For Absent Friends is terug! Na maar liefst zestien (!) jaar heeft deze Rotterdamse band met “Disappear” een nieuwe cd uitgebracht. Ik ben met name benieuwd naar deze plaat, omdat ik midden jaren ’90 ik “Running In Circles” en “Tintinnabulation” zeker kon waarderen. Toegankelijke, puntige neoprog met invloeden van bands als Marillion en Saga.
Eigenlijk is dit de derde doorstart van FAF, want na “Tintinnabulation” vertrok AT (Alex Toonen) bij de band. Zijn kenmerkende stemgeluid was een identity marker van FAF. Met zanger Hans van Lint werden “The Big Room” en “Square One” opgenomen. Hoewel het geen slechte platen zijn, kwamen zijn ze (naar mijn bescheiden mening) niet in de buurt van de platen uit de jaren ’90. Ik miste met name de frisheid.
Toen de band zo’n tien jaar geleden werd opgeheven gingen Van Lint en oer-leden gitarist Edwin Roes en drummer Edwin Wernke verder in de Genesis coverband Squonk. De band werd aangevuld met Clemens Steenweg (toetsen) en Jan Nieuwenhuis (basgitaar). Het ging toch weer kriebelen om als FAF een album op te nemen. In de covid-periode lag Squonk stil. De heren ging songs schrijven en vervolgens werd besloten om FAF nieuw leven in te blazen. Het resultaat is “Disappear”.
Ik heb de cd voor de recensie meerdere keren beluisterd uiteraard, maar ik ben toch wat teleurgesteld. Wellicht toch wat te hoge verwachtingen op grond van het verleden? Ik weet het niet. Wat ik in elk geval mis is het symfonische gehalte en songs die boven het maaiveld uitsteken. Een nadeel vind ik ook dat de beste nummers op het tweede deel van de plaat staan.
Het album begint met Magic. Een popsong met symfo-invloeden en jaren ’80 invloeden. Op zich niks mis mee, maar ik vind het teveel te rechttoe rechtaan. Het tweede liedje, Random Draw, is gebouwd rondom de gitaar. Ik vind het wat saai. De boodschap dat we één aarde hebben, bevalt me wel. En datzelfde geldt voor de zwevende toetsensolo aan het eind. Maar als geheel vind ik het wat mager.
Datzelfde geldt voor The Poet. Hooguit symfonische pop. Leuk baslijntje, orgeltje, en fake news als dankbaar onderwerp. Maar er gebeurt te weinig om echt te overtuigen. Na de ballad Between The Lines, veer ik voor het eerst echt op: het instrumentale Keytar. Opeens zijn we beland in Genesis-sferen en komt de tweede helft van de jaren ’70 om de hoek kijken. Dit bevalt me duidelijk wel. Het rockt en is symfonisch.
Daarna volgt het titelnummer Disappear. En met deze song laat FAF ziet het nog niet verleerd te zijn. Het nummer bevat de nodige spanning, is mooi opgebouwd en tevens toegankelijk. De song heeft ook een bepaalde relaxtheid over zich. Zanger Hans van Lint laat zich van zijn beste kant zien.
Het rustige Conversation is een prima nummer. Je hoort wat meer singer-songwriter invloeden en de nodige melancholie. De wat bluesy gitaar van Edwin Roes maakt het af. Het nummer 58 Peoples doet me niet zo veel, maar afsluiter Dreamer behoort in mijn ogen tot de beste nummers van dit album. Het doet me wat denken aan het solowerk van Ray Wilson.
Met een fade out komt er een einde aan dit album. Geen songs als Downtown. En al helemaal niet als Boy/Father. Ik mis vooral de emotie. En onder aan de streep staan er te weinig goede songs op. Ik kan er helaas niks anders van maken.