Steve Hackett drie avonden in Poppodium Boerderij in Zoetermeer

Enige tijd geleden meldden wij al dat Steve Hackett weer een nieuwe serie concerten heeft gepland voor 2024. Indertijd konden we alleen de Engelse optredens bekend maken.

Maar er is nu ook goed nieuws voor de Nederlandse fans van de legendarische gitarist:  Steve Hackett keert terug naar Poppodium Boerderij! Hij zal vrijdag 5, zaterdag 6 en zondag 7 juli 2024 met zijn fantastische band op het podium in Zoetermeer staan. Deze concerten markeren de 50ste verjaardag van het album “The Lamb Lies Down On Broadway”.

Hackett zal in juli 2024 ook weer de beschikking hebben over zijn ervaren touringband met Roger King (keyboards), Nad Sylvan (zang), Jonas Reingold (basgitaar, achtergrondzang), Rob Townsend (saxofoon, fluiten, extra keyboards) en Craig Blundell (drums). Onnodig te zeggen dat ze een fors aantal nummers van “The Lamb” zullen spelen, aangevuld met zijn beste solowerk en onmisbare ‘Genesis Greats’.

De voorverkoop start zaterdag 4 november om 10 uur.

https://poppodiumboerderij.nl/nieuws/steve-hackett-3-dagen-in-de-boerderij/

 

 

Casual Silence vervangt Vault op Northern Prog Festival

Al eerder berichtten wij dat het befaamde Northern Prog Festival (NPF) zijn tweede lustrum viert op 4 november aanstaande. De Nederlandse band Vault zou het festival openen. Helaas heeft Maico Ordelmans, de gitarist van Vault, een vervelende blessure opgelopen, waardoor hij momenteel niet kan spelen. Hierdoor heeft Vault zich moeten terugtrekken uit de line-up van het festival.

Gelukkig hebben de organisatoren een geweldige vervanger gevonden in de vorm van Casual Silence! Zij zullen op 4 november het festival openen. We wensen Maico uiteraard beterschap!

Kaarten zijn nog steeds te koop. Kijk op www.northernprog.nl voor meer informatie.

https://www.progwereld.org/nieuws/northern-prog-festival-viert-lustrum/

Nieuw Cyan-album “Pictures From The Other Side” aangekondigd

Toetsenist en componist Rob Reed is bekend van zijn werk met Magenta, Kompendium en de Sanctuary-soloalbums. Hij heeft opnieuw de krachten gebundeld met Peter Jones, samen met Luke Machin en Dan Nelson, voor een nieuw Cyan-album getiteld “Pictures From The Other Side”. De tweede schijf van dit herrezen project verschijnt op 17 november 2023. Het nieuwe album bevat zes nummers, waaronder het epische, 17 minuten durende Nosferatu. Bij de cd zit een dvd met een volledige 5.1 surroundmix van het album en een akoestische live-uitvoering van nummers van de vorige cd “For King And Country”. Bekijk hier de video van het openingsnummer Broken Man:




In navolging van “For King and Country” werd ook “Pictures From The Other Side” eerder uitgebracht, in 1994 bij het Nederlandse SI Music. Robert Reed herschreef de nummers, arrangeerde ze en nam ze opnieuw op, ditmaal met de al genoemde bezetting. Het resultaat is een heel ander album. Reed zegt daarover:  “Hopelijk heb ik alles wat ik in mijn carrière heb geleerd in dit album samen gebracht”.

CD:
1- Broken Man
2- Pictures From The Other Side
3- Solitary Angel
4- Follow The Flow
5- Tomorrow’s Here Today
6- Nosferatu

DVD:
Volledig album in Dolby Digital en DTS 5.1 surround
Promo video’s
The Quiet Room sessie (live akoestisch optreden)
1- I Defy The Sun
2- Don’t Turn Away
3- Call Me
4- Man Amongst Men/The Sorceror
5- Snowbound
6- For King And Country

Cyan bestaat uit:
Peter Jones (Tiger Moth Tales / Camel / Francis Dunnery’s It Bites)
Luke Machin (Maschine / The Tangent / Karnataka / Francis Dunnery’s It Bites)
Dan Nelson (Godsticks / Magenta)
Robert Reed (Magenta / Kompendium / Sanctuary / Chimpan A)

Interview Ton Scherpenzeel (Kayak): Ik heb nooit een vast omlijnd carrièreplan gehad.

Toen de mogelijkheid zich aandiende om naast de recensie van het ‘nieuwe’ solo-album “Virgin Grounds” van Ton Scherpenzeel ook de maestro zelf te kunnen interviewen hapte ik al snel toe. De toetsenist/componist en leider van het legendarische Kayak is een icoon van de progressieve rockmuziek. Al kijkt hij daar zelf iets anders tegenaan, zal later blijken. Het gesprek vindt plaats via Zoom op een ongewoon warme woensdagmiddag in september.

Oké, de directe aanleiding voor ons interview is natuurlijk het uitbrengen, of heruitbrengen kan ik beter zeggen, van “Virgin Grounds”. Als ik het goed begrepen heb, is het een stuk dat je in 1991 hebt uitgebracht. Het was een soundtrack bij een tv-documentaire. Die heb je, als ik het zo mag zeggen, afgestoft en je hebt er een aantal nummers aan toegevoegd. En opnieuw uitgebracht, een specifieke reden om dat nú te doen?

Nou ja, in zoverre dat ik in de loop van vorig jaar die plaat weer eens tegenkwam en toen dacht ik: toch jammer dat het eigenlijk totaal onopgemerkt voorbij is gegaan, ook omdat mijn eigen naam er niet op stond. Dit was voor mij een zijproject, maar ik ging dus dieper duiken. En toen bleek dat de oorspronkelijke maatschappij eigenlijk de rechten niet had. Dus niets stond mij in de weg om dat ding uiteindelijk opnieuw uit te brengen en wel onder mijn eigen naam. Dus dat is heel kort de aanleiding.

Wat was de specifieke reden waarom je het indertijd onder Orion opnam in plaats van onder je eigen naam?

Ja, voor mij was het een zijproject. Ik kreeg die opdracht om muziek te maken voor een tv-programma. Dat waren twee of drie afleveringen van een serie. Het waren een soort sportwedstrijden boven de noordpoolcirkel, je zag voornamelijk sneeuw en landschappen en bergbeklimmen. Laat ik het zo zeggen, je werd al moe als je er naar keek. Maar voor mij was het vooral de omgeving, die landschappen, die bergen en die oneindige leegte. Die waren voor mij wel inspirerend om daar iets passends bij te maken. Maar ik had helemaal niet het idee om daar een plaat van te maken tot de studio en de platenmaatschappij zei van ja, omdat het toch op televisie komt, is dat voor ons wel een aardige aanleiding om dat uit te brengen. Maar het hoeft niet onder mijn eigen naam en dus bedacht ik Orion. Dat is echt een zijsprongetje voor mij. Ook niet kenmerkend voor wat ik normaal gesproken deed, dus ook volledig instrumentaal. Het was niet heel erg doordacht, maar in ieder geval vond ik het vooral een zijsprong, een zijproject.

Helder, uit je verhaal, begrijp ik dat je wel degelijk de beschikking had over de beelden van de documentairemaker. Je hebt muziek gemaakt bij die beelden.

Ja, ik kreeg de ruwe versie, zeg maar, met tijdcode in beeld en dat soort zaken. En ja, ik ben gewoon aan de gang gegaan en er zitten een of twee iets steviger nummers op. Het was natuurlijk wel voor tv. Er moest wel een beetje actie gesuggereerd worden, hè? Anders dan zou het meer een soort van yoga cursus kunnen zijn. Al die rustige muziek, dus vandaar dat een nummer als Conquer the Arctic er op staat, want zo heette die serie ook destijds.

Ja, dat is inderdaad een van de stukken die mij het meest bevallen. Maar goed, jij hebt het over yoga. Er is natuurlijk niks mis met yoga, maar het is inderdaad rustgevend. Rust is toch wel een kernwoord in een groot deel van de muziek die je daar geproduceerd hebt.

Ja, in tegenstelling tot de rest van mijn werk, gebeurt er vrij weinig. Dus vandaar ook dat ik destijds dacht: het is echt niet iets van mij specifiek wat ik onder mijn naam wil uitbrengen. Maar ja, ik heb het wel gemaakt, daarna heb ik dus de afgelopen jaren gedacht: waarom ook niet?

De stijl, daar hebben we het net al over gehad: rustgevend, sfeervol. Vooral denk ik een beetje in stijl, ik ben geen specialist op dat gebied, maar het klinkt een beetje als Vangelis, als Jean-Michel Jarre. In die tijd waren dingen als Conquest of Paradise en Chariots of Fire populair, niet geheel toevallig ook soundtracks. Heeft dat je stijl op dat moment nog beïnvloed?

Nee, niet speciaal. Eigenlijk de nieuwe nummers die er nu opstaan, vooral het eerste stuk, dat is meer Vangelis dan wat er eigenlijk oorspronkelijk op stond. Ik kende ze natuurlijk wel, maar het was niet zo dat als je synthesizer speelt, dat je dus geïnspireerd bent door Vangelis. Ja, het speelt altijd op de achtergrond natuurlijk, want je hebt dezelfde basisideeën, maar dit is totaal anders uitgewerkt. En daarbij komt dat toch zeker een derde van de muziek is geïmproviseerd, gespeeld  op wat ik zag en hier en daar nog wat geëdit. Maar het is voor een groot deel geïnspireerd of geïmproviseerd. En, behalve nummers zoals Conquer the Arctic en Snowscape, met kop en staart. Dat had je in een andere instrumentatie zelfs nog op een Kayak-plaat kunnen zetten bij wijze spreken. Ik weet niet of Vangelis veel geïmproviseerd werk op de plaat heeft staan. Niet heel erg veel, nee, dat denk ik ook niet, dat is het dus. Het yoga, het meditatieve van het project en ja, het hinkt een beetje op twee gedachten, dat ben ik met je eens.

In die tijd waren natuurlijk een aantal specifieke synthesizergeluiden heel erg bepalend. Je had de Yamaha DX7 en de Roland D50. Zijn dat de apparaten waar je in die tijd je opnames op gemaakt hebt?

Ja, ongetwijfeld, ik weet mijn set-up van destijds niet meer helemaal, maar er zal ongetwijfeld de D50 en een D70 bij, Yamaha DX7  en misschien zelfs ook wel die Prophet 5 nog, dat weet ik niet zeker meer. Die heb ik ooit nog aan Ayreon verkocht, ik weet niet meer wanneer ik dat gedaan heb. Maar er zit duidelijk een DX7 bij en ook misschien nog wel een JUNO 60, dat zou heel goed kunnen.

Heb je die dingen eigenlijk nog, die grote bakken, of heb je die al lang bij het oud vuil gezet?

Nou, ik zet niks bij het oud vuil, die D70 en de D50 heb ik ook nog. Zelfs de JUNO 60 heb ik ook nog maar wat ik zeg, die Prophet5 heb ik destijds aan Arjen Lucassen verkocht. Ja, die DX7 heb ik niet meer, maar ik bewaar nog weleens wat.

OK, dus je hebt ergens, zoals de meeste grote muzikanten dat hebben, nog een schuur vol staan met oude apparatuur waar je nooit van je levensdagen meer op zal spelen.

Nou dat, dat valt wel mee hoor, want oh ja, MiniMoog heb ik ook nog. Dat is meer uit sentimentele overwegingen. Die heb ik ook nog, maar die raak ik niet meer aan, want daarvoor moet ik hem echt laten restaureren. En die geluiden, die krijg je toch wel overal makkelijker ergens anders gedaan.

Zoveel plug-ins zijn er tegenwoordig beschikbaar en die dingen waren natuurlijk niet heel erg betrouwbaar indertijd, denk ik.

Ik zou hem kunnen laten restaureren, MIDI erop kunnen laten zetten, maar ja, wat je zegt, die geluiden zijn zo makkelijk te kopiëren, je moet wel heel goede oren hebben wil je dat horen.

Ja, dat denk ik ook wel. In die tijd werkte je samen met Bert Ruiter, als producent, de helaas veel te vroeg overleden bassist. Jullie hebben samen een tijdje in Earth & Fire gezeten. Was dat de reden waarom je met hem werkte als producer?

Nou, hij was co-producer, maar hij deed ook de techniek. Hij zat achter de tafel als opnametechnicus, we hebben dat gewoon met zijn tweeën gedaan, die nummers van toen. Ik werkte al op heel veel vlakken samen met Bert Ruiter. Mijn tweede solo elpee, “Heart of the Universe”, heeft hij ook geproduceerd, die heeft hij echt geproduceerd. “Virgin Grounds”, ja al improviserend, daar valt niet zo heel veel aan te produceren natuurlijk. Maar hij kwam met ideeën en hij nam het op. Ik heb ook nog met hem gewerkt met Youp van ’t Hek, daarvoor produceerde hij toen de Echtscheidingselpee, zo ben ik Youp tegengekomen. Daarna speelde ik toetsen op nog meer producties die hij gedaan heeft, dus ja, we deden regelmatig dingen samen.

De re-release van “Virgin Grounds” gebeurt in de vorm van een gesigneerde cd, dus een limited edition. Ook dat is ongetwijfeld een specifieke keuze van je geweest.

Ja, kijk, afhankelijk van hoe de verkoop gaat, je weet zelf wel hoe het gaat in de cd-wereld, het wordt een beetje een hobby. Je moet echt geluk hebben en het wereldwijd kunnen wegzetten. Laten we dat hopen, maar daar rekenen we niet op. Dus we maken het interessant voor degene die nog steeds cd’s kopen om dat genummerd te doen tot een bepaald aantal en gesigneerd. En voor de rest is het streaming. Tenzij de vraag groter is dan wat we van plan zijn om te persen. Ja, dan maak ik daar geen probleem van natuurlijk, maar daar reken ik even niet op.

Nadat we uitgebreid over het nieuwe album hadden gesproken was er nog ruimschoots tijd om andere onderwerpen te bespreken. Zo kwamen onder andere AI (Artificial Intelligence), zijn brede achtergrond en voorkeur in muziek, zijn rol bij Youp van ’t Hek, een nieuw soloalbum, gezondheid, Kayak natuurlijk en nog vele andere zaken ter sprake. Een bloemlezing.

AI: Ton ziet de parallel met de ontwikkeling van onder andere de synthesizer, in zijn ogen toch het begin van kunstmatige intelligentie. Men dacht vroeger ook dat synthesizers en Mellotrons orkesten gingen vervangen. Nou, dat is niet het geval geweest. Dus ik hoop dat het hier ook wel mee zal vallen.

Hetzelfde geldt voor drumcomputers. Nu hebben we geen drummers meer nodig, ja dat is natuurlijk ook klinkklare onzin. Maar goed, ik zie wel: dit gaat een stapje verder. Stemmen veranderen en iets gebruiken van vijftig jaar geleden. Je kan iets laten maken in die stijl, ja dat wordt een beetje eng. Hopelijk blijft het menselijke gevoel leidend en gaat ethiek een belangrijke rol spelen.

Muzikale voorkeur: Scherpenzeel is uitgesproken breed als het gaat om zijn muzikale voorkeur: van rock tot kinderliedjes, klassiek tot theater, musicals. Hij voelt zich vaak thuis in het gene waar hij op dat moment mee bezig is. Of dat nou een liedjesplaat of een instrumentaal project is. Maar bovenal schrijft hij graag liedjes. Songstructuren met een kop en staart. Hij kan genieten van het aankleden van een liedje, het uitwerken van tekst en arrangement, dan voelt hij zich als een vis in het water.

Youp van ’t Hek: Naast “Virgin Grounds” zou er ook een album met de beste uit de liedjes van Youp van ‘t Hek uitkomen. Niet de vocale stukken maar de zogenaamde ‘underscores’ met de werktitel “Achter de schermen”. Het zijn ditmaal niet de liedjes maar juist de dingen die niet heel vaak op de plaat staan. Hij is de afgelopen weken bezig geweest om dat te inventariseren en te kijken wat er allemaal ligt. Dat is heel veel muziek, maar dat is bijvoorbeeld ook inloopmuziek: mensen komen de zaal in of gaan eruit. Daar zitten naar zijn eigen zeggen best mooie dingen bij. Het zou zonde zijn om daar helemaal niks mee te doen. Zeker omdat het dus nu de laatste jaren zijn dat hij met Youp optreedt, een mooie gelegenheid om een en ander te combineren.

Nieuw solo-album: Er zit mogelijk nieuw werk aan te komen van de maestro: Ik heb een hele plaat klaar liggen. Niet klaar in de zin van opgenomen en ingezongen en ingespeeld, klaar en gemixt, maar gewoon het materiaal, het ruwe materiaal in keurige demovorm en dat is af eigenlijk, hoef ik alleen nog maar af te maken. Dat is een heel album, maar ik weet nog niet zo heel goed wat ik daarmee wil. Het zit een beetje tussen “Heart of the Universe” en “Velvet Armour” in, dus er zit wat oudere muziek bij en wat folk-invloeden, zoals dat altijd het geval is bij mij. Iets meer richting synthesizer dan die laatste. Maar wel song-based, altijd kop-staart en melodie, met daarnaast ook instrumentale stukken.

Gezondheid: Hoewel niet het meest prettige onderwerp toch een vraagje over zijn gezondheid (Scherpenzeel kreeg een hartaanval in 2019): Ja nou, ik voel me ongeveer even goed als vijf minuten vóór de hartaanval, dat klinkt eng, maar wat ik bedoel te zeggen is dat ik totaal geen idee had dat dit eraan zat te komen. Op zich wel fijn dat je je goed kunt voelen, maar het geeft toch een doorlopende onzekerheid: wat doet mijn lichaam wat ik niet weet? Dat vind ik wel eng. Maar ik heb geen klachten.

Andy Latimer: Ik probeer hem nog een uitspraak te ontlokken over de gezondheidstoestand van zijn goede vriend en muzikale partner Andy Latimer (Camel), de berichtgeving hierover is uiterst summier. Ton kan/wil er niet te veel over zeggen, anders dan dat hij (Latimer) bezig is met zijn herstel. Maar hij merkt ook op dat niemand op korte termijn een tournee mag verwachten. Ik vraag hem om zijn vriend namens iedereen in de muziekwereld beterschap te wensen. 

Kayak: Er zijn momenteel geen concrete plannen voor nieuw studiowerk met Kayak: Ik zeg nooit nooit, maar op dit moment zijn er geen plannen. Met de liedjes die ik heb zou ik zo een Kayak-plaat kunnen opnemen, maar voor mij is dit hoofdstuk wel gesloten. Hij gaat ook nog wat dieper in op het afscheid van de podia en de band: Ja, ik vind het wat dat betreft ook jammer dat het afgelopen is, maar het is voor mij persoonlijk de beste beslissing. Ik kon eigenlijk de motivatie niet meer opbrengen om de band draaiende te houden en ik wilde voorkomen dat het een soort aflopende zaak zou worden en dat het dan een beetje zielig wordt. Stoppen op je hoogtepunt is misschien wel veertig jaar te laat (lacht) maar ik wil niet een steeds treuriger versie van mezelf en van de band worden.

Een mogelijke live dvd/Blu-ray van de laatste tournee: Marcel Singor (gitarist Kayak) is bezig met het mixen. Ik heb nog niet het uiteindelijke resultaat gehoord en gezien en daar hangt het vanaf wat we ermee gaan doen. Ik heb zelf nooit plezier aan live-albums, ik hoor nooit terug wat ik op het podium heb gevoeld. Die energie en dat totale gevoel van in de muziek opgaan, dat hoor ik nooit meer terug als ik zo’n plaat opzet. Zo heb ik altijd tegen live-albums aangekeken, hoor, dus we gaan kijken wat ermee gebeurt. Als we het niet op plaat uitbrengen, zal het ongetwijfeld op YouTube komen of zo, zonde om dat niet te doen.

De laatste der Mohikanen binnen de progrock: de al genoemde Andrew Latimer (Camel), maar ook Steve Howe (Yes), Ian Anderson (Jethro Tull) en Thijs van Leer (Focus) hebben niet het eeuwige leven. Ziet Scherpenzeel nog voldoende perspectief voor de progressieve rockmuziek, ook in de komende decennia? Ton verrast door te antwoorden met: Ik heb geen idee, ik luister niet of nauwelijks naar progressieve rock. Ik heb in een aantal progressieve rockbands gezeten en het merendeel van de leden luisterde nooit naar progressieve muziek, kan ik je melden. Op een enkele uitzondering na. 

Starstruck door Peter Gabriel: Ton komt met een smakelijke anekdote over een tijdelijke inhuurkracht van Camel (Jason Hart) die volledig van de kaart raakte door een ontmoeting met zijn idool Peter Gabriel in diens studio in Bath. En passant weet hij zich te herinneren hoe moeilijk het was om zich in zeer korte tijd het Camel-repertoire eigen te maken om als stand-in te functioneren voor de zieke Guy Le Blanc (Canadese toetsenist van Camel, overleed in 2015).

Toekomst: Ik vraag hem ook hoe de toekomst eruit ziet voor een 71-jarige: Ik ben nu met de tournee van Youp bezig. Daarvan hebben we nog 126 optredens te gaan, dus we kunnen nog even vooruit. Dat is tot eind mei 2024. Ik denk dat het ook voor mij mijn laatste tournee is. En dan ga ik mijn tijd verdelen tussen Frankrijk en Nederland.

Frankrijk: Na jarenlang in Griekenland te hebben gewoond is de componist recent verhuisd naar Frankrijk. Het werd hem toch te ver weg, als erkend non-Flying Dutchman: Na mijn hartinfarct heb ik daar inderdaad ook over nagedacht. En toen ik dat had, konden de kinderen, ik heb twee dochters, eigenlijk niet op korte termijn bij me zijn en toen gingen we nadenken. We zijn bij mijn broer gaan kijken in Frankrijk, bij de Dordogne. Dat sprak vooral mij aan, Irene (Linders, echtgenote van Scherpenzeel) ook, maar ik was vooral de inspirator. We hebben daar gezocht en gevonden en het is een stuk dichterbij, het is in een dag te rijden. Voor de rest hoop ik dat ik blijf schrijven en dan af en toe platen uitbrengen en meedoen aan platen waar ik voor gevraagd word. Ik heb nooit een vast omlijnd carrièreplan gehad en dat is nog steeds zo.

Ik ben zo goed als door mijn vragen heen, dus het enige wat mij overblijft is om Ton te bedanken voor zijn tijd. Maar niet zonder hem tot slot van ons gesprek nog te willen vragen of er nog iets is wat we niet besproken hebben, wat hij nog graag kwijt wil aan de lezers en de bezoekers van de website. Dat blijkt niet het geval, we hebben inderdaad een behoorlijk breed gebied gecoverd. Mijn gesprekspartner zou zo niet weten wat hij daar nog aan toe zou moeten voegen.

OK Ton, dan houden we het hierbij. Nogmaals heel erg bedankt voor je tijd, succes met je muzikale carrière, heel veel gezondheid gewenst in het zonnige Frankrijk en mogelijk spreken we elkaar nog een keer.

Dank je wel, graag gedaan.

Foto’s: OOB Records/Bert Treep

Voor de recensie van het album “Virgin Grounds” van Ton Scherpenzeel klik HIER

Steve Hackett kondigt Genesis Great, Lamb Highlights & Solo Tour aan

Dat Steve Hackett een hardwerkende artiest is, is genoegzaam bekend. Dat bevestigt hij weer eens door nieuwe data voor volgend jaar aan te kondigen, onder de vlag Steve Hackett – Genesis Greats, Lamb Highlights & Solo. De tour omvat 15 optredens door heel Groot-Brittannië, met als hoogtepunt een bezoek aan de Royal Albert Hall in Londen op woensdag 23 oktober. Ter gelegenheid van de 50e verjaardag van “The Lamb Lies Down On Broadway” speelt Hackett een selectie van hoogtepunten uit dit iconische Genesis-album.

Het tijdloze gitaarwerk van Steve Hackett is een onlosmakelijke onderdeel van de klassieke albums die Genesis in de jaren 70 opnam. De afgelopen jaren hebben hij en zijn uitstekende touring band met Roger King (toetsen), Nad Sylvan (zang), Jonas Reingold (basgitaar, achtergrondzang), Rob Townsend (saxofoon, fluit, toetsen) en Craig Blundell (drums) veel van deze albums met groot succes terug naar de concertzaal gebracht. Amanda Lehmann, gitaar en zang, zal als speciale gast de volledige Britse tournee bijwonen. Regelmatig vroegen fans in het verleden om meer nummers van “The Lamb” te spelen. Er is bijna geen betere manier om een halve eeuw van dit opmerkelijke album te vieren dan een selectie Lamb Highlights te spelen, naast enkele nummers uit Hackett’s beste solowerk en onmisbare Genesis Greats.

“Ik kijk enorm uit naar de Britse tournee van 2024”, zegt Steve Hackett, inclusief favorieten uit “The Lamb Lies Down on Broadway” en andere iconische Genesis-nummers samen met solo-juweeltjes. Het zal ook spannend zijn om terug te keren naar de prachtige Royal Albert Hall!”

Steve Hackett – Genesis Greats, Lamb Highlights & Solo tourdata 2024:

Woensdag 2 oktober Aylesbury Friars Waterside
Donderdag 3 oktober Portsmouth Guildhall
Zaterdag 5 oktober Bristol Beacon
Zondag 6 oktober Cambridge Corn Exchange
Maandag 7 oktober Birmingham Symphony Hall
Woensdag 9 oktober Liverpool Philharmonic
Donderdag 10 oktober Cardiff St David’s Hall
Zaterdag 12 oktober Guildford G Live
Zondag 13 oktober Stoke Victoria Hall
Dinsdag 15 oktober York Barbican
Woensdag 16 oktober Nottingham Royal Concert Hall
Vrijdag 18 oktober Glasgow Royal Concert Hall
Zat 19 oktober Gateshead Glasshouse
Zon 20 oktober Manchester Bridgewater Hall
Dinsdag 22 oktober Reading Hexagon
Woensdag 23 oktober Londen Royal Albert Hall

https://myticket.co.uk/artists/steve-hackett

 

 

Pink Floyd Project organiseert ‘jubileum’concert Ahoy Rotterdam

Op 5 september 1994 speelde Pink Floyd het derde van drie uitverkochte concerten in Stadion Feyenoord in Rotterdam: dit was het laatste optreden dat de Engelse band op Nederlandse bodem gaf. Omdat het volgend jaar precies 30 jaar geleden is,  speelt het uit Nederland afkomstige Pink Floyd Project op 5 september 2024 exact dezelfde setlist in Ahoy’ Rotterdam, om een ode te brengen aan dit legendarische concert.

Speciale gasten zijn Gary Wallis en Durga McBroom, respectievelijk percussionist en achtergrondzangeres tijdens The Division Bell Tour van Pink Floyd. In het verleden werkte Pink Floyd Project eerder samen met de zangeres, terwijl Wallis zijn podiumdebuut met de Nederlandse tributeband maakt.

Net als bij eerdere concerten pakt de groep groots uit met quadrafonisch geluid, lasers, special effects en het voor Pink Floyd kenmerkende ronde projectiescherm met visuals.

Met ‘Pink Floyd in De Kuip 1994’ wil Pink Floyd Project de avond van 30 jaar geleden in Rotterdam in de schijnwerpers zetten, met dezelfde setlist zoals Pink Floyd die destijds uitvoerde, inclusief een integrale uitvoering van “The Dark Side Of The Moon”. Dit alles op een locatie waar Pink Floyd in de jaren zeventig zelf viermaal optrad.

De kaartverkoop voor ‘Pink Floyd in De Kuip 1994′ start op 5 september aanstaande via onder meer www.pinkfloydproject.nl

Michael Whiteman (I Am The Manic Whale): “Er zit een sterk verhalend element in onze muziek.”

Enige tijd geleden stuitte ik bij toeval op het nieuwe album van de Britse progband I Am The Manic Whale , “Bumper Book of Mystery Stories”. Wat ik hoorde beviel me prima: zeer melodieuze prog, met herkenbare en terugkerende thema’s, prachtige vocale harmonieën, uitstekende muzikanten, sterke teksten met bijzondere onderwerpen en ook nog eens in de vorm van een conceptalbum. Voldoende reden om mijn licht eens op te steken bij oprichter/componist/zanger/bassist/ bandleider Michael Whiteman en hem (per mail) het hemd van het lijf te vragen.

vlnr: Michael Whiteman, Ben Hartley, John  Murphy, David Addis

Michael, allereerst gefeliciteerd met het nieuwe album, ik kwam het per ongeluk tegen, maar wat ik hoor bevalt me wel. Bedankt dat je me wat van je kostbare tijd hebt gegeven om enkele onderwerpen met betrekking tot de band en de muziek te bespreken.

Kun je ons in het kort iets vertellen over de oorsprong van de band, en misschien jezelf en de andere leden van de band voorstellen terwijl we het toch over dit onderwerp hebben.

Michael (Whiteman, bas/zang) en David (Addis, gitaar) ontmoetten elkaar op de middelbare school en spelen al bijna twintig jaar samen in bands! We ontmoetten Ben (Hartley, drums) een paar jaar later en John (Murphy, toetsen) meer recentelijk. Toen een van mijn vorige bands ten einde liep, begon ik wat progressieve rocknummers te schrijven voor een project dat bedoeld was als een solo-EP, maar naarmate de opname vorderde, leek het vanzelfsprekend om er enkele goede vrienden bij te betrekken die ook geweldige muzikanten waren.

De bandnaam blijkt een anagram van jouw naam, oorspronkelijk was het de bedoeling dat het een soloalbum zou worden, zoals je aangeeft. Het klinkt misschien gek, maar deze nogal eigenaardige naam zette me in eerste instantie op het verkeerde been, ik dacht zeker niet aan een progband. Waarom heb je voor deze specifieke naam gekozen?

Ik denk dat je de vraag al hebt beantwoord! De naam werd gekozen omdat het een anagram was van mijn naam en het was oorspronkelijk een soloproject. Ik vind het leuk dat de naam gedenkwaardig en ongebruikelijk is en ik denk dat het bovendien het karakter van de band weerspiegelt.

Ik hoor veel invloeden en referenties in je muziek waarbij de vergelijking met Big Big Train voor de hand ligt. Maar ook Neal Morse, The Flower Kings, Moon Safari en zelfs Franck Carducci hoor ik voorbij komen. Hoe zou je je muziek zelf omschrijven?

Ik geniet enorm van de muziek van al die artiesten, hoewel mijn muzieksmaak vrij breed is en er elementen uit jazz, klassiek en andere stijlen zitten in wat we doen. We neigen naar Mellotrons en Hammondorgels, wat veel mensen beschouwen als het klassieke progrockgeluid.

Wat zijn je belangrijkste invloeden op het gebied van muziek en teksten?

Ik probeer liedjes te schrijven over onderwerpen waar niemand anders over schrijft. Er zit een sterk element van verhalen vertellen in onze muziek. Ik heb een grote interesse in wetenschap en technologie en ik lees veel. Dat is de belangrijkste inspiratiebron voor mijn teksten. Mijn schrijfproces begint bijna altijd met songteksten en het is mijn bedoeling dat de muziek ook door de tekst of het verhaal wordt geïnspireerd.

Hoe kwam je samenwerking met Rob Aubrey tot stand en, in het verlengde daarvan, hoe kwam je in contact met Sally Minear en Ryo Okumoto?

Ik nam aanvankelijk contact op met Rob toen ik aan het eerste album werkte, omdat ik erg genoten had van zijn werk met Big Big Train. Ik was heel verheugd dat hij blij was om enkele van mijn eerste opnames van dit project te mixen, toen de band alleen nog maar uit mijzelf bestond. Zijn feedback was zeer nuttig bij het verbeteren van de kwaliteit van wat we aan het opnemen waren.

Sally is een vriendin van John. Ik geloof dat ze elkaar al een tijdje kennen.

Ryo kwam Manic Whale tegen op een online muziekfestival en nam daarna contact met me op via sociale media met de uitnodiging om samen te werken. Ik ben al vele jaren een fan van zijn muziek, dus ik was enorm enthousiast om zijn uitnodiging te accepteren!

Neem me eens mee door het proces van het schrijven en opnemen van jullie muziek.

Ik begin altijd met songteksten en neem op basis daarvan een demo op in mijn studio. Dan deel ik het met de band. Soms wordt het nummer een aantal keer herschreven voordat het klaar is om op te nemen. Dan komt Ben langs om drums op te nemen in mijn studio. Daarna deel ik de bestanden met John en Dave en nemen ze elk hun deel op in hun eigen studio. Op een bepaald punt tijdens het proces doe ik de definitieve baspartij en solozang, de laatste tijd was dit vrij dicht bij het begin. Als ik dan de bestanden van John en Dave krijg, voeg ik alles bij elkaar. Heel vaak moet ik een aantal productiebeslissingen nemen en sommige delen moeten eruit gehaald worden om alles echt goed in elkaar te laten passen. Dit is iets waar ik beter in ben geworden met de meer recente albums. Uiteindelijk, als we allemaal tevreden zijn met onze partijen, wordt het hele project naar Rob gestuurd. Rob doet ook vaak zijn zegje op het gebied van de productie en stelt wijzigingen voor, voordat de uiteindelijke mixen compleet zijn.

Ik las ergens dat de teksten en onderwerpen op het nieuwe album gebaseerd zijn op een oud boek dat je ergens tegenkwam, klopt dat?

Het concept van een verzameling mysterie- of avonturenverhalen is geïnspireerd op een oud boek. De tekstuele inhoud van de liedjes zelf is meer divers en komt uit verschillende plaatsen, maar ik probeerde me voor te stellen dat elk verhaal paste bij het concept van een avonturenboek voor kinderen. Het album opent met het nummer Ghost Train (part 1) en elk van de verhalen vertegenwoordigt een andere scène tijdens de Ghost Train-rit, met thema’s uit dat eerste nummer die in elk nummer terugkomen. Dan eindigt de rit waar hij begon en is de cirkel rond.

Ik vind het nieuwe album erg goed, maar ik heb ook wat kritiek, vooral wat betreft de balans tussen vocale en instrumentale stukken: de muziek zit vol met teksten die soms de overhand krijgen. Wat is je reactie daarop?

Ik heb daar geen commentaar op.

Jullie zijn een Britse band, gevestigd in Reading als ik het goed begrijp. Komen jullie allemaal uit deze regio in Zuidoost-Engeland en zijn jullie beroepsmusici of is er nog een ‘gewone’ baan?

We zijn allemaal gevestigd in Reading of Londen. Ik werk fulltime in de muziek, hoewel Manic Whale daar maar een klein onderdeel van is. Niemand van ons verdient zijn brood met Manic Whale. Drie van ons geven muziekles als onderdeel van ons werk, maar om een gevoel van mysterie te behouden, verklap ik niet welke drie.

Heb je contact met andere progrockbands/-artiesten en zo ja, welke?

We hebben met veel andere Britse bands gespeeld en houden met veel van hen contact via sociale media. We zijn bevriend met de leden van Kyros. Joey (Frevola) zat in de band van Ryo toen we in Los Angeles speelden en Shelby (Logan Warne) vloog naar ons toe. We hebben sindsdien een optreden met Kyros gedaan en ik hoop dat we dit in de toekomst meer kunnen doen.

Zijn er momenteel toekomstige projecten of opnameplannen die je met ons wilt delen?

We denken nog niet echt na over het volgende album. Het grootste deel van onze focus ligt momenteel op onze Britse tournee in november; de Maniacal Mystery Tour, we zullen dan voor het eerst een groot deel van het nieuwe album live spelen.

Ik ben erg benieuwd naar I Am The Manic Whale in een live setting. “New Forms of Life” uit 2019 is een mooi voorproefje. Jullie treden regelmatig op, zijn er plannen om ook buiten het Verenigd Koninkrijk te toeren?

We zouden graag optredens buiten het VK doen. Ik hoop dat we het in de toekomst kunnen waarmaken.

Wil je ter afsluiting van dit korte interview nog iets kwijt aan de lezers en bezoekers van de Progwereld-website?

Bedankt voor het luisteren naar progressieve rockmuziek en we hopen dat je ons nieuwste album, I Am The Manic Whale’s “Bumper Book of Mystery Stories”, leuk vindt.

Michael, bedankt dat je de tijd hebt genomen om met ons over jezelf, de band en je muziek te praten. Het was heel interessant, ik kijk er naar uit om je live te zien spelen, ergens in Nederland. Veel succes met de muziek, groeten aan de andere jongens.

 

De recensie van het nieuwe studio album “Bumper Book of Mystery Stories” vind je hier.

Rondje Plas

Ik maak graag en regelmatig een wandeling rondom de Kralingse Plas in het gelijknamige Bos, niet zo ver van het centrum van Rotterdam. Een ‘rondje Plas’ zoals zovele Rotterdammers plegen te doen, wie niet eigenlijk. En altijd loop ik dan even langs het speciale herinneringsmonument voor het Holland Pop Festival 1970, ergens in 2013 ontworpen en onthuld. Het staat op de plek waar ooit, ruim vijftig jaar geleden, het fameuze gelijknamige festival werd gehouden, in de volksmond bekend als Kralingen Pop. Ik doe het om mezelf te herinneren aan de historische waarde die dit baanbrekende evenement indertijd had, en niet alleen op basis van de muziek.

Want ga maar even na: waar ter wereld zou je Jefferson Airplane, Santana, The Byrds, Caravan, Fairport Convention, Soft Machine en last but not least Pink Floyd samen in één programma kunnen zien? Hooguit één keer een jaar eerder, in het plaatsje Bethel bij Woodstock in de Verenigde Staten. Maar dat wordt dan ook algemeen gezien als de moeder aller openluchtfestivals. Holland Pop zou de Europese tegenhanger moeten worden, met een kleine veertig bands/artiesten, tijdens drie dagen in juni 1970, op een tweetal podia. Bezocht door naar schatting 50.000 betalende toeschouwers (entree NLG 35 in de voorverkoop). Het is onduidelijk hoeveel bezoekers er in werkelijkheid zijn geweest, schattingen lopen uiteen van 50.000 tot 100.000, waarvan de helft zonder te betalen. Uiteindelijk zou dit leiden tot het faillissement van de organisatie na een tekort van NLG 700- à 800.000.

Er kon gratis gekampeerd worden, ook de medische verzorging werd kosteloos verstrekt. Er waren parkeerterreinen en boetieks, er kon geluierd worden in de zon (hoewel het ook ongenadig zou regenen), er was eten en drinken in overvloed, over de kwaliteit en de prijs was niet iedereen even enthousiast. Naast de kunstmarkt was er zelfs een filmprogramma, een kindercrèche en een kinderboerderij (kinderen beneden de tien jaar hadden gratis toegang). En als topattractie: zwemmen in de Kralingse Plas, waar naar verluidt druk gebruik van werd gemaakt, vooral ongekleed. De bekende Veronica DJ Lex Harding was aanwezig met een drive-in show. Kortom: alle ingrediënten voor een succesvol festival waren ruimschoots aanwezig.

De prachtige locatie aan de plas had de doorslag gegeven, hoewel de organisatie, mede in handen van een piepjonge Berry Visser (MOJO Concerts), in eerste instantie Rotterdam totaal niet zag zitten. Daarna ging het snel: binnen enkele maanden was het allemaal rond. Dat het niet helemaal van een leien dakje ging blijkt wel uit de aankondiging van de bands: een aantal daarvan stond wel op de rol maar is nooit verschenen. Waaronder helaas de Britse symforock sensatie Renaissance. De Nederlandse topbands Focus, Ekseption en Supersister gaven overigens wel acte de présence.

Het moge duidelijk zijn dat de geluidsinstallatie in 1970 nog verre van perfect was. Alleen boxen naast het podium, de mensen die ruim 100 meter van het plankier vandaan zaten moeten slechts flarden van de muziek gehoord hebben, het kon ze blijkbaar niet deren. Met dank aan de seksuele vrijheid en het gedoogbeleid voor de in ruime mate aanwezige softdrugs.

In 1971 verscheen er een film over het festival in Kralingen met de titel Stamping Ground, gemaakt voor een internationaal publiek. De film is inmiddels opgeknapt, nog steeds beschikbaar en via Netflix te bekijken, een absolute aanrader. De documentaire in kleur duurt negentig minuten en geeft een mooi tijdsbeeld weer, met zowel sfeerbeelden van publiek en locatie als flarden van opnames van optredende artiesten.

In 2020 werd het vijftigjarig jubileum van het festival gevierd met onder andere een herinneringsboek en een box met nooit eerder uitgebrachte nummers van optredende bands. En dan is er dus nog dat monument. Vervaardigd door kunstenaar John Blaak, geplaatst op de plek waar ooit het hoofdpodium stond. Inclusief interactieve QR-code waarmee je beelden en muziek van indertijd op je mobiel kunt bekijken/beluisteren.

Een oom van mijn vriendin was erbij destijds, zijn zorgvuldig bewaarde toegangskaartje, voorzien van vele stempels, is het levende bewijs. De familie woonde indertijd in Kralingen en met een aantal vrienden besloten ze, als prille twintigers, om dit grote evenement in hun achtertuin van dichtbij mee te maken. Een tentje werd geplaatst, net aan de overzijde van de vijver, voor molen de Lelie. En daarna was het drie dagen genieten van muziek, drank en de speciale sfeer die er hing. Ik ben een beetje jaloers op oom Frank. Ik was destijds net een aantal jaren te jong om dit allemaal mee te mogen maken. Maar oh, wat was ik er graag bij geweest. Voor Focus, Caravan, Soft Machine en natuurlijk hoofdact Pink Floyd. Ik heb me nadien tevreden moeten stellen met Arrow Classic Rock, ook alweer lang ter ziele, en Pinkpop Classic. Alle Nederlandse popfestivals die sinds 1970 werden georganiseerd, zijn schatplichtig aan deze eerste meerdaagse muziekhappening in de open lucht. Mede daarom maak ik elke keer weer dat rondje Plas. Dromend van betere tijden.




Met dank aan Wikipedia en Frank Smit

Big Big Train tekent wereldwijde deal met InsideOutMusic

Na de recente overeenkomst met Trevor Rabin is InsideOutMusic er opnieuw in geslaagd een topper aan zijn label toe te voegen: de Britse band Big Big Train heeft een contract getekend voor het uitbrengen van een aantal nieuwe studioalbums. De band werkt momenteel aan een nieuwe cd, die naar verwachting in het voorjaar van 2024 zal verschijnen. Hiervoor zijn onlangs opnamen gemaakt in Triëst, Italië, waar leadzanger Alberto Bravin woont.




 

Trevor Rabin brengt nieuw album “Rio” uit op InsideOutMusic

Trevor Rabin, de Zuid-Afrikaanse gitarist, zanger, multi-instrumentalist, schrijver en producer heeft getekend bij InsideOutMusic. “Rio”, zijn eerste soloalbum met vocaal materiaal in 34 jaar, zal daar op 6 oktober 2023 wereldwijd uitgebracht worden.

Over de ondertekening en het aanstaande album zegt Rabin: “Tekenen bij Inside Out was de meest natuurlijke en happy ondertekening ooit. Thomas en ik zijn al een tijdje vrienden en we wilden al een tijdje samenwerken. Toen ik bijna klaar was met het voltooien van het project, belde ik Thomas. Zo simpel was het. Ik ben erg blij om samen te werken met het InsideOut-team en deel uit te maken van de Sony-familie.”

Thomas Waber, hoofd van het InsideOutMusic-label, voegt eraan toe: “Werken met Trevor is een groot bucketlistmoment voor mij en het label. Ik werd een fan van zijn kenmerkende schrijfstijl aan het begin van de jaren 80 en volg hem sindsdien. Hij is een van de ware grootheden in de rockmuziek. “Rio” is alles waar we op hadden kunnen hopen en meer!”

Hoewel hij een lange en gevarieerde carrière heeft opgebouwd, is de in Johannesburg geboren Rabin vooral bekend door zijn lidmaatschap van de band Yes.  Dat duurde twaalf jaar en leverde vier albums op. Hij begon bij Yes in 1983 en in dat jaar stond de door hem geschreven hit Owner Of a Lonely Heart bovenaan de Amerikaanse Billboard-hitlijst. Dit inspireerde deze iconische progrockband tot de doorbraak naar een veel groter publiek. Rabin werd in 2017 opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame met de band en werkte meer recentelijk samen met voormalige Yes-leden Jon Anderson en Rick Wakeman in het trio ARW.

Aangezien zijn vorige vocale soloalbum, “Can’t Look Away”, in 1989 uitkwam (“Jacarand” uit 2012 was volledig instrumentaal), heeft Rabin ons meer dan drie decennia laten wachten op een vervolg. Trevor Rabin geeft toe dat er van alle kanten druk werd uitgeoefend, ook door zijn eigen familie, om het proces te versnellen. De vertraging is echter verklaarbaar. Sinds hij Yes verliet na het album “Talk” in 1994 en voordat hij ging toeren met ARW in 2016, betrad de gitarist de tijdrovende wereld van filmsoundtracks. Rabin’s naam verschijnt als componist voor onder andere blockbusters als Con Air, Armageddon, Remember the Titans, Enemy Of The State, Deep Blue Sea, Glory Road en Gone In 60 Seconds en beide National Treasure-films. “De afgelopen tien jaar had ik ideeën, concepten, die ik vanwege mijn drukke agenda niet kon uitvoeren”, legt hij uit, eraan toevoegend: “Om eerlijk te zijn, die jaren vlogen in een vlaag voorbij. Ik wist dat dit het moment was, en toen ik eenmaal mijn momentum had gevonden, werkte ik 24/7 aan het album.”

“Rio” is genoemd naar de kleindochter van Rabin, het artwork bevat een schilderij van Trevor zelf. De cd kan vanaf 4 augustus in verschillende formaten worden gereserveerd. Binnenkort komt er meer informatie beschikbaar.

 

Send this to a friend