verloor en deze terug probeert te vinden in flessen whisky. Glas na glas aan sterke drank en qua nummers van part 2 tot en met part 6 zuipt hij zich diep weg in een coma, die hem voert naar de ‘Snelweg die nergens naar toe leidt’. Daar wordt hij gevangen in een onophoudelijk gevecht tussen zijn oude kwelgeesten en zijn muze, de positieve en negatieve kant van wat een kunstenaar drijft en zijn afnemende inspiratie waarop zijn creativiteit drijft.
Voor mij zijn de teksten de kapstok aan sfeerbeelden om de muziek een smoel te geven. Verwacht echter met dit achtergrondverhaal geen mistroostige muziek. Nee, juist niet. Dit album herbergt heerlijke neo progressieve rock uit de oude doos waar we de laatste jaren helaas te weinig van horen. Zowel compositorisch als echter ook productietechnisch herleven hiermee de tijden van IQ met hun eerste drie albums “The Wake”, “Tales From The Lush Attic” en “Seven Stories Into Eight” uit begin jaren ‘80. De toetsen zijn heerlijk old school waar híer het orgel, evenals bij Focus flink ‘van Leer’ mag trekken. De gitaarsolo’s en riffs zijn talrijk, fraai gekleurd en vooral lekker divers. De nummers kennen dezelfde avontuurlijk wendingen als pak hem beet een Grendel of een Market Square Heroes. Dus liefhebbers van de oude Marillion gaan hier ook plezier aan beleven.
Voor diegene waar het glas whisky halfleeg van is, zullen het vooral zien als chaotisch omdat er muzikaal gezien wel heel veel gebeurt. De al dan niet bewust keuze om op inkonsequente momenten af en toe een een doffe sluier over de geluidsproductie te hangen zullen ze als oubollig zien. En als Eye 2 Eye ook nog eens twee maal binnen elke minuut er een twist aangeeft naar een andere melodie, thema, solo of ritme geeft deze echter weinig houvast. Naast wat hoogtepunten zullen ze zij het toch vooral zien en horen als doorsnee. Voor hen is het dan geen Nowhere Higway maar meer Middle of the Prog Road. Daar veranderen de twee epics, op papier van een kwartier en één van 20 minuten, niets aan want je kunt de nummers ook gewoon willekeurig beluisteren. Zelf heb ik met dit album aangename momenten beleefd. Maar goed, ik heb dan ook een hang naar nostalgie en Eye 2 Eye zorgt met dit vijfde album voor mij een lekker halfvol glas Neoprog die ik in een teug zo weg klok. In een mum van tijd geraakte ik in een delirium aan coma prog en dat was best lekker.