|
Maar liefst vijf jaar na het veelgeprezen “The Allegory Of Light” is daar ineens de opvolger van de Amerikaanse (studio-)band Syzygy. “Realms Of Eternity” heet hij, en de weinige progrockfans die zo bevoorrecht zijn de vorige producten te kennen, weten wat ze kunnen verwachten.
Smeuïge Amerikaanse, uitstekend geproduceerde symfonische rock van uiterst hoog niveau.
Da’s duidelijk, toch? Denk aan Glass Hammer, of Izz, of – gezien dat het een christelijke band is – Salem Hill en Akacia. Sommige van de Amerikaanse bands hebben soms ook wat Zweedse trekjes vind ik, maar dat is bij Syzygy afwezig. Sterker nog, soms duikt er temidden van alle toetsen- en gitaarpartijen spontaan een Styx– of Journey-sfeertje op. De invloed van AOR (Adult Oriented Rock, een term voor vaak Amerikaanse gladde hardrock) op de muziek van Syzygy is sterk.
Zoals gebruikelijk, zijn ook deze muzikanten gezegend met haast jaloersmakende muzikaal talent. Zowel toetsenist Sam Giunta, gitarist Carl Baldasarre als drummer Paul Mihacevich vertonen bij grote regelmaat kunsten die – als je er goed naar luistert – je mond wagenwijd doet openvallen. Je moet er goed naar luisteren, want de instrumentale exercities staan altijd volledig in dienst van de compositie: dit is wel hoge-school-symfo, gefreakt wordt er nergens.
Oorspronkelijk was “Realms Of Eternity” gepland als dubbel cd, maar men heeft er toch voor gekozen het materiaal aan te bieden in een maar liefst 77 minuten durende, enkele cd. Dat is verstandig, want daarmee is het materiaal gecondenseerd tot zijn juiste vorm, hoewel het daardoor wel een lange zit is.
Het christelijke karakter uit zich met name in de teksten, maar het wordt nergens opdringerig. Sterker nog, het hoesje laat op de voorkant een kale boom in zee zien, terwijl de achterkant meer aansluit op het hoesje van de vorige cd. Hier is de boom getekend in wat meer volle, bloeiende glorie. Het lijkt wel alsof Baldasarre, die voor alle teksten tekende, wil stellen dat we nu nog in een dorre, troosteloze wereld leven, maar dat er hoop is. Op de kale voorkant zie je dat het vloed is en op de getekende achterkant is het eb en heeft de boom meer ruimte. Het boekje leent zich ervoor dat je voor de lol het kan omdraaien en ik prefereer de getekende kant. Bovenaan staan beide hoezen, om die reden. Op de Myspace-pagina zie je dat de band er hetzelfde over denkt.
De structuur van de plaat is voorbeeldig. Eerst kent de plaat vijf uiterst sterke maar afwisselende tracks. De geweldige opener Darkfield, prachtig gezongen door gastzanger Mark Boals en de met grappige AOR-invloeden gespekte Dreams, wordt kunstig onderbroken door het instrumentale Glass Hammer-achtige tour-de-force Vanitas (ijdelheid). Hoogtepunt van het eerste deel is het naar alle kanten toeschietende Dialectic, dat maar liefst 16 minuten in beslag neemt, en voorzien is van een werkelijk prachtig thema dat uitstekend wordt uitgewerkt. Toetsen- en gitaarsolo’s, om maar te zwijgen over het indrukwekkende drumwerk van Mihacevich, vliegen je om de oren, zonder dat je het idee krijgt dat de structuur wordt losgelaten. Halverwege opent Baldasarre een nieuw thema, dat slechts kort, doch welkom de tijd krijgt, alvorens het hoofdthema weer op de pakken.
Het tweede deel kent het ruim 28 minuten durende The Sea, een haast klassieke suite bestaande uit acht delen, compleet met ouverture, variaties en een finale. Het is een afwisselend en prachtig uitgewerkt stuk met verrassingen zoals het akoestische Morning Song, terwijl de instrumentale Variations (Part 1 & 2) tot het muzikale hoogtepunt behoort van het epos. Het stuk komt wat fragmentarisch over, maar dat past ook wel bij de aard van de compositie. Hoe dan ook, het is een stuk om lekker je symfonische tanden in te zetten!
Ik ben erg onder de indruk van “Realms Of Eternity”. Ga snel naar de MySpace (zie adres boven, of op tabblad ‘info’, zoals normaal). De tracks Darkfield (tien minuten) en Dialectic (zestien minuten) staan er in zijn geheel op. Beluister ze en mail me wat je ervan vindt: markwin@progwereld.org.
Markwin Meeuws