Iets wat Esthesis, The Paradox Twin en John Mitchell (Lonely Robot) met elkaar gemeen hebben is dat ze recentelijk zeer positieve recensies mogen hebben ontvangen voor respectievelijk “Watching Worlds Collide”, “Silence From Signals” en “A Model Life”. Ook bewegen ze allemaal in het dromerige crossover prog genre. Op de kaartjes staat een optreden van Esthesis en The Paradox Twin (met gastoptreden van John Mitchell), maar vanwege besmettingen bij The Paradox Twin is het allemaal een beetje anders. John Mitchell geeft een solo-optreden en Ethesis speelt een extra lange set.
“Ik ben John Mitchell, ik speel in veel progbands. Als ik niet in een progband speel is dat omdat ik toevallig niet gevraagd ben, of omdat Mike Portnoy in die band speelt”.
John Mitchell, die we natuurlijk kennen als de gitarist van Arena, Kino en Frost* mag dan improvisatorisch openen in de maar halfvolle Boerderij. Met enkel een akoestische gitaar, een standaard met zijn liedteksten en toetsenist Graham Brown aan zijn zijde lijkt het allemaal niet meteen veelbelovend. In eerste instantie is Mitchell met name een man die je verwacht ineens op te merken naast je aan de bar. De avond zou echter anders uitwijzen.
Het zijn onder andere de droge Engelse grappen zoals hiervoor geciteerd waarmee Mitchell de lachers op zijn hand heeft. Zo wordt ook het Britse cultuur, Boris Johnson en de Brexit op de korrel genomen. Het creëert ook meteen sympathie voor zijn set gevoelige liedjes van eigen hand. De kern van het akoestische optreden is echter de stem van Mitchell. Wat klinkt deze heerlijk vol, hees en geladen met emotie in deze setting! Zo zonder de opsmuk van de studio. Ook zijn samenwerking met de microfoon is perfect. Het klopt gewoon. Met zijn eerste woorden verzoekt hij de geluidsman om ‘meer Wembley’, duidend op de voorkeur voor een beetje galm op de muziek. Dan kan het beginnen. Alle liedjes maken dan indruk en het publiek eet uit zijn hand. Van het nieuwe album van zijn project Lonely Robot krijgen we al vroeg Another Life te horen, waarmee ook het recente werk mooi in de schijnwerpers staat.
Bij How Bright is The Sun grapt Mitchell dat er soms mensen in het publiek zitten die daar een exact antwoord op weten. Hij noemt ook een aanwezige die dit allicht wel weet, welke met “Fuck You John” meteen weer de zaal aan het lachen heeft. Het is, zoals eigenlijk alle liedjes wel, een nummer dat enorm opfrist van deze akoestische live-versie. Tijdens de performance fantaseer ik dat Mitchell eens zou aanschuiven bij een tv-programma als Beste Zangers. Ik denk dat hij zo hoge ogen zou kunnen scoren.
Om toch even kritisch te zijn, eigenlijk vind ik alle liedjes van Mitchell wel een beetje op elkaar lijken. Toch merk je live ze wel allemaal kloppen. Kop, staart, boodschap en een lijntje dat blijft hangen. Op zijn akoestische gitaar is Mitchell overigens spaarzaam met solo’s. Ik denk dan even terug aan die dertienjarige krantenjongen met zijn eerste koptelefoon, met zijn eerste ervaringen van het hebben van kippenvel bij muziek. De jongen die ik was, toen ik voor het eerst in aanraking kwam met “Contagion” van Arena. En die fantastische solo’s op die plaat. Het voelt een beetje gek om nu deze gitaarheld voor het eerst in levende lijve te zien, zonder dat hij ook maar één noot op een elektrische gitaar laat horen. Toch zijn mijn metgezel en ik erg gelukkig met dit prachtige optreden, dat met een geëmotioneerde versie van “In Floral Green” een passend slot heeft. Dit liedje lijkt Mitchell zodanig te raken dat zijn stem een beetje breekt en het een enkel moment even móói vals wordt.
“Jullie houden van prog, ik zou eigenlijk dit moet spelen”. Hij speelt de eerste akkoorden van Supper’s Ready en zingt er prachtig bij. Dan ineens de akkoorden van Invisible Touch. “Dit is veel beter, ik hoop dat ze dat album nog eens integraal gaan uitvoeren live.”
En dan is het tijd voor het Franse Esthesis, onder leiding van multi-instrumentalist Aurelien Goude, die vanavond overigens alleen toetsen en zang verzorgt. Vanaf de eerste noten is het duidelijk dat dit een lekker klinkende band is. Als eerste valt mijn aandacht op het slagwerk van Arnoun Nicolau, die met zijn lome, waakzame blik en dominante spel ritmische discipline afdwingt bij de hele groep. Echt een baasje, al krijg ik door zijn voorkomen ineens zin in een broodje shoarma – vraag me niet waarom. De onderlaag wordt verzorgd door de hoeddragende Marc Anguill, die met zijn zessnarige bas lekkere stevige fusion-patronen speelt. Een leuke eigenzinnige muzikant.
Aan de linkerzijde van het podium vinden we dan gitarist Baptiste Desmares, die met zijn Squier Telecaster – je weet wel, zo’n gitaar waar Springsteen op speelt – een opmerkelijke keuze heeft voor het progressieve genre. Met een veelzijdige effectenbak, waarmee hij ondere andere dat roterende orgelgeluid reproduceert, weet hij zich goed te doen gelden in Esthesis. Zijn gitaar hakt meer dan die scheurt en eigenlijk is dat wel prettig. Het geluid in de boerderij is ook de gehele avond erg prima.
Als recensent ben ik het liefst laaiend enthousiast over hardwerkende bands als Esthesis, maar vanavond ben ik dat toch echt niet. En dat ligt niet aan het muzikale talent van de zojuist omschreven muzikanten. Eigenlijk klinkt de band met name goed als ze er compleet vandoor-groved en de composities van Goude op de achtergrond komen. Als zanger schiet Goude bij elke zin te kort, de liedjes ontwikkelen zich niet en zelfs de instrumentale stukken zijn vaak één lange opbouw naar nergens heen. Een band als Eloy is daarbij vergeleken vlot. En dan ben ik nog niet begonnen over tekstuele inhoud of de podiumpresentatie.
Als het publiek dan ook nog getrakteerd wordt op stormgeluiden en kort daarop strandgeluiden mét vogels slaat mijn cynisme toe. Met een cover van Billy Cobham blijkt dan maar weer dat deze retestrakke groep rondom Goude veel in huis heeft, maar met name wanneer er niet gezongen wordt. Overigens is Goude iemand die sterke toetsensolo’s weggeeft en het meenemen van een echte Moog loont daarbij zeker. Getuige de recensies van mijn collega’s van de laatste twee werken van Esthesis is er genoeg reden om de muziek te luisteren, maar zonder studiobewerking is het op het podium voor mij hier vanavond even onvoldoende.
Wellicht houdt u dan nog een recensie van The Paradox Twin van ons tegoed. Al met al ben ik met name blij met dit verrassende optreden van John Mitchell en het feit dat ik in de Boerderij eens een avond alle noten van alle instrumenten heb kunnen volgen. We komen dit jaar namelijk nog terug voor Arena (ditmaal mét John Mitchell op de elektrische gitaar!) en wellicht IQ.