In de eerste vijf albums van Hasse Fröberg & Musical Company (kortweg HFMC genoemd) is een voortdurende toename van proginvloeden waar te nemen met als hoogtepunt “We Are The Truth” uit 2021. Zij het dat dit album een ietwat overgeproduceerde indruk achterliet.
In het vijftiende jaar van hun bestaan brengen HFMC hun zesde album uit en op dit “Eternal Snapshots” is de balans tussen krachtige songs en proggy zijpaden subliem in evenwicht.
Het is duidelijk dat de songs het uitgangspunt zijn en de maat-/tempowisselingen, breaks en solo’s in dienst van die songs staan.
Het thema van dit album is de vraag in hoeverre het lot bepalend is in onze levensloop. Elke seconde worden er nieuwe mensen geboren en wat zal de loop van hun leven bepalen? In de tien songs volgen we een kwetsbaar meisje dat een harde opvoeding heeft gehad en een jongen die alles op een presenteerblaadje heeft gekregen.
De band opent met All I Wanted To Be (pt 1) en meteen gaat de proghemel open met een heerlijke bak bombast die zijn weerga niet kent. Wanneer het instrumentale stof is neergedaald, vraagt de hoofdpersoon zich in alle rust af of hij/zij dingen anders had kunnen doen om de huidige wanhopige omstandigheden te voorkomen, fraai en met emotionele diepgang bezongen door Fröberg.
Part 2 horen we op het eind van het album met, zo mogelijk, nog meer bombast. Hierin kijkt de hoofdpersoon op het eind van zijn/haar leven met pijn en vertwijfeling terug en komt uiteindelijk berustend tot de conclusie dat iedereen onder verschillende omstandigheden zijn/haar leven vormgeeft, ‘gemakkelijk en soepeltjes’ of ‘een gevecht tot het eind’. Het is Fröberg wel toevertrouwd hoe je zoiets vocaal vertolkt.
Tussen deze twee tracks in vinden we zeven sterke songs en twee instrumentaaltjes. De songs worden stuk voor stuk gekenmerkt door krachtige zang, melodieuze zanglijnen, heerlijke koortjes, inventief, melodieus, maar ook ruig gitaarwerk, hoogstaand, avontuurlijk toetsenwerk en een heerlijk groovende ritmesectie met af en toe zeer rake klappen. Dat maakt dit album onweerstaanbaar van het begin tot het einde.
Enkele voorbeelden: Deserve To Be Happy, een lekker uptempo nummer over mentale problemen, met in het refrein die heerlijk gedubbelde gitaarakkoorden in de synthesizer die we kennen van Whitesnake en Asia. De gitaarsolo op het eind gaat nu eens niet naar een climax maar bloedt langzaam dood. Erg leuk gevonden.
Mijn persoonlijke favoriet is het opgewekte Wherever You May Go met een country-touch in het begin. Net wanneer het kippenvel is gearriveerd zet de band je op het verkeerde, maar wel zeer aangename, been met een rasechte Flower Kings-groove in 11/8 maat.
Mooi is ook dat geluidstechnicus Petrus Königsson, die hier sowieso een puike prestatie levert, de drums in deze track een lichtere touch meegeeft dan in de heavier nummers, zoals bijvoorbeeld Blind Dog.
Na de geweldige synthesizersolo van Kjell Haraldsson is het slot van Wherever You May Go, met de culminerende gitaarlijnen en koortjes, een regelrechte Stairway to Prog-Heaven.
Er was ooit eens een obscuur Zweeds bandje dat in 2006 een nummer uitbracht over wat God zou doen als hij alleen was… Nou ik weet het antwoord wel: dit soort liedjes maken!!
In de single Once In A Lifetime bezingt Fröberg een persoon die op het punt staat om andere keuzes te maken om zo zijn donkere verleden achter zich te laten. Het drama spat van zijn stembanden af, ondersteund door venijnige gitaarakkoorden, maar ook vloeiende gitaarlijnen. De ronkende Hammond, scherpe koortjes en de stevige ritmesectie doen de rest. Een paar tempowisselingen kunnen natuurlijk niet achterwege blijven, met zelfs een twist naar een vaudeville-achtig intermezzo.
In het zeer proggy No Messiah, met in het intro vocale Yes-invloeden uit het “90125”-tijdperk, gaat het over een persoon die, naar het lijkt, het doel in zijn leven wel heeft bereikt. Met de nodige tempo- en ritmewisselingen schotelt de band ons een mini-epic voor met in het tweede deel een vocale bijdrage van drummer Ola Strandberg.
In de actuele wereld is een zoektocht naar het duistere niet zo moeilijk volgens Fröberg. Hij zingt erover in het dramatische Searching For The Dark. Eerst klein, omlijst door slechts een Fender Rhodes. Daarna gaan hij en de band voluit, compleet met Mellotron en een mooi slepende solo van Anton Lindsjö.
Haraldsson legt in het bluesy, slepende Blind Dog een heerlijk grommende Hammond neer. Hij laat hier duidelijk horen waar hij de mosterd haalt: bij Jon Lord. Leuk dat Lindsjö vervolgens in het rustige middendeel een kleine Ritchie Blackmore imitatie doet in zijn solo.
Deze track laat overigens frontman Fröberg in al zijn glorie horen. Wat een klasse!
En die laatste opmerking is eigenlijk van toepassing op het volledige album, waarop uitmuntende songs met inhoud, muzikale emotie, top muzikaal vakmanschap en proggy arrangeerkunst optimaal samenkomen. Met als grote verbinder die geweldige stem van Hasse.