“Folk Aesthetic” is een complilatie van de opstartjaren van de Finse band Tenhi. De band maakt sinds 1997 muziek, maar doordat de releases van de demo’s/ep’s “Hallevedet”, “Airut” en “Kertomksia” niet in grote oplages zijn geproduceerd, besluit het Duitse label Prophecy Records in 2007 een verzamelwerk uit te brengen met daarbij aanvullend, nog nooit uitgebracht materiaal. Deze uitgave tekent gelijk ook voor het tienjarig bestaan van de band.
Tenhi is gedurende het 23-jarig bestaan nooit erg productief geweest en vooral het laatste decennium niet. Het meest productief is de band geweest tussen 1997 en 2002, wanneer men volop aan het experimenteren is. De band is opgericht door Ilmari Issakainen en Tyko Saarikko, beide heren bespelen meerdere muziekinstrumenten. In 1998 voegt Ilkka Salminen zich bij de band, evenals de andere twee mannen beheerst ook hij meerdere muziekinstrumenten. Hoewel je het niet gelijk opmaakt uit de composities is Tenhi een band die continu vanuit het gevoelsmatige leven songs componeert. De steekwoorden daarbij zijn sterke melodieën, kunst, natuur en (bijzondere) klanken. De band wordt gefascineerd door melancholie en treurnis en brengt dat uitstekend tot vorm via de muziek. Gedurende het bestaan van de band laat het trio zich ondersteunen door verschillende instrumentalisten, waarvan Janina lehto (dwarsfluit) Inka Eerola (viool), Eleonora Lundell (alt viool) en Jaakko Hilppö (basgitaar) de belangrijkste participanten zijn.
Het Digiboek waarin de drie cd’s worden geleverd is vormgegeven door Tyko Saarikko, de zanger en multi-instrumentalist binnen de band. Op de voorkant figureert een knielend skelet waaruit bloemen groeien, wat zorgt voor een artistiek, maar ook lugubere uitstraling. Dat geraamte komt vervolgens ook in andere vormen aan bod in het boekwerkje, tezamen met andere donkere en deprimerende afbeeldingen die gebruikt zijn voor de demo’s en ep’s.
Donkere, veelal monotone ritmes, meeslepende melodieën, natuurgeluiden en akoestische, vaak bijzondere instrumenten. Dit dekt de grootste lading over het eerste wapenfeit van de band, “Kertomuksia”, de demo die geproduceerd is in 1997. Die eerste regel van deze alinea vertegenwoordigt zeer zeker de eerste track Näkin Laulu, afkomstig van die demo. Een monotoon ritme sleurt je een droomwereld in die duister maar vooral ook mysterieus is. De donkere stem van Tyko Saarikko helpt mee in het zware geluid maar is minimaal vertegenwoordigt. Ook belangrijk om als bijsluiter te noemen: de in het Fins gezongen zang van Saarikko helpt je niet in het positiever benaderen van Tenhi’s ‘wereld’. Dat de teksten in het Fins worden gebracht maakt het begrijpen van de muziek en het gevoel daaromheen moeilijker, maar wakkert je eigen fantasie ook aan.
Meer ‘doom” gericht is het tien minuten durende Havuisissa Saleissa. Een dof klinkend drumstel wedijvert met gruizig klinkende toetsen van een harmonium en noise op de achtergrond. In de verte mompelt een monsterlijk gedrocht de song bij elkaar. Althans, zo lijkt het. Halfweg de track krijgen we een omslag, maar het zompig klinkende spookbeeld blijft sterk aanwezig in de muziek. De naamgever van deze band, de track Tenhi, luistert dan veel vriendelijker. Het is een prachtig nummer hoewel de akoestische gitaren het neerslachtige sfeertje niet laten verdwijnen.
Hallavedet is afkomstig van de promo tape, ook uit 1997. Hoewel het in hetzelfde jaar geproduceerd is horen we op het gebied van melodie en ritme een heel ander, vooral wat moderner geluid. Ook hier toch weer akoestische gitaren, harmonium en vocalen die bijzonder aanwezig zijn. Hiljaiseksi Lampi Jää gaat daar ook volledig in mee, maar de teneur is ondanks het sterk melancholische geluid veel optimistischer dan de sound op de eerste demo. Hallevedet zal later ook verschijnen op het debuutalbum “Kauan”, evenals veel andere nummers hierboven beschreven.
Ik kan mij voorstellen dat bovenstaande beschrijvingen u nog niet volledig gegrepen of overtuigd hebben. Om die bijzondere ontdekkingstocht met Tenhi aan te gaan. Maar vanuit hier begint de spannende fase van de band. Vanuit het niets worden we met Tuulennostatus getrakteerd op het geluid van een didgeridoo, sjamanen zang en percussie. Het is ‘in your face’ geproduceerd en zeker met een hoofdtelefoon op bijzonder indrukwekkend. Datzelfde geldt voor de ruim tien minuten durende song Kielo. In één woord: Wauw! Wat een kracht straalt er uit de prachtige productie met als vooraanstaande instrumenten de piano en toetsen! De compositie vertegenwoordigt een enorme emotie en beladenheid en wint kracht tijdens elke draaibeurt. Als spreekwoordelijke puntjes op de i haakt halverwege de song een elektrische gitaar aan die zorgt voor een mooie balans. Deze twee nummers én de track Ciwenkierto zijn afkomstig van de ep “Airut”, verschenen in het jaar 2000. Een ieder die gefascineerd raakt door folkloristische muziek met veel ruimte voor instrumenten als een jews harp (mondharp), percussie en bijvoorbeeld didgeridoo moeten de genoemde nummers beluisteren, het is een must als je open staat voor folkrock.
Een groot gedeelte van deze verzamelaar is samengesteld op basis van de cd “Kauan” waarmee de band in 1999 doorbreekt. Dat ‘doorbreken’ moet je niet te letterlijk nemen; uiteindelijk vallen de verkoopresultaten tegen, maar toch wordt de cd door een select groepje fans opgepakt en koesteren zij de band. De muziek is een niche in de markt van progressieve muziek en je kunt zeggen dat Tenhi een beetje vist in de vijver van Sigur Rós en Ulver fans. Bij die laatst genoemde band hebben we het dan vooral over de opstartfase van die band. De fans van de IJslandse band Sigur Rós herkennen wellicht het onsamenhangende en zoekende geluid van het debuut “Von” in de muziek van Tenhi. De vergelijking moet je dan zoeken in het experimentele karakter en vooral niet in de totale sound. Waar Sigur Rós op “Von” absurdistisch maar toch ook weer opgewekt klinkt, blijft Tenhi in de complicatie van “Folk Aesthetic” vaker hangen in een deprimerende, melancholische sound. Tenhi heeft een meer akoestische aanpak, dat siert de band. Wat betreft een akoestische aanpak kent de band ook veel overeenkomsten met andere bands uit de Prophecy stal: Empyrium of bijvoorbeeld Nucleus Torn.
Laten we bij de eindconclusie waarschuwen dat een compilatie als deze niet het beginpunt moet zijn van de verkenning van de band. Daarvoor zijn er meer toegankelijkere albums van de band te vinden en zal je als progressieve muziekliefhebber weinig punten van houvast en herkenning vinden. De liefhebbers van post-rock zullen veel aangename kanten in de muziek treffen, hoewel elektronica zoveel mogelijk wordt vermeden.
Ruard Veltmaat