De Noren Odd-Roar Bakken en Nils Larsen hebben al een vijftigjarige muzikale geschiedenis. Het zijn dus beslist geen jonkies.
Odd-Roar maakt deel uit van Adventure, Nils speelde daar ook in en in 2015 werd de band Morild opgeheven, waarvan het duo ook deel uitmaakte. De wens om samen muziek te blijven maken was groot en zo richten ze Kornmo op. Anton J.R., de zoon van Nils, compleerde het trio. De studio van Bakken in Trondheim, met bakken vintage toetsen en gitaren was de plek waar nieuwe muziek werd geknutseld. “Fimbulvinter” is het derde product van dit gezelschap.
Fimbulvinter betekent zoiets als eeuwige winter. Het is ontleend aan de Noorse mythologie en vormt de aanloop naar Ragnarök, dat leidt tot het einde van de wereld. Alle songtitels op deze concept-cd hebben betrekking op het verhaal over de natuur dat muzikaal verteld wordt. Op de hoes lijkt een mammoet in een ijzig landschap lijdzaam zijn onvermijdelijke einde af te wachten.
Kornmo maakt instrumentale muziek, met de wortels aan het begin van de jaren ’70. Bakkens toetsenspel is dominant, van begin tot eind speelt hij de sterren van de hemel op zijn analoge instrumenten. Zo horen we in elk geval de Moog, de Mellotron en de Korg (orgel). De melodie staat bij Bakken voorop. Uiterst sfeervol worden de lang uitgesponnen thema’s aan elkaar gesmeed, want haast hebben de heren niet. Ze nemen alle tijd om het hele verhaal goed ten gehore te brengen. Vijf lange nummers krijgen we voorgeschoteld, met Kjempene Våkner als uitschieter met dik 26 minuten. De nummers lopen overigens bijna naadloos in elkaar over.
De muziek is bijna zweverig te noemen. Het met meerdere lagen synchroon spelen van de melodie is hier mede debet aan. Het is absoluut een pre als je in de flow komt bij dit zwierige klavierenspektakel. Lukt je dat niet, dan zou het zo maar kunnen dat je binnen een kwartier helemaal lijp afhaakt, want het gezweef gaat wel een beetje schuren. Een enkele keer gaat het richting vals klinken. 71 minuten is trouwens toch veel te lang voor deze muziek die enigszins gebukt gaat onder monotonie. Bakken bouwt voldoende afwisseling in zijn toetsenspel, dat zeker. Alle mogelijk ‘instrumenten’ komen vanuit zijn toetsenarsenaal voorbij, zoals de fluit, cello en de viool. Bovendien speelt hij gewoon ook heel goed gitaar. Dit instrument gaat ook driftig mee in de flow van het toetsenspel, maar kiest soms gelukkig ook zijn eigen pad. Dat leidt tot lekkere solo’s en de enkele akoestische tokkelarijen zijn ook een verademing. Nils beroert zijn basgitaar en springt daarbij niet uit de band. Zoon J.R. is de drummer van de band en op een enkele oprisping na tikt hij toch ook behoorlijk binnen te lijntjes.
Het vroege jaren’70 geluid doet hier een daar zeker aan Camel denken. Om het verhaal kracht bij te zetten zijn ook de nodige folk-elementen in de muziek gevlochten. Op een van de nummers is (al dan niet bewust) een variatie op het thema van Midden in de winternacht te horen. Lekker op Kerstavond! Een andere passage kan zo onder een computerspelletje als Super Mario geplaatst worden. Dit laat onverlet dat Kornmo melodieuze muziek maakt die gewoon heel goed is, alleen een beetje teveel van het goede. Alle thema’s, variaties en wendingen in 40 minuten zou perfect zijn, maar daar denken Bakken en Larsen ongetwijfeld anders over.